Geen 'vrijheid blijheid' meer
Volgens criticasters zijn maatschappelijke verslagen weinig meer dan glossy corporate-brochures. Een strenge conceptrichtlijn voor de controle van deze verslagen moet hen de mond snoeren. “We ontkomen er daarbij niet aan een groot beroep te doen op de professional judgment van een accountant.”
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 1, 2004
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Op het eerste gezicht is het een beetje gek: een controlerichtlijn waarin verslaggevingseisen zijn opgenomen. In de regelgeving voor accountants is het immers gebruikelijk om verslaggeving en controle te scheiden. In het geval van de richtlijn voor assurance bij maatschappelijke verslagen kon het echter moeilijk anders. Fred Drieënhuizen, voorzitter van de desbetreffende werkgroep: “Het probleem bij maatschappelijke verslagen is dat er nog geen eenduidige handvatten zijn over wat er in zo’n verslag moet staan en over wat de begrippen ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO)’ en ‘duurzaamheid’ precies inhouden. Het ontwikkelen van een controlerichtlijn is dan ook niet erg zinvol als aan de rapporteringseisen voorbij wordt gegaan. We hebben aardig wat mensen ervan moeten overtuigen dat dit een goede pragmatische oplossing is.”
Voortouw
Het alom erkende gebrek aan goede normen voedt de kritiek op maatschappelijke verslagen. Chris Hibbit wond er in het meinummer van ‘de Accountant’ geen doekjes om. Hij concludeerde na onderzoek dat deze verslagen PR-crap zijn en dat het motto ‘vrijheid blijheid’ overheerst, zowel bij het opstellen als het controleren van de verslagen. Drieënhuizen - werkzaam bij de vaktechnische afdeling van Ernst & Young - en collega commissielid Hans van Hoogenhuijze - voor zijn recente pensionering internal auditor bij ING - zijn het niet eens met die scherpe kritiek. Maar ze erkennen wel dat er op dit moment te weinig concrete voorschriften zijn. Dat is dan ook precies de reden om de nieuwe richtlijn te ontwikkelen.
In internationaal verband is de situatie helaas niet veel beter. Drieënhuizen: “De International Federation of Accountants werkt op dit moment aan normen voor maatschappelijke verslagen. Je merkt daar duidelijk dat niet alle accountants even doordrongen zijn van de noodzaak van assurance-richtlijnen bij maatschappelijke verslagen. Het duurde ons in ieder geval te lang voordat daar concrete resultaten werden geboekt. Daarom besloten we om in Nederland het voortouw te nemen door deze richtlijn te ontwikkelen.”
Schadelijk
Vooralsnog gaat het om een concept waarover nog uitgebreid zal worden gediscussieerd. Beiden rekenen erop dat er nog minstens een jaar overheen zal gaan voordat de richtlijn in definitieve vorm zijn beslag krijgt. Ze verwachten dat de impact op de bestaande praktijk dan groot zal zijn. Het implementeren van de richtlijn is belangrijk om de kwaliteit van de controle van maatschappelijke verslaglegging te verhogen, maar ook voor de accountantsbranche in brede zin. Van Hoogenhuijze: “Als de publieke perceptie nu ‘vrijheid blijheid’ is, dan is dat schadelijk voor de reputatie van de hele beroepsgroep.”
Bedrijven die nu vrijwillig zo’n verslag opstellen - in Nederland een groot aantal AEX-fondsen - zijn niet verplicht om daar een accountant naar te laten kijken. Drieënhuizen: “Als een accountant wordt ingeschakeld voor assurance bij zo’n verslag, stelt onze richtlijn straks een aantal strenge eisen aan opdrachtacceptatie en de aanpak van de controle. Zo’n verslag moet de belangrijkste issues behandelen. Wanneer je als accountant een maatschappelijk verslag goedkeurt moet je vaststellen dat het verslag in ieder geval voldoet aan de gerechtvaardigde informatiebehoeften van de verschillende groepen belanghebbenden.”
Lakmoesproef
Hoeveel van de huidige verslagen zouden die nieuwe lakmoesproef doorstaan?
Van Hoogenhuijze: “Ik denk dat veel bestaande verslagen op punten moeten worden uitgebreid als we deze richtlijn nu zouden hanteren. Juist omdat het delen van dilemma’s met groepen stakeholders in de praktijk te weinig gebeurt, en omdat het begrip sustainability onvoldoende is ontwikkeld. De nieuwe richtlijn is daar helder over: als je geen beleid hebt ontwikkeld voor de vijf hoofdgroepen stakeholders die wij onderscheiden, en hun belangrijkste issues niet behandelt, kan er geen sprake zijn van goedkeuring door een accountant.”
De richtlijn spreekt hier van een ‘gerechtvaardigde informatiebehoefte’ van de ‘representatieve’ vertegenwoordiger van een groep stakeholders. Het definiëren van die ‘gerechtvaardigde informatiebehoefte’ is dus van wezenlijk belang voor de accountant.
Professional judgment
Hoe kan de accountant dat nader invullen? En op dat gebied de materialiteit bepalen?
Drieënhuizen: “Het is volstrekt helder dat de consument als stakeholder niet van Ahold mag verwachten dat deze inzicht geeft in haar inkoopprijzen. Dat is geen gerechtvaardigde informatiebehoefte. En zo is het ook voor te stellen dat bepaalde extreme actiegroepen niet automatisch als doelgroep voor het maatschappelijk verslag worden geaccepteerd door
een onderneming. Dat moet dan wel duidelijk worden gemaakt door de onderneming. Uiteraard zijn er tal van twijfelgevallen. Dan is het aan de betrokken accountant om daar zijn eigen professional judgment op los te laten.”
Zullen criticasters dat beroep op professional judgment niet afdoen als boterzacht, en betogen dat we zo nog steeds niet opschieten?
Drieënhuizen: “In elk geval zorgt de richtlijn voor meer transparantie over hoe je als accountant omgaat met maatschappelijke verslaggeving. Daarom hebben we ook nadrukkelijk veel flexibiliteit ingebouwd in de manier waarop accountants kunnen rapporteren over hun werkzaamheden. We bieden hem veel vrijheid om zelf zo goed mogelijk zijn conclusies te formuleren.”
Dilemma
De richtlijn biedt bijvoorbeeld expliciet de mogelijkheid om een deel van het verslag goed te keuren, terwijl een ander deel van een voorbehoud wordt voorzien. Beide werkgroepleden realiseren zich terdege dat zo’n veelheid aan opties het gevaar heeft dat het publiek er straks niets meer van snapt. Maar het lijkt een kwestie van kiezen tussen twee kwaden.
Drieënhuizen: “Het is een moeilijk dilemma: standaard goedkeurende verklaringen zijn op dit moment eigenlijk nog niet mogelijk, en de door ons gekozen flexibiliteit in rapporteren kan bij het publiek wellicht onbegrip veroorzaken. Voorop staat uiteraard dat de accountant in zijn bewoordingen een verwachtingskloof moet trachten te vermijden. Ons idee is dan ook om de inherente beperkingen van zo’n opdracht helder te verwoorden op de website van het NIVRA.”
Meer diepgang
Van Hoogenhuijze benadrukt dat de controle van een maatschappelijk verslag vaktechnisch fundamenteel anders is dan die van een financieel verslag: “De bewering dat bij een organisatie 34 procent van het personeelsbestand vrouwelijk is, staat in geen enkel verband met de CO2-uitstoot van deze organisatie. Terwijl in een financieel jaarverslag veel
elementen rechtstreeks juist wel met elkaar samenhangen. Dat maakt de controle van zo’n maatschappelijk verslag arbeidsintensiever.”
Niettemin zal de richtlijn in veel gevallen zorgen voor meer diepgang van de werkzaamheden. Van Hoogenhuijze: “In de richtlijn vullen we het verschil tussen ‘controleren’ en ‘beoordelen’ op een eigen manier in. Een beoordelingsopdracht van een maatschappelijk verslag moet volgens ons voorstel meer om het lijf hebben dan wat nu in RAC 910 wordt verstaan onder beoordelen van financiële informatie. Het houdt bijvoorbeeld ook in dat systemen voor het naleven van gedragscodes kritisch moeten worden bekeken.”
Internationaal
Zoals Rome niet op een dag is gebouwd, zo zal er ook nog wel enige tijd overheen gaan voordat maatschappelijke verslaggeving en de controle daarop helemaal volwassen is. De nieuwe richtlijn kan in elk geval helpen om het huidige opportunisme wat aan banden te leggen.
Drieënhuizen: “En internationaal lopen we straks voorop. De richtlijn dient weer als input voor de ontwikkelingen bij het IFAC, en kan daar een impuls aan de ontwikkeling geven. Het is goed om te zien dat er internationaal beweging is. De Fédération des Experts Comptables Européens (FEE) heeft laatst bijvoorbeeld ook opgeroepen tot een call for action op dit gebied.” Stapje voor stapje kan de maatschappelijke verslaggeving zo verbeteren.
Drieënhuizen en Van Hoogenhuijze willen graag daaraan blijven bijdragen, en hebben een VERA-cursus over dit thema ontwikkeld.
Belangrijkste punten conceptrichtlijn assurance bij maatschappelijke verslagen
Minimumeisen aan verslag
Een onderneming moet een toereikend beleid hebben voor de verslaggeving aan zes groepen stakeholders - medewerkers,
afnemers, aandeelhouders/bankiers, leveranciers, specifieke belanghebbenden bij milieu en bij sociale aspecten voor samenleving en voorzien in hun gerechtvaardigde informatiebehoefte. Alleen dan kan een accountant een goedkeurend assurance-rapport bij zo’n verslag geven.
Vormvrije verklaring
De richtlijn geeft geen standaardteksten voor verklaringen. De accountant heeft juist een grote mate van flexibiliteit om zo helder mogelijk te formuleren wat hij heeft gedaan en wat de conclusies van de werkzaamheden zijn. Een bijlage met een aantal voorbeelden illustreert dit.
Samenwerking met specialisten
Voor de controle van maatschappelijke verslagen is vaak specialistische expertise nodig, die de accountant zelf niet bezit. Daarom is in een aparte richtlijn uitgewerkt hoe de samenwerking met specialisten kan worden vorm gegeven. Daarbij zijn verschillende modellen voor de verdeling van (juridische) verantwoordelijkheden uitgewerkt, waaronder het dragen van gezamenlijke verantwoordelijkheid met experts.
Definitie van beoordelingswerkzaamheden
In deze richtlijn heeft ‘beoordelen’ meer om het lijf dan wat er in de huidige RAC 910 voor financiële informatie onder
wordt verstaan. De richtlijn schrijft dan ook redelijk wat systeemgerichte werkzaamheden voor als onderdeel van beoordelen.
Materialiteit
Dit onderwerp is voor MVO zowel in theorie als in de praktijk nog nauwelijks uitgewerkt. De nieuwe richtlijn gaat in op
verslaggevingsmaterialiteit. Wat betreft de te hanteren tolerantie voor de accountant blijft het vooral een kwestie van professional judgment.
Gerelateerd
AFM: Accountantskantoren lopen risico's rondom integriteit, digitalisering, duurzaamheid en fraude
Integriteitsincidenten bij meerdere accountantsorganisaties, zoals examenfraude, raken aan de integriteit van accountants. Ook thema's als de krappe arbeidsmarkt,...
De reis
De invoering van de CSRD moet niet betekenen dat bedrijven te veel tijd en geld spenderen aan technische naleving en assurance. Ook accountants hebben rondom duurzaamheidsrapportages...
Philips en Schijvens Corporate Fashion winnen CSRD Awards
Tijdens de CSRD DAY 2024 in Nieuwegein zijn op 12 november voor het eerst de Nederlandse CSRD Awards toegekend aan Koninklijke Philips (categorie grootbedrijf) en...
EU Taxonomie aan de beurt
Terwijl de meeste aandacht uitgaat naar de CSRD, is een volgende lichting grote ondernemingen nu ook verplicht over 2025 te rapporteren in lijn met de EU Taxonomie-vereisten....
NBA publiceert nieuwe brochure over ESG-fraude en greenwashing
De NBA publiceert een nieuwe brochure over ESG-fraude en greenwashing. "Hoe gaan we daar als accountants mee om?", is de centrale vraag die in de publicatie wordt...