Nieuws - juni 2007
Prikkelvrachtwagen Berk - 'Noord-Koreaanse interesse in BEEP Accountants'- 'Centralisatie DAD's onnodig' - Europese subsidieregels versoepeld - Mazars en Moores Rowland-leden beginnen Praxity - Twee eye openers over in control-verklaring - Eerste afgestudeerden omschakelopleiding.
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 10, 2007
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Prikkelvrachtwagen Berk
De second tier-kantoren hebben overduidelijk de aanval ingezet op de big four. We kenden al de Oosterse gevechten van de BDO-adviseurs met garnalenachtige cijfers. JAN© stuurde feloranje usb-sticks rond om werknemers te motiveren om over te stappen. Maar het kan altijd weer gekker en steviger. Begin mei voerde Berk een ‘prikkelcampagne’ voor de deur van de grote concurrenten. Centraal thema, verkondigd via een op een vrachtwagen geplaatste ‘anonieme’ video-wall: de balans werk-privé. De wagen pendelde vier dagen langs diverse vestigingen van de big four. Werknemers konden vanuit die gebouwen via e-mail en sms-berichten reacties naar het pontificaal voor de deur geparkeerde scherm sturen.
Zeker in het begin leken de teksten geschreven door een reclamebureau. Managing partner Hans Koning van Berk bezweert echter dat vanuit de kantoren inderdaad driftig echt werd ge-smst. Op 11 mei 2007 werd onthuld wie er achter de campagne schuil ging - al zeiden de kleuren op de vrachtwagen voor insiders voldoende - en werd afgesloten met een via de website www.maakdebalansop.nl in te vullen ‘balanstest’, result erend in een persoonlijk filmpje ‘op maat’.
Niet elk bezocht kantoor was even enthousiast over de actie. Bij Ernst & Young ontving de actiewagen een bekeuring wegens fout parkeren, vertelt Koning.
En PricewaterhouseCoopers maande hem meermalen om de vrachtwagen te verwijderen. De grote kantoren kampen met een fors personeelsverloop. De scheve werk-privébalans speelt daarbij inderdaad een belangrijke rol (zie onder meer Beloningsonderzoek ‘de Accountant’, oktober 2006). Toch is ook het verloop bij Berk niet gering, zo bleek bij presentatie van de jongste jaarcijfers: bijna twintig procent.
Dat klinkt niet veel beter dan bij de big four.
Koning: “Dat is veel te hoog, inderdaad. Ook bij ons is nog niet alles zoals het moet zijn, vooral vanwege onze snelle groei, afgelopen jaar per saldo met tachtig mensen. De begeleiding van onze werknemers, zeker ook van nieuwk omers, moet worden verbeterd. Ook de kwaliteitsslag in verband met onder meer de Wta heeft sommige mensen doen vertrekken. Maar bij ons zit de pijn dus niet in de werk-privébalans. En die is tegenwoordig cruciaal.”
'Noord-Koreaanse interesse BEEP Accountants'
Zich publiekelijk stevig afzetten tegen de big four lijkt een trend te worden. Ook Arenthals profileert zich luidruchtig, eveneens vooral met de werk-privébalans. In radiospotjes en met berichten en filmpjes op www.beepaccountants.nl presenteert het ‘grote’ BEEP Accountants (‘piep’ Accountants) zich met teksten als: “Door keihard werken te stimuleren, bieden wij onze medew erkers de kans om hun carrièremogelijkheden te vergroten. Wij ondersteunen onze mensen bij de totale integratie van hun privéleven in hun werk. Het bewaken van de balans tussen werk en privé, zoals bijvoorbeeld gebeurt bij Arenthals Grant Thornton, is hierdoor niet meer nodig.”
En: “Altijd en overal staat BEEP garant voor een uitdagende werkomgeving. Bij BEEP ontwikkel jij je acht dagen per week. En niet vijf zoals bij Arenthals Grant Thornton, waar men zelfs parttimers en herintreders tolereert als collega’s.”
In een van de nieuwsberichten zijn de copywriters echt voluit gegaan: “Tijdens het East Asian Trade Forum heeft een delegatie van het Noord-Koreaanse ministerie voor Heropvoeding interesse getoond in BEEP’s systeem van de achtdaagse werkweek. Delegatieleider Kim Song Druk prees de filosofie achter BEEP’s Productivity Enhancement Plan. (...) De heer Druk gaf aan dat zijn ministerie eerder bezig was met een technische oplossing om de aarde langzamer te laten draaien. Een langzamere omwenteling van de aarde veroorzaakt dat de dagen - en dus ook de werkdagen - langer worden. Deze plannen, uit te voeren via een serie van gerichte kernexplosies, stuitten op verzet van landen in de regio, waaronder ook China.”
Wij zijn benieuwd welke campagnes nog volgen.
Wouter Bos heeft primeur
Als eerste minister van Financiën van een Europese lidstaat heeft Wouter Bos op 7 mei 2007 een ‘nationale verklaring’ overhandigd aan Europees commissaris Kallas. In een verklaring geeft hij aan dat de Europese Landbouwgelden in Nederland rechtmatig zijn besteed en dat de financiële beheerssystemen op orde zijn.
Lidstaten zijn niet verplicht zo’n verklaring af te geven. In 2005 wilden de ministers van Economische Zaken en Financiën van de Europese Unie de nationale verklaring wel verplicht stellen voor lidstaten. Maar toen de oppositie hiertegen te groot bleek, bleef het bij de mogelijkheid de verklaringen vrijwillig af te geven. Gerrit Zalm en zijn Deense en Britse collega kondigden in 2006 al aan met een nationale verklaring te zullen komen. Op 7 mei had Zalms opvolger de primeur. (LvA)
'Centralisatie DAD’s onnodig'
Uiterlijk eind deze maand komt een daartoe ingesteld ‘kwartierteam’ met mogelijkheden om te bezuinigen op de auditorganisatie van de rijksoverheid (zie ‘de Accountant’ mei 2007, pagina 20). Centralisatie van de departementale auditdiensten (DAD’s) is een serieuze en volgens sommigen kansrijke variant. Is zo’n radicale ingreep onvermijdelijk? Frans van Schaik, partner Public Sector bij Deloitte en hoogleraar management accounting aan de Universiteit van Amsterdam, vindt van niet.
“De te behalen bezuinigingen zijn niet zodanig omvangrijk dat die op zichzelf voldoende reden zijn voor centralisatie van de departementale auditdiensten. Er valt veel meer efficiencyvoordeel te behalen met het terugdringen van de verscheidenheid aan regels waarvan de departementale auditdiensten de naleving controleren. Neem de jaarverslaggeving in de publieke sector. Er zijn nu aparte verslaggevingsstelsels voor ministeries, agentschappen, provincies, gemeenten, waterschappen, politiekorpsen en scholen. De departementale auditdiensten moeten mensen trainen en werkprogramma’s ontwerpen om al die verschillende stelsels te kunnen controleren en reviewen. Standaardisering daarvan zou een aanzienlijke deregulering en administratieve lastenverlichting betekenen.”
Europese subsidieregels versoepeld
Sinds 1 mei 2007 zijn de regels voor subsidies die de Europese Commissie zelf uitdeelt vereenvoudigd. Dit om de toegankelijkheid van de fondsen en de transparantie rond de toekenning te vergroten. De nieuwe regels maken het vooral voor mkb-ondernemingen, scholen, universiteiten, onderzoekers en gemeenten eenvoudiger om subsidies aan te vragen. Voor subsidies tot € 25.000 hoeven de aanvragers minder documentatie aan te leveren.
Wie een subsidie van minder dan € 25.000 ontvangt en zelf 25 procent of meer in het gesubsidieerde project moet investeren mag dat voortaan ook doen door eigen personeel in te zetten. De voorgeschreven co-financiering hoeft dus niet per se te bestaan uit een eigen financiële bijdrage.Ten behoeve van de transparantie zullen de namen van de subsidie-ontvangers voortaan worden gepubliceerd. Vanaf 2008 respectievelijk 2009 zullen ook de ontvangers van gelden uit de structuurfondsen en landbouwsubsidies bekend worden gemaakt.
Volgens het Huis van de Nederlandse Provincies in Brussel, dat de veranderingen onlangs wereldkundig maakte, is de versoepeling een reactie op de veel te strenge regels die werden ingevoerd nadat Europees Commissaris Edith Cresson een bevriende tandarts allerlei lucratieve onderzoekscontracten toeschoof. Ook de procedures voor overheidscontracten zijn versoepeld. Maar de woordvoerder van het Brusselse provinciehuis verwijst ons voor een toelichting naar drie websites van de Europese Unie.
Mazars en Moores Rowland-leden beginnen Praxity
Mazars en enkele vooraanstaande leden van het voormalige netwerk van accountantskantoren Moores Rowland International zijn op 10 april 2007 onder de naam Praxity een nieuwe internationale samenwerking begonnen. Samen hebben de Praxity-kantoren vestigingen in meer dan 65 landen en een omzet van € 2 miljard. Behalve Mazars behoren onder meer de Amerikaanse kantoren BKD, Dixon Hughes en Plante & Moran en het Britse Menzies tot de nieuwe alliantie. De kantoren blijven werken onder hun eigen naam.
De eerste stap naar een nieuwe speler in het rijtje ‘big’-kantoren?
“Praxity is vooral een label”, relativeert vice-voorzitter van Praxity en Mazars-voorzitter Jos van Huut. “De kantoren voeren de naam Praxity rechtsonder op het briefpapier.”
Wel is het de ambitie van de alliantie om het internationale bedrijfsleven te bedienen, inclusief beursfondsen. Voor de klanten van Mazars leveren met name de Amerikaanse kantoren toegevoegde waarde. Ondernemingen die binnen Europa de grens overgaan, bedient Mazars al met zijn eigen kantoorvestigingen.
Praxity is een vereniging naar Belgisch recht, waarvan onafhankelijke kantoren lid zijn en kunnen worden. Daarvoor moeten zij volgens Van Huut voldoen aan “hoge eisen op het gebied van vaktechniek, kwaliteitsbeheersing, financiële kracht en ranking in de thuismarkt”.
Er komt een administratief centrum met enkele werknemers in Londen. Deze zullen zich met name bezighouden met het faciliteren van opleidingen en kennisoverdracht. Praxity wil vooral faciliteren en haar leden niet belemmeren.
En als bijvoorbeeld een Duits lid een kantoor in Nederland wil vestigen?
Van Huut: “Dan kan dat. Ik verwacht wel dat we dan eerst even overleggen. Negen van de tien keer zullen wij dan iets samen doen. Maar als het kantoor echt hier wil beginnen, kunnen en willen we dat niet tegenhouden.” (LvA)
Twee eye openers over in control-verklaring
Hoogleraar en advocaat bij Allen & Overy Steven Schuit, tevens commissaris bij Numico, hield tijdens de jongste Limperg Dag (11 mei 2007) een vlammend betoog over de door de code Tabaksblat van beursfondsen geëiste in control-verklaring. Dat betoog bevatte enige eye openers.
1 ‘Accountant mag mij uitleggen wat daar staat’
Allereerst aangaande de formuleringen van die statements. Die verschillen nogal. Zozeer dat soms onduidelijk is wat wordt bedoeld. Bij small- en midkapfondsen geldt dat nog sterker dan voor grote, stelde Schuit. “Wat je daar ziet is soms om te lachen, of te huilen.” Zo citeerde hij het jaarverslag van bierbrouwer Grolsch: ‘De raad van bestuur vertrouwt erop dat de onderneming een adequaat systeem van risicobeheersing en interne beheersing ... etc.’
Schuit: “Dat is lachen! Voor mij als belegger een goede start zeg, ze vertrouwen erop! Misschien hebben ze een advocaat nodig?”
Een tweede voorbeeld betrof supermarktbedrijf Schuitema. De desbetreffende beheersingssystemen daar ‘voldoen naar het oordeel van de Directie aan de inspanningen die, in alle redelijkheid en billijkheid, van haar verlangd mogen worden op dit gebied’. Schuit: “Met andere woorden ‘we doen ons best’. Vroeger zag je dat alleen bij de padvinderij! Een accountant mag mij uitleggen wat daar staat.”
2 ‘In control-verklaring was al lang verplicht’
Over de desbetreffende best practice-bepaling (II.1.4) in de code Tabaksblat, waarin staat aangegeven wat er in de in control-verklaring moet staan, had Schuit al opgemerkt dat die zo breed is geformuleerd dat “alleen een gek daar ja op zegt”. Hij pleit ervoor de strekking van de verklaring, anders dan nu (en net als volgens de Sarbanes-Oxley Act) puur tot de financiële risico’s te beperken.
En de hoogleraar-advocaat had nog een verrassing: De code Tabaksblat heeft de eis van zo’n verklaring weliswaar expliciet gemaakt, maar in feite bestond zo’n verplichte verklaring al krachtens het burgerlijk wetboek (artikel 2:141, lid 2, 102:251 lid 2, BW). Daarin staat: ‘Het bestuur stelt ten minste een keer per jaar de raad van commissarissen schriftelijk op de hoogte van de hoofdlijnen van het strategisch beleid, de algemene en financiële risico’s en het beheers- en controlesysteem van de vennootschap.’
Schuit: “En dat geldt zelfs voor alle BV’s en NV’s, dus niet alleen voor beursfondsen, zoals bij Tabaksblat. De gevraagde schriftelijke verklaring is in feite al een soort in control statement, want hij gaat natuurlijk niet over niks, er moet natuurlijk wel iets te bespreken zijn. Het is iets minder stringent geformuleerd dan Tabaksblat, maar komt op hetzelfde neer. De rechter zal concluderen tot wanbeleid als zo’n systeem er niet is. Dat lijkt me goed te weten, voor accountants.”
Eerste afgestudeerden omschakelopleiding
Binnenkort zullen aan de hogescholen Avans, Arnhem-Nijmegen en Inholland de eerste deelnemers aan de ‘omschakelopleiding’ afstuderen. Deze post-hbo-opleiding bedrijfseconomie voor non-financials is vorig jaar september gestart op initiatief van NIVRA-Nyenrode met de hogescholen. Het gaat om 55 studenten die vanuit een niet-economische achtergrond een eenjarige opleiding volgen die hen op het eindniveau van de opleiding heao bedrijfseconomie moet brengen. Het is de bedoeling dat ze vervolgens starten met een opleiding accountancy of controlling. Deze speciale schakelopleiding moet bijdragen aan vermindering van het tekort van personeel voor financiële functies.
Paul Tan, verantwoordelijk voor nieuwe opleidingen bij NIVRA-Nyenrode, toont zich enthousiast over het resultaat van het omschakeljaar. “We zijn in september 2006 begonnen zonder dat we daar enige ruchtbaarheid aan hadden gegeven. Uiteindelijk hebben zich 58 mensen aangemeld. Daarvan zijn er drie na het eerste halfjaar afgehaakt.”
De achtergrond van de 55 overgebleven kandidaten is zeer divers. Tan: “Dan moet je denken aan bijvoorbeeld een mevrouw die geneeskunde heeft gestudeerd maar tot de conclusie is gekomen dat een carrière als arts niets voor haar is. Ook zit er een wiskundedocent bij die iets buiten het onderwijs wilde doen. Verder zijn er ook nog een landmeter en verschillende studenten die rechten hebben gestudeerd. Driekwart heeft een hbo-achtergrond, de rest heeft een universitaire opleiding gevolgd. Eigenlijk hebben alle deelnemers twee overeenkomsten: ze zijn begonnen als assistent accountant of als beginnende controller en hebben minstens een bachelor afgerond. Want dat zijn de eisen die we stellen aan kandidaten voor het omschakeljaar.” (AB)
Vrouwen...
De gebrekkige doorstroom van vrouwen naar de top blijft een zorgenpunt. Ook de houding van vrouwen zelf draagt bij aan het ‘glazen plafond’.
In april meldde ‘de Accountant’ al dat onderzoek door werving- en selectiebureau Careers in Audit liet zien dat drie van de tien vrouwelijke accountants vinden dat mannen betere leiders zijn. Van de mannen vinden overigens zelfs zes van de tien dat. In een onlangs door de Visitatiecommissie Emancipatie aan minister Ronald Plasterk aangeboden onderzoek staat ook weer een opmerkelijk gegeven. Ruim zestig procent van de Nederlanders vindt het geen goede ontwikkeling dat het aantal voltijds werkende ouders toeneemt. Maar, opvallend: vrouwen zijn daarin met 66 procent zelfs nog iets uitgesprokener dan mannen (57 procent).
Manager vroege vogel
Meer dan de helft van de managers staat voor zeven uur ´s ochtends op. Dit blijkt uit onderzoek op de website van zakenblad Management Team. 37 procent van de managers staat tussen zes en zeven uur op, 21 procent zelfs voor zessen.
33 procent hijst zich tussen zeven en acht uit bed. Een duidelijke minderheid van vier procent ontwaakt pas tussen acht en negen, en een kleine elite van twee procent slaapt lekker lang door tot na negenen.
Overigens is in Denemarken een actiegroep opgericht tegen vroeg opstaan. Deze groep, ‘de B-Maatschappij’, heeft inmiddels duizenden leden en stelt dat voor dag en dauw ontwaken vooral voortkomt uit de leefstijl van boeren. Nu nog slechts vijf procent van de mensen op de boerderij werkt, zou er voor de rest van de bevolking geen enkele reden zijn tot dauwtrappen.
Accountant kan ‘schadeneurose’ dempen
Accountants kunnen de ‘schadeneurose’- ofwel de neiging van gedupeerden om bij alle partijen maximale claims in te dienen - in de kiem smoren door al in een vroeg stadium een realistisch beeld te geven van de juiste omvang van de schade. Dat zegt hoogleraar Schadeonderzoek Jan Joling in zijn oratie Van claimcultuur naar claimbeheer. Volgens Joling, die sinds begin dit jaar verbonden is aan de sectie Finance & Accounting van advocatenkantoor NautaDutilh, staan de deskundigen van strijdende partijen in een civiele procedure vaak tegenover elkaar met verschillende schadebedragen, die nogal eens gebaseerd zijn op junk science. Als gezaghebbend specialist kan de schadeaccountant er met een objectieve methode voor zorgen dat de kosten voor de afhandeling van schades omlaag gaan. Deze kosten bedragen alleen al in Nederland naar schatting 1 á 2 miljard euro per jaar.
Volgens Joling is claimbeheer een noodzakelijk antwoord op de claimcultuur, waarin dienstverleners een interessant doelwit zijn. Hij memoreert het onderzoek van de EU, waaruit blijkt dat er vorig jaar in de EU tegen accountants zestien claims liepen van enkele honderden miljoenen euro. (LvA)
Jaarverslag ABN AMRO zwaarste ooit
Het jongste jaarverslag van ABN AMRO weegt 1.466 gram. Het is daarmee het dikste en zwaarste jaarverslag ooit, concludeert Het Financieele Dagblad. Nog maar anderhalf jaar geleden uitte topman Rijkman Groenink zijn zorgen over het dikker wordende jaarverslag. Ook de jaarverslagen van veel andere bedrijven worden jaarlijks dikker. De belangrijkste concurrent is TNT. Dat jaarverslag telt evenveel pagina’s (290) als van ABN AMRO, maar het papier is dunner en het totale gewicht daardoor ruim driehonderd gram minder.
Partnersalarissen advocaten
Partnerinkomens zijn ‘gewilde’ informatie, ook in de advocatuur. Advocatie.nl onderzocht de partners/aandeelhouders bij Nederlandse advocatenkantoren. Wat die mee naar huis nemen verschilt nogal. Bij NautaDutilh verdienden de partners in 2005 gemiddeld 416.830 euro, net iets meer dan bij De Brauw Blackstone Westbroek. Daarna valt er een opvallend groot gat. Bij nummer drie Stibbe kwam het winstdeel uit op 275.710 euro.
Internationaal gezien is dit overigens aan de magere kant. De internationale kantoren die ook in Nederland vertegenwoordigd zijn zeggen desgevraagd dat Nederlandse partners een internationaal winstdeel ontvangen. Bij Linklaters loopt dit op tot meer dan 1,5 miljoen euro, zo blijkt uit het jaarlijkse Legal Week-onderzoek.
Niet alle aandeelhouders ontvangen hetzelfde. De meeste topkantoren hanteren een lockstep-systeem, waarbij partners pas na acht tot tien jaar een volledig winstdeel ontvangen. De bedragen voor ‘volledige partners’ liggen dus hoger dan in de tabel.
Winst per aandeelhouder 2005 (€ x 1000)
NautaDutilh 416,83
De Brauw Blackstone Westbroek 410,21
Stibbe 275,71
AKD Prinsen Van Wijmen 179,72
Boekel De Nerée 162,66
Loyens & Loeff 123,73
Bron: Advocatie
NIVRA in Moldavië
De accountantsinstituten van Moldavië en van Kosovo zijn met het NIVRA een ‘twinning-overeenkomst’ aangegaan. In een project, begeleid door de Amerikaanse Carana corporation, zal het NIVRA beide instituten helpen in hun ontwikkeling. Einddoel is dat beide instituten volledig naar internationale normen gaan functioneren, inclusief lidmaatschap van de International Federation of Accountants (IFAC). Het twinning-model is een nieuwe aanpak waar IFAC veel van verwacht. De consultant staat er niet in een soort ‘dokter-patient-’ maar ‘oudere broer-jongere broer-relatie’. Voor de twee instituten in de Balkan blijven de kosten zo beperkt, terwijl men kan putten uit een (NIVRA-)ervaring van meer dan honderd jaar. Ook het NIVRA verwacht veel van deze nieuwe activiteit. Naast de mogelijkheid om het internationale beroep en daarmee het publieke belang te ondersteunen, levert het directe en concrete internationale zichtbaarheid op. En dat is weer van groot belang voor de leden van het NIVRA, zegt directeur Gert Smit: “Niet alleen het beroep zelf internationaliseert immers, maar ook regelgeving en op den duur wellicht het toezicht. Het NIVRA zal dus op verschillende terreinen haar internationale positie moeten verstevigen. De beide twinning-projecten passen in dat streven.”
Het NIVRA zal in beide projecten onder meer worden vertegenwoordigd door Paul Hurks, de Nederlandse vertegenwoordiger in het IFAC Developing Nations Committee, ondersteund door NIVRA-stafmedewerker Arnout van Kempen.
'Baten Tabaksblat overtreffen lasten'
Grotere beursfondsen hebben baat bij de code Tabaksblat. Dat concludeert Ernst & Young op basis van een onderzoek onder 53 van de 161 beursfondsen in Nederland. Als voordelen noemen ondernemingen vooral het vergroten van de transparantie, de betere structurering en formalisering van procedures en processen, en versterking van de reputatie. Belangrijkste nadelen zijn administratieve lasten en beperking in bewegingsvrijheid.
“Vijfenveertig procent van de beursgenoteerde ondernemingen vindt de baten van de code groter dan de lasten, en 21 procent vindt het omgekeerde”, zegt Auke de Bos, partner bij Ernst & Young. “Ik vind dat opvallend omdat de geluiden uit de praktijk vaak anders doen geloven. Vooral de grotere ondernemingen zien nadrukkelijker de baten. Mogelijk spelen bij de ondernemingen die de lasten hoger vinden de ‘aanloopkosten’ een rol. Bijna de helft van die ondernemingen schat dat over twee jaar de kosten en baten in evenwicht zijn (zie ook rubriek ‘de Interne accountant’, pagina 40).
'The honest accountant'
Voor wie moe is van misdaadromans met een advocaat of patholoog in de hoofdrol, is er nu ook een met een accountant als held. De Britse auteur, Samuel Simpson (37), is zelf zelfstandig accountant en werkte voorheen bij een van de grote kantoren. Hij publiceerde The Honest Accountant in eigen beheer onder de naam Peter Milwain. Uitgevers vonden zijn stijl goed maar waren volgens Chartered Accountants Journal nog niet
klaar voor an accountant with balls. Het gaat er serieus aan toe in de 176 pagina’s tellende roman. Al op pagina negen sterft een auditor. De held is big six accountant Tom Mackey. Uw redactie heeft het boek niet gelezen, maar de drie reviewende lezers op amazon.co.uk geven het vijf sterren. “The book is full of characters who will be instantly recognisable to anyone who has trained in the big 4.”
Accountant, doodgraver en kroeg
President Richard Dyson van The Institute of Chartered Accountants in England and Wales, het ‘Britse NIVRA’, gaf onlangs bij een bezoek aan de Indiase zusterorganisatie een exposé over de ontwikkeling van het accountantberoep. Veel in dat verhaal klonk bekend, maar niet alles. De redactie werd althans verrast door een passage over de reputatie van het beroep in de negentiende eeuw:
“The development of the accounting profession is intimately linked with the growth of capital markets and it may be helpful to spend a few minutes reminding ourselves about how the accountancy profession has developed. The rise of the accountancy profession in the 19th century mirrored the creation of joint stock companies. (…) However, despite its role in supporting Europe’s industrial revolution and the rise of its capital markets, by the 1800’s the accountancy profession had a somewhat unglamorous reputation. Its bread and butter was bankruptcies and liquidation. Business was so brisk that calling for the accountant was like calling for the undertaker. The fact that an accountant could always be found in the pub nearest to the bankruptcy court didn’t help either!” De ICAEW werd in 1880 opgericht.
Record beursintroducties China
De waarde van beursintroducties (ipo’s) in China en Hongkong (‘Greater China’) bereikte het afgelopen beursjaar een recordhoogte van $ 62 miljard. Daarmee overtrof China voor het eerst de waarde van alle beursintroducties in de Verenigde Staten. Dit concludeert PricewaterhouseCoopers in het rapport ‘Greater China IPO Watch 2006’. In 2006 kregen in China totaal 140 ondernemingen een beursnotering, voor een gemiddelde waarde van $ 440 miljoen. In 2005 was dat $ 260 miljoen (zie ook pagina 31).
UK: rode vlag bij excessief gegraai
Sommige belangenbehartigers doen de jaarlijkse kritiek op stijgende topsalarissen graag af als ‘typisch Nederlands’ gezeur. Wie wel eens een internationale krant ter hand neemt, weet beter. Zo gaat The Association of British Insurers (ABI), de invloedrijkste groep institutionele beleggers, de schijnwerpers richten op topmanagers met excessive pay packages zonder aantoonbare tegenprestaties.
De Sunday Times meldt dat de ABI daartoe waarschuwingen in kleurcodes gaat publiceren. De slechtste rating voor een manager is een red top, hetgeen een advies aan beleggers betekent om tegen het beloningspakket te stemmen.
De in het Verenigd Koninkrijk gebruikte argumenten voor de beloningsspiraal klinken trouwens opvallend vertrouwd, blijkt uit de woorden van IAB-directeur Peter Montagnon: “We are seeing an increasing number of poorly argued cases where there have been substantial increases and extensions to remuneration policies, and shareholders are simply told that this is in line with various benchmarks and competitors.”