Nieuws

Hoge Raad stelt AFM in ongelijk in jaarrekeningprocedure Spyker

Spyker hoeft de jaarrekening over 2006 niet te herzien. Een verzoek van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) tot vernietiging van die jaarrekening is eerder afgewezen door de Ondernemingskamer. De Hoge Raad heeft dit vonnis nu bekrachtigd.

De AFM had de ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam in 2007 verzocht de vaststelling van de jaarrekening 2006 van Spyker Cars te vernietigen en aan Spyker te bevelen volgens aanwijzingen van de AFM een nieuwe jaarrekening op te stellen in overeenstemming met de voorschriften. 

De hoofdbezwaren van de AFM tegen het financieel verslag 2006 hebben betrekking op de activering van de latente belastingvorderingen, de waardering van een overeenkomst en de waardering van de sponsorverplichting jegens Midland F1. Volgens de AFM was de jaarrekening over 2006 op vele punten in strijd met de International Accounting Standards (IAS) en International Financial Reporting Standards (IFRS) en gaf deze niet het wettelijk vereiste inzicht voor een verantwoord oordeel over het vermogen en het resultaat van Spyker. 

De ondernemingskamer verwierp op 28 december 2007 de AFM-bezwaren en wees het verzoek van de toezichthouder af. Volgens de ondernemingskamer geeft de jaarrekening 2006, ondanks enkele tekortkomingen of afwijkingen van de voorschriften, een voldoende inzicht in de financiële positie van Spyker. (De uitspraak van de ondernemingskamer is te vinden op rechtspraak.nl LJN BC1057.) 

De AFM ging tegen die beslissing in cassatie. De Hoge Raad verwerpt het cassatieberoep en volgt daarmee het eerdere advies van advocaat-generaal Vino Timmerman. Het oordeel van de ondernemingskamer blijft dus in stand. 

Volgens de Hoge Raad heeft de ondernemingskamer de bezwaren van de AFM aan de juiste regels getoetst en haar oordeel begrijpelijk gemotiveerd. De ondernemingskamer is niet verplicht om bij iedere afwijking van de voorschriften een bevel tot wijziging van de jaarrekening te geven. De ondernemingskamer mag zo'n bevel ook afwijzen, als ze tot de conclusie komt dat de jaarrekening toch het vereiste inzicht verschaft en een getrouw beeld geeft van het vermogen en het resultaat. 

De Hoge Raad volgt niet het standpunt van de AFM dat zij in verband met haar publieke taak een uitzonderingspositie inneemt in de jaarrekeningprocedure. Ook de AFM moet voldoen aan de gewone procedureregels en aan haar verzoek de nodige feiten ten grondslag leggen en deze feiten zonodig aannemelijk maken. 

De Hoge Raad vindt ook het bezwaar dat de AFM heeft tegen het horen van de accountant tijdens de mondelinge behandeling bij de ondernemingskamer nadat hij de standpunten van partijen heeft vernomen, niet steekhoudend. 

Zie voor de volledige uitspraak (zaaknr. 08/01406): LJN  BG8790.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.