Nieuws
Felle reacties op lezing Paul Koster - Beperking aansprakelijkheid in Engeland - ICAEW: 'Tegengesteld effect' - Jaarverslag TNT negende ter wereld - Krimpende advocaten - Ontwerp nieuwe Gedrags- en Beroepscode - AFM aansprakelijk bij gebrekkig toezicht.
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 2, 2005
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Felle reacties op lezing Paul Koster
In zijn Nordemann-lezing op 16 september 2005 adviseerde bestuurslid Paul Koster van de Autoriteit Financiële Markten aan accountants van beursgenoteerde ondernemingen om alle nevenactiviteiten buiten de controle af te stoten (zie pagina 26). Dit leidde tot felle reacties.
Inleider en hoogleraar Philip Wallage sprak de hoop uit dat “de markt zal bepalen wat er gebeurt, niet de wetgever. Met zo’n strikte scheiding dreig je het kind met het badwater weg te gooien.” Paul Kosters reactie: “Ik hoop juist dat de markt het zelf doet. Want ik geef u op een briefje dat als er weer iets fout gaat, er drastisch zal worden ingegrepen. Daarom vraag ik de kantoren er zelf nog eens goed naar te kijken.”
Regelgevers in de VS hebben naar aanleiding van het tax shelter-schandaal al ‘grenzen’ gesteld aan belastingadvisering door controlerend accountants, zei hij. “Hoe moet je dat als toezichthouder goed beoordelen? Het kan toch niet zo zijn dat je een heel systeem moet opzetten om de onafhankelijkheid te waarborgen, waar vervolgens de toezichthouder weer toezicht op moet houden? Ik kies voor helderheid.”
De aanwezige vertegenwoordigers van de big four bleken - niet verrassend - weinig enthousiast over Kosters standpunt. Anton Coster (Deloitte): “Omdat het toezicht moeilijk is, is de reactie blijkbaar om het dan maar over een geheel andere boeg te gooien?”
Een gemeenschappelijk argument was dat voor een goede controle specialisten nodig zijn, die louter met controlewerkzaamheden niet in huis te houden zijn. Uitze Tjeerdsma (Ernst & Young): “Dit is een complexe wereld. Je moet je afvragen welke functies wel en niet bij het accountantswerk passen, maar je hebt zeker specialisten nodig.” Koster: “Zeker, maar die specialisten moeten geen ander belang hebben dan de financiële markt. Je kunt niet de ene dag de cliënt dienen en de andere dag de maatschappij.”
Naast een strikte scheiding van controle en nevenactiviteiten bepleit Koster ook een bredere accountantsverklaring. De onder meer door Wallage geuite vrees dat louter controleren voor velen niet voldoende interessant zal zijn bestreed hij dan ook: “Het vak van accountant is interessant en wordt daardoor nog interessanter.”
Jaap van Manen (PricewaterhouseCoopers): “Het verheugt me dat we het daar in elk geval over eens zijn. Omdat ik audit de mooiste sport vind, heb ik ook wel sympathie voor Kosters benadering om het apart te zetten. Voor een hoogwaardige controle heb je echter ook andere mensen nodig. Elke firma heeft zijn eigen code of conduct, waaraan iedereen is gebonden, dus over de moraliteit van onze belastingadviseurs maak ik me niet zoveel zorgen.”
Van Essen (KPMG) noemde de voorstellen van Koster “mosterd na de maaltijd. Zeker vanuit de toezichthouder gaat dit me te ver”.
Hoogleraar Marcel Pheijffer merkte vanuit de zaal op dat met name de vertegenwoordigers van Ernst & Young en Deloitte niet serieus reageerden op de argumenten. “Ik hoop dat de discussie hierover in de bestuurskamers serieuzer zal zijn. Hoogenboom sprak ooit over ‘een gesloten en geblindeerd universum’. Daar doen deze reacties me aan denken.”
Oud-PwC-bestuurder Gilles Izeboud trok een en ander in breder verband. Hij wees er vanuit de zaal op drie landen te kennen met de situatie zoals Koster die wenst: “Italië, Frankrijk, en België. En ik zou toch eerder voor een Nederlands of Amerikaans accountantskantoor kiezen dan voor een uit die landen.” (Zie ook Op de korrel en Opinie in dit nummer.) (TN)
NIVRA vraagt AFM om opheldering
Het NIVRA heeft de AFM om opheldering gevraagd over recente uitspraken van AFM-bestuurslid Paul Koster (zie pagina 26). Het NIVRA heeft vooral moeite met Kosters uitspraak dat “de huidige moraal van de accountants onvoldoende is”. “De uitspraak brengt het accountantsberoep in diskrediet en bovendien past een dergelijke stellingname niet bij de onbevooroordeelde rol van een toezichthouder”, zo schrijft de beroepsorganisatie in een brief aan het AFM-bestuur.
Daarnaast gaat het AFM-bestuurslid met zijn pleidooi voor het afscheiden van alle adviesactiviteiten door accountantsorganisaties “aanzienlijk verder dan de normen die zeer recentelijk door de Tweede Kamer zijn vastgesteld met het goedkeuren van de Wet toezicht accountantsorganisaties”.
In haar brief verzoekt het NIVRA het AFM-bestuur om helderheid te verschaffen over deze uitspraken en haar visie op de rol en positie van de AFM als toezichthoudende instantie. Gezien de onduidelijkheid over de opvattingen van de AFM schort het NIVRA de samenwerking rond de invoering van het toezicht voorlopig op. (Zie ook pagina 7.)
NOvAA: ‘Regelzucht AFM’
Voorzitter Paul Bosschart van de Nederlandse Orde van Accountants-Administratieconsulenten vindt dat Koster zich met zijn uitspraken ten onrechte op het terrein van regelgeving begeeft. “De AFM is een uitvoeringsorgaan en geen regelgever. Los van de vraag of ik het eens ben met de voorgestelde maatregelen, moet ik constateren dat deze voorstellen de bevoegdheden van een toezichthouder te boven gaan. Ik wijs erop dat in de Tweede Kamer een amendement over scheiding van controle- en adviestaken is afgewezen. Gaat de toezichthouder nu op de stoel van de wetgever zitten?”
KPMG VS schikt tax shelter-zaak voor $ 456 miljoen
Met het betalen van $ 456 miljoen heeft KPMG in de VS een strafzaak over de verkoop van illegale tax shelters afgekocht. Als onderdeel van de schikking erkent KPMG schuld aan het verkopen van illegale belastingconstructies, die de Amerikaanse fiscus minstens $ 1,4 miljard kostten. Wel zal justitie de bij de gewraakte belastingadviezen betrokken oud-partners van het kantoor vervolgen. KPMG is hiermee nog niet uit de gevarenzone. Klanten die niet de beloofde belastingvermindering hebben geïncasseerd zullen schadeclaims indienen.
Door de schuldbekentenis staat KPMG daarin nu volgens juristen minder sterk. Verder krijgt KPMG een proeftijd, waarin zij moet bewijzen dat haar fiscalisten geen ‘agressieve’ constructies meer verkopen. Voormalig SEC-voorzitter Richard Breeden wordt voor drie jaar bij het kantoor aangesteld als onafhankelijke waarnemer.
Omzet per partner
De gemiddelde wereldwijde omzet per partner bij de big four is met 2,14 miljoen dollar ruim 2,5 keer zo hoog als die van partners bij middelgrote accountantskantoren. Dat blijkt uit onderzoek door International Accounting Bulletin. Bij die laatste groeide de omzet per partner sinds 2000 echter wel bijna twee keer zo hard (29 procent) als bij de megakantoren. De gemiddelde omzet per professional verschilt ook, maar minder geprononceerd. Professionals bij de big four zetten circa 1,4 keer meer om dan hun middelgrote concurrenten.
Beperking aansprakelijkheid in Engeland
Dit najaar zal het Engelse parlement naar alle waarschijnlijkheid de hervorming van het Engelse ondernemingsrecht ter hand nemen. Een van de wijzigingen die het ministerie van industrie en handel (DTI) voor ogen staat, is de mogelijkheid voor accountants hun aansprakelijkheid langs contractuele weg te beperken. Accountantskantoren moeten met hun opdrachtgever kunnen afspreken dat zij slechts tot een bepaald bedrag aansprakelijk zijn. Maar dan moet dat bedrag wel redelijk en billijk zijn (fair and reasonable). Wat precies redelijk en billijk is, bepaalt uiteindelijk de rechter. Tegenover enige vrijheid om de aansprakelijkheid te beperken, staat daardoor de onzekerheid over de mate waarin dat is toegestaan.
De wetsvoorstellen werpen geen dam op tegen gigantische claims. Verder beperken de voorstellen zich tot de aansprakelijkheid tegenover de cliënt; limitering van de aansprakelijkheid tegenover derden is niet aan de orde. Als accountants en ondernemingen het eens worden over beperking van de aansprakelijkheid, dan moet het ondernemingsbestuur dit volgens de voorstellen kenbaar maken aan de aandeelhouders.
ICAEW: ‘Tegengesteld effect’
De Engelse beroepsorganisatie ICAEW ziet liever dat een proportionele aansprakelijkheid wordt ingevoerd, waarbij het maximum in verhouding staat tot de gemaakte fout. De regering heeft zich eerder voor deze optie uitgesproken en de ICAEW hoopt dat het parlement de jongste voorstellen van het ministerie zal amenderen.
De ICAEW maakt zich verder zorgen over de dreigende invoering van de mogelijkheid om accountants die meewerken aan het publiceren van misleidende cijfers strafrechtelijk te vervolgen. De beroepsorganisatie vindt het goed zolang de vervolging en bestraffing beperkt blijven tot oneerlijke en frauduleuze praktijken. Maar gezien de tekst van het wetsvoorstel vreest de ICAEW dat accountants ook strafrechtelijk zullen worden vervolgd wanneer zij onopzettelijk een fout hebben gemaakt of nalatig hebben gehandeld. “Het gevolg zal zijn dat het accountantsberoep veel risicomijdender wordt en minder bereid om een oordeel uit te spreken: precies het tegenovergestelde van het gewenste effect”, zegt Tony Bromell van de ICAEW. “Daarom zal het voorstel de kwaliteit van de controles verminderen, de controlekosten onnodig verhogen, de keuze in de markt verder beperken en de economie van het Verenigd Koninkrijk nauwelijks dienen.” (LvA)
Brits PwC-topman: ‘Vier kantoren is genoeg’
Er is geen noodzaak om het huidige aantal van vier wereldwijde grote accountantskantoren te vergroten. Dat zegt Kieran Poynter, topman van PwC in het Verenigd Koninkrijk, in de Financial Times. Poynter is ‘opgelucht’ dat KPMG het Amerikaanse overheidsonderzoek naar de handel in tax shelters heeft overleefd, maar deelt de sindsdien toegenomen zorgen over marktconcentratie niet. Volgens hem is de keus uit vier accountantsfirma’s voor de grootste multinationals voldoende. Op de vraag of kleinere kantoren moeten worden aangemoedigd zich in dat segment te mengen, zegt Poynter: “Ik geloof niet dat er iets gedaan hoeft te worden. De realiteit is denk ik dat als we er meer dan vier zouden hebben, dat niet heel erg zou verschillen.”
Jaarverslag TNT negende ter wereld
Volgens wereldwijd onderzoek van ReportWatch onder 1.100 ondernemingen behoort het jaarverslag van TNT tot de beste tien ter wereld. Ook Philips scoort hoog, op twaalf. Totaal figureren in de top honderd elf Nederlandse bedrijven. Het beste jaarverslag is volgens dit negende Annual Report on Annual Reports dat van de Canadian Imperial Bank of Commerce.
Weinig positief is ReportWatch over het verslag van KPN: “232 pages that exemplify today’s worst reporting features: heavy, boring, poorly designed, diluting (and of course diluted)” (verdund, red.). Ook Wolters Kluwer krijgt kritiek, vooral vanwege het bericht van de bestuursvoorzitter - “een collectie van clichés” - dat voorafgaat aan een “zeer gemiddeld” verslag.
Deloitte digitaal
Deloitte heeft onder de naam ctrl haar dienstverlening aan het midden- en kleinbedrijf uitgebreid met online accountancydiensten. Hiertoe behoren onder andere boekhouden, salarisverwerking, verzuimbeheer en adviesdiensten. Momenteel zijn circa zesduizend mkb-klanten aangesloten op ctrl. Deloitte verwacht dat binnen twee jaar alle mkb-klanten dat zullen zijn.
Weer 25 jaar cel
Nadat in de zomer ex-WorldCom-topman Bernard Ebbers in de Verenigde Staten tot 25 jaar cel werd veroordeeld, kregen de voormalig ceo en cfo van Tyco, Dennis Kozlowski en Mark Swartz, vorige maand dezelfde straf opgelegd. Naast de celstraf moeten ze samen 134 miljoen dollar terugbetalen en een boete voldoen van honderd miljoen dollar. De belangrijkste aanklacht in dit boekhoudschandaal betrof grof gezegd ‘ontvreemding’.
Tot de opmerkelijker privé-uitgaven die Kozlowski met bedrijfsgeld betaalde behoorden een douchegordijn van zesduizend dollar, een paraplubak van vijftienduizend dollar en een verjaardagsfeest (voor zijn vrouw) op Sardinië van een miljoen dollar.
Krimpende advocaten
Reclamebureaus zijn er de absolute kampioenen in: onuitsprekelijk lange namen, in de trant van DBBHCDO PQTH & Partners. Accountants kunnen er soms ook wat van, en hanteren dan later het snoeimes. Zo werd Deloitte Touche Thomatsu gewoon Deloitte en dropte Moret Ernst & Young de eerste naam uit dat trio. Als het officieel niet gebeurt doet de ‘volksmond’ wel zijn snoeiende werk. Zo heet PricewaterhouseCoopers, het al bij aanvang gekortwiekte resultaat van de fusie tussen Coopers & Lybrand en Price Waterhouse, in het dagelijks leven gewoon PwC.
Ook advocatenkantoren knippen massaal in hun namen, berichtte www.advocatie.nl onlangs. De tijd van volle monden als Stibbe Simont Monahan Duhot en Banning Van Kemenade & Holland lijkt voorgoed voorbij. Zo was Nysingh een jaar geleden nog Nysingh Dijkstra De Graaff, en heet Howrey Simons Arnold & White voortaan gewoon Howrey. Het is de vraag hoe lang kantoren AKD Prinsen Van Wijmen en De Brauw Blackstone Westbroek hun huidige namen nog zullen volhouden. Ook ten behoeve van internet slaat de afkortingstrend toe, meldt Advocatie. De Brauw etc. heet daar dbbw.nl. Ook debrauw.com leidt naar de goede website. Maar het webadres debrauwblackstonewestbroek.com heeft het kantoor volgens Advocatie niet geclaimd. Verstandig? In elk geval veelzeggend.
Ontwerp nieuwe Gedrags- en Beroepscode
Op 1 september 2005 overhandigde de voorzitter van de Commissie herzieningen GBA, Auke Nolles, het definitieve concept van de nieuwe Gedrags- en Beroepscode (GBC) aan de voorzitters van NIVRA en NOvAA. De gezamenlijke NIVRA-NOvAA-werkgroep heeft twee jaar gewerkt aan aanpassing van de huidige Gedrags- en beroepsregels aan de Code of Ethics van de International Federation of Accountants (IFAC).
Een belangrijk verschil met de huidige regels is dat de GBC meer uitgaat van principes dan regels. Binnen deze principes dient de accountant zorgvuldig te opereren, waarbij meer ruimte ontstaat voor een zelfstandige invulling. Een tweede principieel verschil betreft de basisbeginselen (integriteit, objectiviteit, deskundigheid en zorgvuldigheid, geheimhouding en professioneel gedrag), die nu voor álle accountants gelden. Ten derde wordt de onafhankelijkheidseis anders ingevuld: bepalend is voortaan de praktische aard van de werkzaamheden van de accountant, in plaats van hoe hij zich aan het maatschappelijk verkeer presenteert.
Naar verwachting zal het concept van de code nog deze maand op de websites van beide beroepsorganisaties te vinden zijn, en openstaan voor commentaar tot midden november 2005. Het NIVRA zal de nieuwe regels tijdens voorlichtingssessies in oktober op diverse plaatsen in het land aan de leden presenteren.
Ernst & Young: accountancy groeit, belastingadvies daalt
Ernst & Young zag het afgelopen boekjaar zijn omzet met 1,9 procent stijgen tot 606,5 miljoen euro. De nettowinst groeide met 10,6 procent tot 153,4 miljoen euro. Zonder de eenmalige boekwinsten van de verkoop van dochters Domenica en Interseco steeg de nettowinst met 6,8 procent tot 148,2 miljoen euro. Het gemiddeld aantal medewerkers daalde met 222 fte’s tot 4.101, de omzet per medewerker steeg van 138.000 naar 148.000 euro.
Tegenover de stijgende omzet bij de accountants en Transaction Advisory Services bij Ernst & Young staat een daling van de belastingsadviesomzet (met 1,4 procent). “Groei van de omzet bij internationaal opererende ondernemingen werd ongedaan gemaakt door een teruggang van de omzet in de nationale praktijk”, stelt bestuursvoorzitter Hulst. “De groei werd ook geremd door onzekerheid in de markt over welke diensten wel en welke niet aan controlecliënten mogen worden aangeboden. Hierin is recent duidelijkheid gekomen door een publicatie van de PCAOB (de Amerikaanse toezichthouder op het beroep, red.). De daarin beschreven regels beïnvloeden onze mogelijkheden tot dienstverlening nauwelijks. Aan de beperkende regels conformeerden wij ons al. Vast is komen te staan dat het verstrekken van belastingadvies en het leveren van compliance-diensten aan controlecliënten onverminderd kunnen worden voortgezet.”
AFM aansprakelijk bij gebrekkig toezicht
Terwijl juristen nog discussiëren over de vraag of er voor toezichthouders een lichtere vorm van aansprakelijkheid zou moeten komen, bepaalde de Rechtbank Amsterdam op 14 september 2005 dat de Autoriteit Financiële Markten (AFM) de schade moet vergoeden die bijna honderd beleggers hebben geleden. De voorganger van de AFM, de Stichting Toezicht Effectenverkeer (STE), reageerde enkele jaren geleden ten onrechte niet op een schriftelijke melding van de Stichting BeFra dat zij “als beherend vennoot van diverse beleggingscommanditaire vennootschappen” een rekening had geopend bij Friesland Bank Securities.
De stille vennoten van die vennootschappen waren beleggers, die hun geld grotendeels kwijt waren nadat de Stichting failliet ging. De gedupeerde beleggers richtten een vereniging op om onder meer de toezichthouder, de Friesland Bank Securities en de Rabobank in Houten aansprakelijk te stellen.
Behalve de banken acht de rechtbank ook de toezichthouder aansprakelijk. Dat de STE cliëntenremisier BeFra in 1998 toestond om onder bepaalde voorwaarden diensten aan te bieden rekent de rechtbank de toezichthouder niet aan. Zelfs niet terwijl BeFra daarbij te weinig informatie verstrekte en volgens de statutaire doelomschrijving meer diensten aanbood en verrichtte dan een cliëntenremisier kan en mag. Maar toen BeFra op 26 april 1999 meldde dat hij een hele reeks bankrekeningen had geopend, had de STE ‘als een redelijk handelend toezichthouder’ moeten nagaan of BeFra zich aan de regels hield en vervolgens passende maatregelen aan moeten nemen. Uit de melding bleek duidelijk dat de remisier optrad of dreigde te gaan optreden als vermogensbeheerder. De toezichthouder liet het echter bij een enkel verzoek om toezending van een kopie van de overeenkomst tussen BeFra en de bank. Volgens de rechtbank heeft de AFM “aldus haar toezichthoudende taak niet naar behoren uitgeoefend en (...) met ingang van 1 mei 1999 onrechtmatig gehandeld jegens de stille vennoten”.
Hoe groot de schade van de stille vennoten precies is, moet nog worden uitgezocht. Ook moet nog worden vastgesteld welk deel van de schade de banken moeten vergoeden en voor welk deel de toezichthouder moet opdraaien.
Het is de eerste keer dat een grote groep beleggers met succes schade claimt bij de financiële toezichthouder. Een individuele belegger stelde de toezichthouder enkele jaren geleden ook met succes aansprakelijk. Maar een definitieve rechterlijke uitspraak daarover is er nog niet. Of de AFM beroep zou aantekenen tegen het vonnis wist zij een week na de uitspraak nog niet. (LvA)
Tuchtprocedures bij vijf accountantskantoren
Het NIVRA bereidt tuchtprocedures voor tegen de leiding van vijf accountantskantoren die niet voldoen aan de kwaliteitscriteria of weigeren mee te werken aan de kwaliteitstoetsing door het College Toetsing Kwaliteit (CTK). De kwaliteit van drie kantoren bleek al in een eerder stadium ontoereikend. Verplichtende afspraken over verbeterplannen en herhaalde toetsingen leidden niet tot de vereiste resultaten. De tuchtprocedures kunnen uitmonden in disciplinaire maatregelen tegen de registeraccountants.
Ernst & Young en de tsunami
Het Indonesische kantoor van Ernst & Young heeft een tool ontwikkeld die moet bijdragen aan het efficiënt managen van de grote humanitaire hulp aan het door de tsunami getroffen Atjeh. Veel organisaties houden hun hulp op tot er een betrouwbaar control framework is. Om daar een bijdrage aan te leveren, en aan het stroomlijnen van de hulp en het tegengaan van corruptie, heeft Ernst & Young de Eye Tool Kit ontwikkeld. Deze bestaat uit communitybased controls, reporting systems en ‘anti-corruptietechnieken’, en bevat ook richtlijnen voor financiële rapportage en verantwoording. (Zie ook ‘de Accountant’ juli/augustus 2005.)
Uurtarief minst belangrijk
Bij de selectie van een interim-manager is het uurtarief het minst belangrijk. Dit blijkt uit onderzoek door Interview NSS in opdracht van de Raad voor Interim-managers (RIM) en de Orde van Register Managers (ORM). Het is meteen ook de opvallendste conclusie, stellen de twee organisaties in hun persbericht, ‘omdat interim-managers veelal te boek staan als dure jongens’. Op een enkele uitzondering na ligt hun gemiddelde dagtarief tussen de achthonderd en 1.500 euro. Opdrachtgevers vinden het vooral belangrijk dat de interim-manager zijn vak verstaat, zijn kennis en kunde overdraagt en daarbij - heel verrassend - vooral ook kwaliteit levert.
Verder blijkt uit het onderzoek dat de economie voor deze beroepsgroep weer wat in de lift zit. De bezettingsgraad van vooral jongere interimmanagers neemt het laatste jaar toe, evenals het aantal declareerbare dagen per opdracht. Dit laatste geldt vooral voor opdrachten bij grotere organisaties.
Denktank VS: beperk aansprakelijkheid
Regelgevers moeten overwegen maatregelen te nemen ter beperking van de aansprakelijkheid van accountantskantoren. Dit in het kader van het streven om de zorgen over de huidige concentratie in de controlemarkt te ondervangen. Dat zegt de Amerikaanse denktank American Assembly in een recent rapport op basis van een bijeenkomst van academici, accountants, bankiers, directeuren juristen en regelgevers. De huidige zorgen over de hoge concentratie in de internationale audit-markt ontstonden vooral nadat het aantal grote kantoren door het wegvallen van Andersen terugliep tot vier. De denktank prefereert maatregelen ter voorkoming van disproportionele ‘ruïneuze’ claims boven het van overheidswege afdwingen van een splitsing van de big four in kleine firma’s.
PCAOB: ‘Beperking nu heeft geen publieke steun’
William McDonough, voorzitter van de Public Company Accounting Oversight Board, de Amerikaanse toezichthouder op het accountantsberoep, waarschuwt accountants dat voor beperking van hun aansprakelijkheid op dit moment geen publiek draagvlak bestaat. “I do not think the American people would support legislative remediation of the auditor’s risk until the audit profession has really won back the confidence of the public”, aldus McDonough, die eind september 2005 aankondigde binnenkort af te treden omdat zijn opdracht een krachtige organisatie neer te zetten is volbracht.
De scheidend toezichthouder reageerde ook op de vele klachten over het vele werk en bijbehorende kosten door Sarbanes-Oxley: “Sarbanes-Oxley was passed in order to protect investors, not necessarily to make life easier for auditors or issuers of corporate securities.”