Nieuws 08 december 2009

Onderzoeker: 'Amsterdamse rekenkamer hanteerde geen methodologie'

Gebrekkige methodologie is de grootste zwakte van de Rekenkamer Amsterdam. Dat zegt onderzoeker André Krouwel in een toelichting op het rapport over de Amsterdamse rekenkamer. "Feitelijk zijn alle wetenschappelijke wetten van onderzoek overtreden. En dan doet de rekenkamerdirecteur er nog laconiek over ook."

Krouwel zegt dit in een mondelinge toelichting op het onderzoeksrapport dat is geschreven op initiatief van een klankbordgroep van de Amsterdamse stadsdelen. Drie onderzoekers concluderen daarin dat de kwaliteit van de rekenkamer onvoldoende is en dat de dienstverlening te duur en te traag is. "Geen theoretische onderbouwing van het onderzoek of een verantwoording van de manier van onderzoeken." 

"Als je iets onderzoekt is het belangrijk dat je aangeeft wat je precies onderzoekt en met welk doel je dat doet", vervolgt Krouwel. "Onze belangrijkste kritiek is dat de verantwoording van de onderzoeksmethodologie niet is aangegeven. We hebben de rapporten bestudeerd die op de website staan van de Amsterdamse rekenkamer. In slechts één op de tien rapporten is er verantwoording te vinden over de onderzoeksopzet." 

"De reactie van directeur Eiff is dat niemand geïnteresseerd is hierin. Maar het maakt toch heel veel uit wat je onderzoekt en waarvoor je dat doet. Je kunt het ontbreken van de verantwoording hierover niet afdoen met het antwoord dat niemand erin geïnteresseerd is. Feitelijk overtreedt je daarmee de wetten van de wetenschap. Om dan ook nog eens te duur en te laat te zijn met je onderzoek." 

Het integriteitsonderzoek uit 2007 van de Rekenkamer Amsterdam, dat door de onderzoekers eveneens van een kritische noot is voorzien, vindt Krouwel van ondergeschikt belang voor het afkeurende oordeel. "Wij vinden dat het buiten de competenties lag van de rekenkamer. Maar hierover kun je van mening verschillen." 

Dat de Amsterdamse Rekenkamer vorig jaar bekroond is met de Gouden Vink van Nederlandse Vereniging van Rekenkamers en Rekenkamercommissies (NVRR), zegt Krouwel niets. "Ik ken de criteria niet voor die onderscheiding. Ik neem aan dat de Gouden Vink een prijs is die rekenkamers aan elkaar toekennen." 

"Misschien dat andere rekenkamers het werk van de Rekenkamer Amsterdam fantastisch vinden. Maar wij hebben naar de onderzoeken gekeken als wetenschappers, niet als accountants." 

Directeur Victor Eiff van de Rekenkamer Amsterdam was niet bereikbaar voor commentaar.