Nieuws

BDO ontsnapt aan miljoenenvergoeding

BDO en BDO Seidman hoeven niet de schadevergoeding van 415 miljoen euro te betalen wegens gebrekkige controle van de boeken bij de Portugese Banco Espirito Santo. Het proces waarin de jury van Miami-Dade County Circuit Court 130 miljoen aan schadevergoeding en 285 miljoen aan strafvergoeding oplegde moet over.

Het gerechtshof van de staat Florida heeft de jurybeslissing uit 2007 teruggedraaid. Met name het oordeel over de historisch hoge strafvergoeding (punitive damages) is niet goed gefundeerd. Met deze uitspraak breekt een nieuw hoofdstuk aan in de al lang slepende zaak over de fraude bij de Portugese bank, die de controlerend accountants van BDO Seidman over het hoofd hebben gezien.

BDO en BDO Seidman hadden herziening van de juryuitspraak gevraagd. Onder meer omdat de jury vooringenomen zou zijn bij haar oordeel over verschillende onderdelen van de bewijsvoering. Dat de accountants zich hadden schuldig gemaakt aan grove nalatigheid stond voor de jury alvast voordat de jury moest oordelen over het oorzakelijk verband tussen de gedragingen van de accountants en de schade. En ook voordat de jury keek of de schade wel alleen aan de accountants was te wijten.

Deze vooringenomenheid was het gevolg van de gang van zaken. Hoewel de partijen daar niet om hadden gevraagd, besloot de rechtbankvoorzitter in eerste instantie de procedure te splitsen in drie fasen. Vermoedelijk om de zaken beter behapbaar te maken voor de lekenrechters. Het effect was dat de jury Michelin-sterren uitdeelde voordat zij alle gangen had verorberd.

In fase één bepaalde de jury op basis van slechts een deel van de feiten dat de accountants grof nalatig waren geweest. Daarmee waren de strafvergoedingen onontkoombaar. Over de hoogte van die vergoedingen besliste de jury in fase drie. Volgens het gerechtshof is dit de verkeerde volgorde: ‘The cart cannot lead the horse.'

Het gerechtshof van Florida instrueert alvast de volgende rechtbankvoorzitter en jury: alle kwesties behalve de hoogte van de strafvergoeding kunnen worden beslecht in fase één. Als dan vaststaat dat de eisers recht hebben op een strafvergoeding wordt de omvang daarvan bepaald in fase twee.

Terloops zegt het hof nog iets over de hoogte van de strafvergoeding. "Het bedrag van 285 miljoen euro aan strafvergoedingen overschrijdt meermaals de nettowaarde van BDO volgens het verslag van de zitting in fase drie. Hoewel het waar is dat BDO, net als de meeste zakelijke dienstverleners, een aanzienlijk deel van haar jaarwinst uitkeert aan haar partners zou het toekennen van de 285 miljoen er zonder meer toe leiden dat het kantoor financieel ter ziele gaat. Een accountantskantoor dat zijn winst moet uitkeren aan vonniscrediteuren in plaats van aan de partners die dat inkomen hebben gegenereerd zal niet lang partners (of cliënten) hebben."

In 2008 de beweerde de advocaat van de eisers nog stellig dat BDO dat bedrag best kan betalen.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.