De dreiging van de pizza (2)
In juni 2005 schreef ik over de dreiging van de pizza. Daarmee doelde ik op het feit dat mensen de neiging hebben om gevaren met een niet-acuut karakter te negeren. De pizza, als vetbron de sluipende medeplichtige aan doodsoorzaak nummer één, hart- en vaatziekten, wordt nog steeds vrolijk door massa's mensen genuttigd.
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 3, 2005
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Ik trok de parallel met het groeiende tekort van jonge accountants op de arbeidsmarkt. Niemand ligt ervan wakker, maar op termijn worden we geconfronteerd met een onoplosbaar probleem. Zelf schrok ik van de cijfers in het recente beloningsonderzoek van ‘de Accountant’: maar liefst zestig procent van de ervaren assistenten, controleleiders en managers overweegt van baan te veranderen.
Ik kan me niet voorstellen dat dit fenomeen zich in dezelfde omvang voordoet bij jonge professionals onder architecten, advocaten of artsen. Over de problematiek van de arbeidsmarkt organiseerde het NIVRA onlangs een rondetafelgesprek met een aantal vertegenwoordigers van accountantskantoren, grote ondernemingen en ministeries.
Het was een geanimeerde en vooral ook nuttige bijeenkomst. Opvallend was dat niemand het probleem bagatelliseerde. Het ging dus vooral om de vraag: hoe lossen we het op? Het was duidelijk dat de problematiek zich niet leende voor een quick fix of een ééndimensionale benadering. De aanwezigen deden verschillende suggesties voor acties en werden het erover eens dat er op drie ‘fronten’ actie was vereist (zie ook het artikel op pagina 70):
- Herziening van de kwaliteit en structuur van de accountancy-opleidingen onder het motto: meer differentiatie én een betere aansluiting en doorstroming.
- Verbetering van bekendheid en reputatie van het beroep, met name onder jongeren.
- Vermindering van de uitstroom bij de accountantskantoren door een betere balans tussen werk en privé en een meer gevarieerd loopbaanperspectief.
Het derde punt werd hierbij primair als een verantwoordelijkheid van de kantoren beschouwd. De bereidheid om gezamenlijk de schouders te zetten onder de eerste twee initiatieven was in ieder geval groot en het NIVRA bereidt nu de verdere plannen voor.
Inmiddels zijn ook de instroomcijfers van de accountancy-opleidingen voor het komend studiejaar bekend. Die zien er nog niet zo heel slecht uit. De universiteiten blijven op een constant niveau met 952 aanmeldingen (vorig jaar 945), terwijl het aantal inschrijvingen bij het hbo stijgt met acht procent naar 1.234. Ook onze medewerkers op de voorlichtingsbeurzen melden een toegenomen belangstelling onder scholieren. Bij de voordeur lijkt het dus de goede kant op te gaan, al ontslaat het ons niet van de plicht het beroep nog beter op de kaart te zetten. Temeer daar de vraag in de markt naar financiële en audit-expertise voorlopig sterker toeneemt dan het aanbod. Naast beroepsvoorlichting kan op termijn ook een breder en meer gedifferentieerd opleidingsaanbod soelaas bieden. En waar we ons in ieder geval druk om moeten maken is de verspilling van het kostbare talent onderweg.
Het grootste pluspunt is naar mijn mening dat er langzamerhand een brede erkenning van de problematiek aan het ontstaan is. Daarmee is de weg naar een oplossing ingeslagen.
Gert Smit
algemeen directeur