Risicomanagement blootgelegd
Met ingang van 2007 vervangt IFRS 7 de toelichtingseisen voor financiële instrumenten zoals nu beschreven in IAS 30 en IAS 32. Nieuw is dat de toelichtingen moeten worden gebaseerd op informatie die intern aan het management wordt verstrekt. Dit zal onvermijdelijk leiden tot discussies binnen de onderneming en met de externe accountant. Verder zullen treasury- en accountingafdelingen nauwer moeten samenwerken.
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 1, 2006
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Stephen Bricket en Ramon Tolk
De toelichtingseisen onder IFRS 7 (Financial Instruments: Disclosures) zijn zodanig ontworpen dat ze de jaarrekeninggebruikers in staat moeten stellen het belang van financiële instrumenten voor de financiële positie en prestaties van de onderneming te beoordelen. De toelichtingen moeten een goed inzicht geven in de wijze waarop financiële risico’s worden gemonitord, gemeten en gemanaged.
Dat dit inzicht wenselijk is, is de afgelopen jaren veelvuldig gebleken. General Electric moest in 2005 zijn resultaten over een aantal jaren aanpassen naar aanleiding van onjuiste waardering van valuta- en rentederivaten. Freddie Mac, de grootste hypotheekverstrekker in de Verenigde Staten, moest onverwacht een verlies op rentederivaten melden, en dichter bij huis moest vorig jaar een joint venture van NIBC en Petercam een verlies op derivaten melden.
Toenemend gebruik derivaten
In de jaren negentig kenden financiële instellingen veel veranderingen, onder andere in de wijze waarop ze hun activiteiten en risico’s managen. Als gevolg daarvan ervoeren jaarrekeninggebruikers problemen met het beoordelen en vergelijken van de financiële positie, prestaties en risico’s van deze ondernemingen. De evolutie van risicobeheersingspraktijken, het toenemende gebruik van derivaten en de toegenomen aandacht hiervoor bij de jaarrekeninggebruikers draagt sterk bij aan de ontwikkeling van IFRS 7. Aangezien ook steeds meer ‘gewone’ ondernemingen zich met zulke activiteiten bezighouden, met name vanuit de treasury-afdeling, heeft de International Accounting Standards Board de nieuwe standaard van toepassing verklaard op alle ondernemingen die financiële instrumenten gebruiken.
IFRS 7 beschouwen als ‘eenvoudigweg een nieuwe standaard’ waaraan moet worden voldaan, is een grove onderschatting. De nieuwe richtlijn vraagt namelijk om toelichtingen over risico’s vanuit het oogpunt van de onderneming, in plaats van, zoals IAS 32, een omvangrijke en gedetailleerde lijst van toelichtingen.
Kwantitatief en kwalitatief
De toelichtingen die gebruikers in staat moeten stellen om het belang van financiële instrumenten te beoordelen, zijn deels van kwalitatieve aard, zoals beschrijvingen van activa die off-balance worden behandeld, verstrekte onderpanden en informatie over het eventueel niet voldoen aan bepalingen in leningcontracten, waardoor deze opeisbaar zijn. Daarnaast zijn er kwantitatieve toelichtingen, bijvoorbeeld op de boek-waarden van de verschillende categorieën financiële activa en verplichtingen, en op het effect op de winst-en-verliesrekening van een verandering in de reële waarde van die verplichtingen door een gewijzigd kredietrisicoprofiel van de onderneming.
Ook de toelichtingen op het risico dat voortkomt uit financiële instrumenten zijn kwalitatief en kwantitatief. De kwalitatieve toelichting bestaat uit informatie over de type risico’s die voortkomen uit financiële instrumenten, de mate waarin de onderneming daaraan bloot staat, hoe deze risico’s ontstaan en het beleid en de processen waarmee ze worden gemeten en beheerst. De kwantitatieve toelichtingen verstrekken informatie over de mate waarin de onderneming bloot staat aan marktrisico’s, zoals valuta-, rente- en prijsrisico, kredietrisico en liquiditeitsrisico.
Een essentieel punt is dat deze kwantitatieve toelichting over de risico’s moet zijn gebaseerd op informatie die intern wordt verstrekt aan het topmanagement en wordt gebruikt bij besluitvorming. Daarmee legt IFRS 7 het risicomanagement bij ondernemingen bloot.
Treasurer
IFRS 7 zal meer gevolgen hebben voor een onderneming dan alleen een extra taak voor de accounting- of controllingafdeling bij de jaarverslaggeving. Veel toelichtingen zullen op de schouders van de treasuryafdeling terechtkomen, aangezien ze moeten worden gebaseerd op de informatie die deze afdeling al intern aan het topmanagement verstrekt.
Zoals Keith Strachan, director bij Deloitte Treasury Consulting in London zegt: “Tot op heden konden veel treasurers relatief onafhankelijk van hun controller-collega’s opereren. Sommigen hebben het zelfs voor elkaar gekregen om in het geheel niet betrokken te zijn bij IAS 39-implementatietrajecten. Het lijkt wel alsof IFRS 7 bedoeld is als een samenzwering om treasurers en controllers dichter bij elkaar te brengen.”
Veel, vooral kleinere, bedrijven hebben geen aparte treasury-functie. Daar valt de schone taak om IFRS 7 te implementeren volledig op de schouders van de accounting- of controlling-afdeling. Voor zulke afdelingen zal het niet altijd meevallen te onderkennen welke typen financiële instrumenten de onderneming heeft, welke risico’s daarmee zijn gemoeid en welke risicobeheersingsmaatregelen daarop genomen zijn.
Niet expliciet voorgeschreven
Anders dan onder IAS 32 zullen de toelichtingen onder IFRS 7 meer aansluiten bij het belang van financiële instrumenten en de bijbehorende risico’s. De omvang van de toelichtingen zal dus afhankelijk zijn van de mate waarin een onderneming gebruikmaakt van financiële instrumenten. Dat IFRS 7 niet expliciet de mate van detaillering van de kwantitatieve toelichtingen voorschrijft, lijkt ideaal voor treasurers, die voor extern rapporteren vaak een ‘minder is beter’-filosofie aanhouden. De verleiding om zo weinig mogelijk concrete informatie te verstrekken, brengt echter het risico met zich mee dat externe stakeholders zullen denken dat het management de risico’s niet goed managed of, erger, ze niet begrijpt.
Evenwicht
Hoe kan een evenwicht worden bereikt tussen een te summiere en te uitgebreide toelichting? Simpelweg geen toelichting verstrekken, omdat IFRS 7 het niet expliciet verplicht, staat vaak haaks op de eis om kwantitatieve informatie te geven die is gebaseerd op informatie die intern aan het topmanagement is verstrekt. Bovendien zal het de wenkbrauwen van stakeholders doen fronsen. Aan de andere kant zullen toelichtingen à la IAS 32 vaak niet aansluiten op die eis. Het is onvermijdelijk dat de spanning tussen beide extremen zal leiden tot discussies binnen de onderneming en met de externe accountant.
Twee aandachtspunten
Vooruitlopend op de implementatie van IFRS 7 is het voor treasurers tijd om het risicomanagementbeleid en de interne rapportages over financiële risico’s te beoordelen. Wellicht moeten het beleid en de rapportages worden aangepast, om er zeker van te zijn dat de gevraagde informatie daarbij aansluit. Twee aandachtspunten zijn daarbij cruciaal (zie ook kader ‘Zes stappen naar implementatie’):
- Ontwikkel een risicomanagementbeleid en rapportage-format dat aansluit bij de eisen van IFRS en dan met name bij de waarderings- en resultaatbepalingseisen van IAS 39, en zorg er voor dat deze informatie kan worden aangesloten op de jaarrekening.
- Breng de kwalitatieve en kwantitatieve toelichtingen in lijn met het risicomanagementbeleid en het interne rapportage-format. Hierbij zullen de treasury- en accountingafdeling nauwer moeten samenwerken.
Op één lijn
IFRS 7 vraag om inspanningen van zowel accounting- als treasury-afdelingen. Het is nog nooit zo belangrijk geweest dat de interne risicorapportages vanuit de treasury op één lijn liggen met de toelichtingen die via de jaarrekening aan die buitenwereld worden verstrekt. Consistentie in kwalitatieve en kwantitatieve toelichtingen is een vereiste. Die kan alleen worden bereikt door verbeterde communicatie tussen de treasury- en accountingafdeling van een onderneming.
Noot
Stephen Brickett is senior manager bij Deloitte Specialised IFRS Advisory in London en Ramon Tolk is senior manager bij Deloitte Financial Advisory Services in Amsterdam. Het artikel is geschreven op persoonlijke titel.
Gevoeligheidsanalyse
De gevoeligheidsanalyse zal een krachtig instrument in de toelichtingen zijn. Omdat gebruikers de analyse naar verwachting goed zullen begrijpen, zullen zij beter in staat zijn om de risico’s voor de financiële positie en prestaties van een onderneming te beoordelen.
Onder IAS 32 was een gevoeligheidsanalyse in de toelichting slechts een aanbeveling. Dat het nu vereist is, betekent voor treasures de uitdaging om betrouwbare informatie te verkrijgen ten behoeve van de gevoeligheidsanalyse. Veel treasures vertrouwden in het verleden op banken en gekochte systemen om derivaten te kunnen waarderen en effectiviteitsberekeningen uit te voeren. Het kan verstandig zijn nu reeds over alternatieven na te denken.
Daarnaast zullen bijvoorbeeld ook jaarverslaggevingshandleidingen moeten worden aangepast. Een onderneming zal bijvoorbeeld een methode moeten vaststellen om te bepalen wat een ‘redelijke’ verandering van het marktrisico zou zijn en zal in staat moeten zijn om wijzigingen in de methodes en aannames te onderbouwen met historische informatie. De accountant zal hier namelijk zeker de nodige aandacht aan besteden.
Wijzigingen ten opzichte van IAS 30 en IAS 32
IFRS 7 brengt ten opzichte van IAS 30/32 een groot aantal veranderingen. De belangrijkste:
- Verplichte gevoeligheidsanalyse (onder IAS 32 optioneel) die toelicht hoe de winst-en-verliesrekening en het eigen vermogen zouden zijn beïnvloed bij een redelijke verandering van de risicovariabelen per balansdatum (bijvoorbeeld een vijf procent hogere of lagere dollarkoers).
- Indien hedge accounting wordt toegepast, moet een aanvullende toelichting worden verstrekt over ineffectiviteit van cash flow en fair value hedge-relaties.
- Informatie over kredietrisico per balansdatum en eventuele concentraties in kredietrisico’s.
- Toelichting van de ‘dag 1’-winst of -verlies op een financieel instrument, als voor de waardering daarvan niet publiekelijk beschikbare marktdata worden gebruikt, zoals eigen aannames bij extrapolatie van rentecurves. De toelichting moet inzicht geven in de ‘dag 1’-winst (of -verlies) dat niet in het resultaat is genomen, en in het beleid van de onderneming ten aanzien van wanneer die winst (of -verlies) wel in de winst-en-verliesrekening wordt verwerkt.
- Toelichting over de waardeveranderingen van leningen en vorderingen die op reële waarden worden gewaarderd, voor zover deze niet worden veroorzaakt door veranderingen in marktrisico. Deze toelichting moet ook een beschrijving bevatten van de methode waarmee de waardeveranderingen zijn berekend.
Bovenstaande lijst is niet uitputtend en de verschillen zitten soms in de details. Anders dan wellicht op het eerste gezicht lijkt, zullen diverse ondernemingen een aanzienlijk aantal wijzigingen moeten verwerken.
Zes stappen naar implementatie
Een implementatieplan om te zorgen dat wordt voldaan aan IFRS 7 zal sterk worden beïnvloed door de aard en mate waarin een onderneming gebruikmaakt van financiële instrumenten. Maar in elk geval zou het volgende onderdelen moeten bevatten:
- Begrijp de toelichtingseisen van IFRS 7, de mate waarin die verschillen van IAS 30 en IAS 32 en de gevolgen van de toelichtingseisen op de jaarrekening.
- Verzorg trainingen voor alle interne stakeholders, zodat ook zij de eisen begrijpen en - nog belangrijker - kunnen bepalen hoe dit hun handelen kan beïnvloeden.
- Beoordeel het huidige risicomanagementbeleid en de interne risicorapportages om te begrijpen wat de huidige basis is voor de toelichtingen in de jaarrekening, en pas ze zonodig aan.
- Ontwikkel en/of investeer in processen en systemen die zowel de interne risicorapportages kunnen ondersteunen als de gevoeligheidsanalyse voor marktrisico’s.
- Ontwikkel een rapportageformat voor de (toelichtingen in de) jaarrekening en kom daarover tot overeenstemming met de externe accountant.
- Documenteer en test het bestaan en de werking van de interne controles binnen de belangrijkste processes die worden gebruikt om toelichtingen te genereren. In sommige gevallen moeten de controles, processen en procedures voldoen aan de Sarbanes-Oxley Act.
Gerelateerd
Een voortdurende uitdaging in onzekere tijden
Europese banken hebben in de periode 2020-2022 ongeveer twee tot drie keer zoveel geld in de stroppenpot gestopt, vergeleken met de jaren ervoor. Hasan Gürkan bekijkt...
COVID-19 en IFRS 9 kredietverliezen
IFRS 9 brengt grotere volatiliteit met zich mee bij abrupt verslechterende economische omstandigheden.
Hét moment voor grondige review van IFRS 9?
IFRS 9 werkt in geval van een abrupte crisis sterker procyclisch dan de vorige boekhoudregel, betoogt Hasan Gürkan.
'IFRS 9-regels worden onverantwoord opgerekt'
De IFRS 9-regels worden vanwege de coronacrisis minder streng gehanteerd, wat het risico op een financiële crisis doet toenemen.