Nieuws 20 november 2009

Rapporten Commissies RA-titel en Basisaccountant gepubliceerd

Het NIVRA-bestuur heeft twee eindrapporten over de toekomst van de accountantsopleidingen definitief vastgesteld. Twee commissies adviseren daarin te komen tot een opleidingsmodel waarin in de eindfase van de opleiding meerdere specialisaties mogelijk zijn voor het verwerven van de RA-titel.

De commissie zijn ingesteld door het NIVRA-bestuur en hebben sinds de zomer van 2008 gewerkt aan een uitwerking van de aanbevelingen van de Commissie Toekomst Accountancy Opleidingen. Beide nemen in hun rapporten de pluriforme beroepsuitoefening door registeraccountants als uitgangspunt. De rapporten zullen worden meegenomen als input voor de in het kader van het fusietraject ingestelde onderwijscommissie NIVRA-NOvAA. 

Advies Commissie Basisaccountant

Voor de Commissie Basisaccountant, onder voorzitterschap van Willem van Wijngaarden, stond het concept van een opleiding tot 'basisaccountant' centraal. De commissie adviseert om niet een nieuwe, tijdens de RA-opleiding te behalen (beroepsmatige) kwalificatie zoals 'basisaccountant' in te voeren, maar om in plaats hiervan de opleidingstitel Master of Science in Accountancy krachtiger op de arbeidsmarkt te positioneren. 

Volgens de Commissie is universitair masterniveau op het gebied van accountancy het niveau van 'basisaccountant'. De Commissie beschrijft hiervoor het opleidingsprofiel. Vanaf de masterfase kan (zonder de nominale studieduur te verlengen) een zekere mate van specialisatie in diverse richtingen plaatsvinden. 

Voor alle toekomstige RA's blijft een driejarige praktijkstage van kracht, met daarbinnen een twee jaar durende basisstage en vervolgens één jaar stage gericht op de gekozen specialisatie. De Commissie geeft hierbij als aanbeveling een aspirant-lidmaatschap van de beroepsorganisatie mogelijk te maken bij aanvang van de praktijkstage. 

Advies Commissie RA-titel

De commissie RA-titel, met als voorzitter Piet Hoogendoorn, richtte zich met name op het vraagstuk van differentiatie en specialisatie en daarmee samenhangend op toekomstige positionering van de RA-titel. De commissie adviseert de hoge maatschappelijke waarde van de RA-titel te waarborgen onder de vlag van een krachtige, pluriforme beroepsorganisatie. De titel is in de ogen van de commissie primair een lidmaatschapstitel die moet staan voor vertrouwen in zowel de individuele beroepsbeoefenaar als de beroepsgroep als geheel. 

Vanuit een functiegerelateerde benadering wordt aanbevolen twee clusters van mogelijke specialisaties te onderscheiden: Assurance en Finance, Advisory & Control. De certificerende functie is in dit model één van de mogelijke specialisaties. Specialisaties dienen door middel van een aantekening in het register te worden bijgehouden. 

De commissie adviseert in de laatste fase van de theoretische opleiding een beperkt aantal specialisaties op te nemen in de vorm afstudeerrichtingen in de RA-opleidingen en in samenhang hiermee in de praktijkstage onderscheid te maken tussen een basisdeel en een specialisatiedeel.