Nieuws 18 januari 2008

Landis-curatoren en VEB bundelen krachten

De Vereniging van Effectenbezitters (VEB) en de curatoren hebben hun krachten gebundeld in hun procedures tegen de betrokkenen bij het failliete Landis. De curatoren stellen al hun informatie ter beschikking aan de VEB, met uitzondering van informatie die valt onder het beroepsgeheim.

Het gaat dan onder meer om de stukken van de tuchtprocedure tegen de accountant, het rapport dat BDO in opdracht van curatoren heeft opgesteld, overige rapporten en toekomstige (concept)processtukken. In toekomstige juridische procedures zullen de VEB en curatoren nauw samenwerken, onder meer door elkaar over en weer te voorzien van relevante documenten en (concept-)processtukken.

Met deze overeenkomst lijkt het onderzoek naar het faillissement van Landis gered. In 2004 waren er vraagtekens over de financiering hiervan. De curatoren wilden er niet voor opdraaien. Dit leidde tot een proces van de VEB tegen de curatoren, dat in het voordeel van de laatsten werd beslecht.

Vorig jaar werd duidelijk hoe omvangrijk de boekhoudfraude was geweest bij het ICT-bedrijf. De curatoren proberen de schade voor de ongeveer tweeduizend gedupeerde beleggers te verhalen op accountants, commissarissen en voormalige bestuurders. De accountants zijn Ernst & Young en een Frans accountantskantoor. Deze schade wordt geschat op ongeveer 180 miljoen euro. Uit de boedel komt hooguit vijftig miljoen euro.

Daar komen nog de kosten voor het onderzoek bij dat loopt bij de Ondernemingskamer. Die overweegt een tweede onderzoeker aan te stellen. De kosten daarvan worden uit de opbrengst van de boedel gefinancierd.

De curatoren en de VEB hebben nu afgesproken dat een kwart van de opbrengst uit de VEB-claim tegen bestuurders, commissarissen en accountants naar de boedel zal gaan. Daaruit kan verder onderzoek worden gefinancierd, wat de kansen op toekenning van een claim vergroot. Voorts komen de advocaatkosten van de VEB voor het vervolg van de enquêteprocedure voor rekening van boedel.