Nieuws 10 februari 2009

'Kamermotie heeft geen invloed op waardering illiquide middelen'

De motie over waardering van illiquide middelen die vandaag in de Tweede Kamer wordt behandeld, heeft geen enkele invloed op de IFRS-regels. De Kamer zou juist moeten pleiten voor meer transparantie bij de overheid. Dat stelt hoogleraar Frans van Schaik.

Behalve hoogleraar management accounting aan de Universiteit van Amsterdam is Van Schaik partner bij Deloitte en lid van de IPSAS-board (International Public Sector Accounting Standards). 

"ING is volgens IFRS en US GAAP verplicht om bepaalde bezittingen op marktwaarde te waarderen. Een motie van de Tweede Kamer heeft daarop geen invloed, zeker niet op US GAAP." 

De Tweede Kamer stemt vandaag over een motie van het CDA-kamerlid De Nerée tot Babberich om de IASB en de FASB te bewegen de regels voor fair value-waardering van illiquide beleggingen aan te passen. 

Waardering volgens fair value van de Amerikaanse portefeuille met Alt-A hypotheken van ING is volgens het Kamerlid gekunsteld. 

Van Schaik: "Hoe het ministerie van Financiën straks over haar aandelenbezit in ABN Amro en Fortis en de verstrekte leningen en garanties zoals aan ING gaat rapporteren, weten we nog niet. De overheid past het kasstelsel toe en moet nu wel met aanvullend baten-lasteninformatie komen om een helder inzicht te geven in de financiële gezondheidstoestand van de overheid." (*) 

"De Tweede Kamer zou niet moeten pleiten voor minder transparantie bij de toepassing van IFRS door het bedrijfsleven, maar juist voor meer transparantie bij de overheid door invoering van het baten-lastenstelsel." 

---

(*) Toevoeging 12 februari 2008:

"Het Rijk maakt al vele jaren de staatsbalans openbaar inclusief overzicht van garanties in het Financieel Jaarverslag van het Rijk. Het FJR vermeldt echter niet de ontwikkeling in de staatsbalans gedurende het verslagjaar. Zo treden sprongen op in het vermogen van de staat die onverklaard blijven. Ik pleit voor het opnemen van een staat van baten en lasten, waarin winsten en verliezen van deelnemingen tot uitdrukking komen in het jaar waarin ze zijn gemaakt en niet pas als deze tot kasstromen voor de overheid leiden."