Magazine

'Fraudebestrijding is daad van behoorlijk bestuur'

België heeft sinds 2008 een speciale staatssecretaris voor de Coördinatie van de Fraudebestrijding, Carl Devlies. Een interview.

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 9, 2009

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

Willem Verhoog

Intrigerend is de vraag waarom de Belgen een speciale bewindsman voor de coördinatie van fraudebestrijding hebben aangesteld, een portefeuille die onze bewindslieden er schijnbaar ‘en passant’ bij doen. Wat moeten we onder die coördinatie verstaan?

Devlies: “Tot 2007 gold voor fraudebestrijding bij ons het beginsel dat elk beleidsdomein van elke overheid - en dat zijn er nogal wat in België - voor haar eigen deur moest vegen: ieder was zelf verantwoordelijk voor de strijd tegen de fraude op zijn eigen (beleids)gebied. Deze nogal verbrokkelde en weinig samenhangende operatie was eigenlijk op voorhand gedoemd te mislukken. Het huidige federale kabinet besloot het over een andere boeg te gooien en koos voor een gecoördineerde, bevoegdheidsoverschrijdende aanpak. Let wel: coördinatie is geen synoniem van centralisatie. Gegeven de diverse gevoeligheden en historisch gegroeide situatie in België met zijn diverse gewesten met eigen ministeries en dergelijke, was het zaak een gecoördineerde aanpak te kiezen die de bestaande decentralisatie ongemoeid zou laten. De samenwerking beantwoordt bovendien aan vragen vanuit het werkveld zelf, dus vanuit de verschillende sociale en fiscale fraudebestrijdingsdiensten. We leggen dus geen aanpak op, maar stellen die samen van elementen die men vanuit de praktijk aandraagt.”

Gegevensuitwisseling

Wat zijn de resultaten in België tot nu toe?

“Midden vorig jaar lanceerden we ons eerste actieplan, met 59 actiepunten. Het tweede actieplan telt tien punten minder. Beide plannen bestrijken de domeinen die variëren van Financiën tot Justitie en van Sociale Zaken tot Economie en Binnenlandse Zaken. In beide plannen hebben we gekozen voor een fraudebestrijding die de gehele keten bestrijkt. De actiepunten gaan van preventie en detectie via controle en bestrijding tot een betere vervolging en afdoende bestraffing. Het eerste plan beperkte zich tot het federale niveau, maar het tweede heeft ook oog voor de regionale en internationale aspecten en voor bestrijding van fraude in de gezondheidszorg.

Wij leggen de nadruk op een intensieve gegevensuitwisseling. Een goede fraudebestrijding staat of valt met een snelle en betrouwbare gegevensuitwisseling tussen diensten, organisaties en overheidsorganen, zoals die betreffende de belastingheffing en -inning, de sociale zekerheid, justitie en politie; uiteraard met respect voor de privacywetgeving.”

Geen heksenjacht

De onderzoekscommissie Fiscale Fraude is met enkele belangrijke aanbevelingen gekomen, vertelt Devlies. Sommige daarvan zullen aan het parlement moeten worden voorgelegd, omdat de wetgeving in kwestie zal moeten worden aangepast. Hij noemt in dat verband de vereenvoudiging van de gehele strafvorderingsprocedure en de oprichting van het comité F, een parlementair controleorgaan dat moet toezien op de uniforme toepassing van de fiscale wet- en regelgeving en op de werking van de diverse inspectiediensten. “Waar we echter voor moeten waken, is dat fraudebestrijding niet ontaardt in een heksenjacht. Het gaat ons niet zozeer om die ene belastingplichtige, die ene burger, maar om de organisatoren van de grote georganiseerde fraude, die door haar georganiseerd karakter uitgroeit tot een systeem in het systeem. Dergelijke fraude misbruikt en ondergraaft het reguliere sociaaleconomische bestel. Als we die fraude met succes weten te bestrijden en te beheersen, is dat een daad van behoorlijk bestuur. Een maatschappij waarin fraude loont en de sterksten en sluwsten meer rechten denken te kunnen claimen dan Jan-met-de-pet, is ten dode opgeschreven is. De wet dient in het gehele land gelijkelijk te worden gehandhaafd. We laten daarom een externe adviseur alle inspectiediensten in ons land doorlichten om na te gaan in hoeverre de diverse inspecties overal in het land op een gelijksoortige manier verlopen.”

6,6 miljard

Is fraude in België een groter probleem dan elders in Europa?

“Het probleem met dit soort verschijnselen is, dat ze zich moeilijk laten vangen in getallen of bedragen. Het betreft een schimmig en ongrijpbaar fenomeen. Ook in de pers verschijnen enorm uiteenlopende schattingen. Fraude bevindt zich in de anonimiteit zolang ze niet wordt ontdekt. Wie niet grondig speurt en onderzoekt, zal geen fraude aantreffen. Daar komt bij dat het begrip fraude niet eenduidig is te omschrijven. En dus worden begrippen als fraude, zwartwerken, witwassen, corruptie en ‘schaduweconomie’ door elkaar gebruikt en geeft iedere auteur er zijn eigen betekenis aan. Een recente studie van de Nationale Bank in België, gebaseerd op cijfers van 2005, raamt dat de belastbare basis die door fiscale en sociale fraude verloren gaat 3,6 procent van het bruto nationaal product bedraagt. Als we rekening houden met het geraamde BBP voor het begrotingsjaar 2009 (364,8 miljard euro) en met een overheidsbeslag van vijftig procent, leidt dit volgens deze studie tot een verlies aan inkomsten voor de staat van 6,6 miljard euro over 2009. Wij denken dat de cijfers van de Nationale Bank realistisch zijn. Dit betekent dat we ervan uitgaan dat de fraude de overheid jaarlijks zes tot zeven miljard euro kost aan ten onrechte uitgekeerde sociale uitkeringen, ontdoken sociale bijdragen en gemiste fiscale ontvangsten.

Tegen het einde van de huidige regeerperiode willen we daar met onze actieplannen recurrent (elk jaar opnieuw) één miljard euro op jaarbasis van aftoppen. Als dat lukt, zijn we tegen 2011 een Europese middenmoter op het gebied van schade wegens fraude. Al moet ik toegeven dat we het, als de cijfers niet bedriegen, nog lang niet zo goed doen als Nederland.”

Grensoverschrijdend

In de strijd tegen grensoverschrijdende fraude zijn grenzen soms barricades. Wat kan daaraan gedaan worden?

“Wil je een betere gegevensuitwisseling realiseren, dan zul je goede contacten moeten kunnen onderhouden met andere landen. Met bilaterale en multilaterale verdragen moeten we de strijd intensiveren. In ons eerste actieplan hebben we daar ook op gewezen: fraude kent geen grenzen, dus moet fraudebestrijding ook geen grenzen kennen. Inmiddels laten wij de gegevens waarover wij beschikken betreffende uitkeringen vergelijken met gegevens over activiteiten in Nederland en Frankrijk. Verder zal België tijdens zijn EU-voorzitterschap, in de tweede helft van 2010, een opvolgingsconferentie organiseren over de strijd tegen sociale en fiscale fraude. De ervaringen en ideeën die op dergelijke bijeenkomsten worden uitgewisseld en de contacten die worden gelegd of onderhouden, kunnen ons verder helpen om een ongewenst fenomeen de kop in te drukken.”

Carl Devlies

Carl Devlies, geboren in Amsterdam in 1953, maar een Leuvenaar in hart en nieren. Aan de universiteit Leuven studeerde hij rechten en economie, waarna hij advocaat werd. In 1989 begon zijn politieke carrière toen hij schepen (wethouder) werd in Leuven. Na enkele functies op lokaal niveau werd hij federaal volksvertegenwoordiger (2003-2007). In 2008 werd hij als staatssecretaris voor de Coördinatie van de Fraudebestrijding toegevoegd aan de eerste minister en aan de minister van Justitie. 

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.