In de buitenwereld
Accountants hebben soms een moeizame verhouding met de buitenwereld. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de veelgebruikte term ‘maatschappelijk verkeer’. Die term doet me altijd denken aan een verderop gelegen snelweg waar de maatschappij onbekommerd voortraast, terwijl de accountant druk in gesprek is met zijn collega over de kwaliteit van de wegwijzers.
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 10, 2007
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Je ziet het ook aan de discussie over innovatie. Met elkaar zijn we het erover eens dat het buitengewoon belangrijk is om te innoveren, maar de buitenwereld trekt - desgevraagd - de wenkbrauwen op. ‘Innoveren? Breng eerst de kern eens op orde’ zo lijkt hun motto in het artikel op pagina 36. De kritiek richt zich daarbij zowel op het oogmerk van innovatie (‘zoeken naar nieuwe cash cows’) als de wijze van totstandkoming (‘vanuit een gesloten en geblindeerd universum’). Nu lijkt me dat nauwelijks een verwijt voor een professional met de status van ondernemer. Het tweede punt van kritiek komt harder aan, zeker als je als accountantskantoor juist wil laten zien dat je meedenkt met je omgeving.
Misschien moeten we er gewoon van leren. Denk je dat je een dialoog voert, blijk je vooral zelf te hebben zitten praten in plaats van te luisteren. En misschien moeten we het niet te ver zoeken, simpele aanpassingen kunnen ook verrassend effectief zijn.
Zo krijgen wij bijvoorbeeld regelmatig kritiek op de leesbaarheid van de accountantsverklaring. De lezer moet zich door een woud van achtergronden en voorwaarden worstelen alvorens hij tot de kern komt: het oordeel. Deze opzet draagt bij aan het beeld van een behoudende en zich indekkende accountant. Maar waarom niet de formulering omgedraaid? Zet het oordeel voorop, helder en duidelijk, en verwijs voor de voorwaarden en achtergronden naar een uitgebreide voetnoot. De inhoud blijft hetzelfde, maar het leest anders. Niet onbelangrijk voor ons communicatie-instrument bij uitstek. Een idee wellicht voor onze vertegenwoordigers in IFAC.
Overigens ben ik van mening dat het maatschappelijk verkeer niet alleen maar louter voortraast, maar ons in toenemende mate zal opzoeken. Jan Hommen gaf vorig jaar op de Accountantsdag al een voorproefje door te stellen dat het bedrijfsleven zich naar zijn mening te weinig had bemoeid met de totstandkoming van controlerichtlijnen en de daarmee samenhangende kosten. Ook de steeds actiever wordende aandeelhouders zullen de accountant weten te vinden, zoals recentelijk nog bij het beursfonds Alanheri, waar grootaandeelhouder Faas een tuchtzaak aankondigde tegen de controlerend accountant van Ernst & Young.
“Er staan fundamentele fouten in de jaarrekening en het stuk geeft geen goed beeld van de situatie in het bedrijf”, aldus Faas, die naar zijn zeggen ruim vierhonderd uur aan het dossier besteedde. Ook in de affaires rond Ahold en Van der Hoop richten de aandeelhouders hun pijlen op de controlerend accountant. De ontwikkeling is niet nieuw, maar de strijd is feller en de risico’s zijn groter, met name omdat van de accountant wordt verwacht dat hij anticipeert en communiceert. Hij zal dus steeds meer in een spagaat raken, een pijnlijke houding die echter ook voordelen kan hebben. Want het dwingt de accountant steeds meer om verantwoording af te leggen over zijn handelen, waarmee hij opschuift naar de rol die oorspronkelijk voor hem is bedacht: die van vertrouwenspersoon van het maatschappelijk verkeer.
Maatschappelijk verkeer waar we niet over, maar in toenemende mate mee in gesprek zijn.
Gert Smit
algemeen directeur