Nieuws

Btw afronden naar beneden mag verboden worden door de fiscus

Lidstaten hoeven niet toe te staan dat detailhandelaren het bedrag van de verschuldigde btw per artikel afronden naar beneden in plaats van per kassabon. Dat heeft het Europese Hof van Justitie vandaag bepaald.

Het Hof geeft met zijn arrest antwoord op de vraag die de Hoge Raad heeft voorgelegd naar aanleiding van een geschil over de btw-heffing bij Albert Heijn. In afwijking van de normale afrondingspraktijk van deze kruidenier werd het bedrag waarover de verschuldigde btw werd berekend in twee filialen gebaseerd op de prijs per artikel. Daarmee rondde de kruidenier de verschuldigde bedragen veel vaker af dan bij de elders gangbare afrondingspraktijk op basis van de kassabon. In de filialen kwam het verschuldigde btw-bedrag daardoor € 1.414 lager uit.

De inspecteur der belastingen ging hiermee niet akkoord, zodat de zaak bij de hoogste belastingrechter belandde. De Hoge Raad vroeg aan het Europese Hof in hoeverre de EU-regels afronding naar beneden per artikel toestaan.

In januari 2008 concludeerde de advocaat-generaal bij het Hof al dat de Europese voorschriften en beginselen afronding per artikel niet toestaan.

Het Hof zegt nu iets anders, dat uiteindelijk op hetzelfde neerkomt: de Nederlandse fiscus mag het zelf weten.

Omdat er geen specifieke communautaire regeling is, hebben lidstaten de vrijheid zelf regels en methoden vast te stellen voor de afronding van de btw-bedragen. Daarbij moeten de lidstaten wel de beginselen van het fiscale stelsel van de EU eerbiedigen, met name het beginsel van fiscale neutraliteit en het evenredigheidsbeginsel. In het EU-recht zijn geen specifieke regels te vinden die lidstaten verplichten om afronding per artikel toe te staan.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.