Magazine

'Lichter en eenvoudiger'

De eindstreep voor het langdurige wetgevingstraject voor de flex-BV lijkt in zicht. De stand van zaken en de veranderingen.

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 3, 2010

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

Nieuwe BV-wet moet alleen nog door Eerste Kamer

Het is al weer vijf jaar geleden dat de eerste contouren van een wetsvoorstel voor modernisering van de BV-wetgeving werden gepresenteerd. Het betrof een rapport van de commissie De Kluiver, genoemd naar de voorzitter Harm-Jan de Kluiver, partner bij De Brauw Blackstone Westbroek en hoogleraar vennootschapsrecht aan de Universiteit van Amsterdam. Deze commissie van experts (zie ook ‘de Accountant’ november 2004) stelde zich ten doel de Nederlandse wetgeving meer in lijn te brengen met de ons omringende landen.

Belangrijke adviezen in het rapport zijn de afschaffing van het minimum (oprichtings)kapitaal van 18.000, meer flexibiliteit bij het benoemen van bestuurders en de overdracht van aandelen en bescherming van de positie van crediteuren door te voorkomen dat een BV te veel dividend uitkeert aan de aandeelhouders.

Hoewel in 2007 al een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer is gestuurd, debatteerde de Kamer daar pas in de herfst van 2009 over. De Tweede Kamer heeft in december 2009 het voorstel aangenomen, waarna alleen de Eerste Kamer zich er nog over moet buigen. Harm-Jan de Kluiver schat in dat de wet per 1 januari 2011 in werking treedt.

Uitkeringen

De inhoud van het wetsvoorstel op dit moment ligt erg dicht bij het rapport uit 2004, geeft De Kluiver aan. Er zijn wel enkele wijzigingen doorgevoerd, maar deze zijn niet fundamenteel. Het belangrijkste discussiepunt betrof de regeling rond dividenduitkeringen in relatie tot de bescherming van crediteuren (zie ook pagina 48). De Kluiver: “De expertcommissie stelde in haar rapport voor om bestuurders hoofdelijk aansprakelijk te stellen wanneer blijkt dat dividenduitkeringen de liquiditeitspositie van een onderneming dermate aantasten dat de vorderingen van crediteuren niet meer kunnen worden betaald. Onder invloed van een lobby van VNO-NCW is deze aansprakelijkheid van bestuurders uit het voorstel geschrapt.”

Bij de behandeling in de Tweede Kamer in oktober en november 2009 bleek echter dat een brede Kamermeerderheid voorstander was van het oorspronkelijke idee van de commissie. De wijziging werd daarmee teruggedraaid.

Aansprakelijkheid

Een bestuurder kan aansprakelijk worden gesteld voor het uitgekeerde bedrag als de onderneming na de dividenduitkering niet in staat is tot het betalen van haar opeisbare schulden, stelt Jan Kooijman, partner bij Grant Thornton. “De bestuurder zal derhalve behoefte hebben aan up to date financiële informatie, bijvoorbeeld kwartaal- of halfjaarcijfers. Voor accountants kan dit meer werk betekenen. Een dergelijk financieel document zou voor een bestuurder een juridische ondersteuning kunnen zijn om aan te tonen dat hij zich ervan overtuigd heeft dat de vennootschap na het doen van de dividenduitkering zou kunnen voortgaan met het betalen van haar opeisbare schulden.”

Of het in de praktijk ook op deze manier uitpakt, valt volgens hem nog niet te zeggen. “Er is nog geen ervaring mee. Bovendien zie je vooral in het mkb dat ondernemingen tamelijk voorzichtig zijn met het uitkeren van dividend. Dit conservatieve beleid is overigens een van de redenen dat veel mkb-bedrijven de economische crisis tot nu toe redelijk doorstaan en kunnen overleven.”

Wijzigingen

Het voorstel van de expertcommissie om het minimumkapitaal van  18.000 af te schaffen, bleef de afgelopen vijf jaar zonder moeite overeind. De Kluiver: “Er is algemene overeenstemming over het feit dat dit kapitaal in veel gevallen te weinig waarborgen biedt voor credi- teuren. Het voorstel werd dan ook door iedereen geaccepteerd.”

Ook de voorstellen om meer flexibiliteit te genereren bij bestuurdersbenoemingen en uitgifte en overdracht van aandelen, bleven grotendeels ongewijzigd. Er waren slechts kleine wijzigingen vergeleken met het rapport van de expertcommissie. Een voorbeeld is het schrappen van het vetorecht van stemrechtloze aandelen.

Micha Groeneveld, jurist bij Grant Thornton: “In het oorspronkelijke voorstel was het voor stemrechtloze aandeelhouders mogelijk om statutenwijzigingen die voor hen zeer nadelig waren, met een vetorecht tegen te houden. Dit vetorecht is afgezwakt om het besluitvormingsproces binnen een BV niet onnodig gecompliceerd te maken.”

Een andere wijziging betreft de minderheidsaandeelhouders. In de eerste versie van het wetsvoorstel was een gewone meerderheid van de stemmen voldoende om bepaalde verplichtingen aan het aandeelhouderschap te kunnen verbinden. In het gewijzigde voorstel is nu bepaald dat dat daarvoor een gekwalificeerde meerderheid nodig is. “Minderheidsaandeelhouders krijgen hierdoor meer dekking, dat is voor hen een verbetering”, concludeert Groeneveld.

Flexibiliteit

Zowel De Kluiver als Kooijman benadrukt de grote verschillen op het vlak van flexibiliteit voor aandeelhouders tussen de ‘oude’ nog bestaande wetgeving en het wetsvoorstel dat nu bij de Eerste Kamer ligt.

Kooijman vindt het nieuwe voorstel een aanzienlijke verbetering. “In de oude situatie was er geen ruimte voor flexibiliteit en kon je als aandeelhouder weinig zelf regelen. Nu kun je dat wel. Zo is het nu bijvoorbeeld mogelijk om eisen te verbinden aan het aandeelhouderschap in een BV. Het is allemaal een stuk eenvoudiger en lichter geworden.”

Wat dit in de praktijk voor ondernemers gaat betekenen hangt onder meer af van de aard van het bedrijf, vindt De Kluiver. “Ik schat in dat de wat kleinere familiebedrijven wat minder behoefte hebben aan flexibiliteit voor het aandeelhouderschap. Wel zullen stemrechtloze aandelen voor een aantal van hen interessant zijn, bijvoorbeeld door dit type aandelen aan te bieden aan werknemers.” Grotere BV's en mbk-bedrijven met vier of meer aandeelhouders gaan volgens hem actief gebruikmaken van de geboden flexibele mogelijkheden.

Buitenland

De Kluiver vindt het wetsvoorstel goed te vergelijken met wetgeving in de landen om ons heen. “Ondernemers hoeven niet meer hun toevlucht te zoeken tot buitenlandse rechtsvormen. Vergeleken met bijvoorbeeld het Britse recht wordt onze wet tamelijk simpel. Het wordt straks in Nederland eenvoudig om een BV op te richten.”

Zie ook pagina 48 van dit nummer.

Hoofdpunten nieuwe BV-recht

  • Minimumkapitaaleis 18.000 verdwijnt.
  • Meer flexibiliteit bij aandelenuitgifte en overdracht en bij bestuurdersbenoemingen.
  • Bescherming crediteuren door uitkeringstest dividend.
  • Bestuurders worden hoofdelijk aansprakelijk als zij ten tijde van de uitkering wisten of redelijkerwijs behoorden te voorzien dat de vennootschap na een uitkering niet in staat zou zijn voort te gaan met het betalen van haar opeisbare schulden.

Lieuwe Koopmans is journalist.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.