Nieuws
Witwassende accountants? - PCAOB tegen ‘afzetterij’ - Gezocht: allochtone accountants - IFRS ‘vooruit’, EEV ‘graag’ - ‘Jaarverslag? Hoezo?’ - Deloitte bekendst, Ernst & Young beste imago - Weinig zorgen, hoge kosten.
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 10, 2005
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Witwassende accountants?
“Financieel toezichthouder AFM vermoedt dat sommige accountants, effectenbedrijven en tussenpersonen in de verzekeringsbranche zich bezighouden met witwassen van geld.” Dat meldde de Volkskrant eind april 2005, daags na de presentatie van het AFM-jaarverslag 2004. Volgens de krant komt dat ‘beeld naar voren’ uit onderzoeken naar witwaspraktijken in de financiële wereld. De krant citeert vervolgens een uitspraak die AFM-voorzitter Arthur Docters van Leeuwen bij de presentatie van het jaarverslag zou hebben gedaan: “Het valt mij een beetje tegen. Ik had gedacht dat bedrijven de regels serieuzer namen.” Accountingweb nam het bericht later in meer aangeklede vorm over.
De AFM-voorzitter schuwt een pittige uitspraak niet en AFM-bestuurslid Paul Koster evenmin. Maar zouden zij echt vermoeden dat accountants betrokken zijn bij witwassen en dat bovendien in het openbaar uitspreken?
Of accountants betrokken zijn bij witwassen, kan de Autoriteit Financiële Markten niet zeggen. Dat is ‘vertrouwelijke toezichtinformatie’, zegt woordvoerder Seger Pijnenburg. De AFM deed in 2004 96 onderzoeken naar witwassen, maar doet geen enkele mededeling over de bevindingen. Volgens Pijnenburg uitte Docters van Leeuwen bij de jaarverslagpresentatie alleen zijn bezorgdheid over de manier waarop bedrijven in het algemeen omgaan met de witwasregels. Op de vraag wie er mogelijk betrokken zijn bij witwassen noemde hij onder meer sommige accountants, effectenbedrijven en tussenpersonen in de verzekeringsbranche. “De Volkskrant heeft dat uitvergroot.” Tot nu toe is nooit iets gebleken van (structurele) betrokkenheid van accountants bij witwassen. In de verkennende analyse Vastgoed-CV’s en maatschappijen, die de AFM in april 2005 uitbracht, rept de AFM alleen over accountantsverklaringen die nodig zijn voor de prospectussen van vastgoed-cv’s en de accountantskosten die daarmee gemoeid zijn. Het woord witwassen komt er niet in voor. (LvA)
Internal audit presenteert zich
Met de publieke aandacht voor goede corporate governance zijn de schijnwerpers ook komen te rusten op interne beheersing en de internal auditor. Om de taak, rol en beroepsstandaarden van de internal auditor voor de buitenwacht te verduidelijken, heeft de beroepsvereniging, het Instituut van Internal Auditors Nederland (IIA), samen met het overlegorgaan interne accountants van het NIVRA een position paper opgesteld, getiteld ‘De internal auditor in Nederland’. Het eerste exemplaar is tijdens het IIA-voorjaarscongres uitgereikt aan Jan ten Hoope, ondervoorzitter van de vaste Commissie Financiën van de Tweede Kamer.
Misverstand ‘Risicoklanten’
In het artikel over risicoklanten in ‘de Accountant’ van mei 2005 stond de zin ‘Voor sommige kantoren ligt het onderwerp kennelijk gevoelig’. Als voorbeeld werd vermeld dat onder meer Joanknecht & Van Zelst ‘ons niet eens te woord had willen staan’. Dit blijkt te berusten op een misverstand, ontstaan door een ongelukkige samenloop van omstandigheden. Joanknecht & Van Zelst is juist voor een actieve en open discussie, met de daarbij passende openheid.
Deponeren jaarverslag
Staatssecretaris Van Gennip van Economische Zaken heeft besloten per 10 juni 2005 een website van de Vereniging van Kamers van Koophandel (VVK) aan te wijzen als medium waarop melding gemaakt wordt van deponering van jaarverslagen door bedrijven. Ook wijzigingen in het Handelsregister worden op deze website vermeld. Tot nu toe staat dit soort aankondigingen in de Staatscourant. Door deze elektronische publicatie wordt beoogd de administratieve lasten voor bedrijven te reduceren.
PCAOB tegen ‘afzetterij’
Het Amerikaanse bedrijfsleven mort over oplopende audit-kosten als gevolg van de door de Sarbanes-Oxley Act (section 404) geëiste verklaring over interne beheersing. Voorzitter William McDonough van de Public Company Accounting Oversight Board, de Amerikaanse toezichthouder op het beroep, heeft laten weten dat accountants die hun controleklanten lijken ‘af te zetten’ een ‘stevig gesprek’ kunnen verwachten. McDonough zei dit, geciteerd door CFO.com, tijdens een door beurstoezichthouder SEC gehouden rondetafelgesprek. “Dat we constateren dat het werk van een accountant excessief is, is op zijn minst zo waarschijnlijk als dat we vinden dat ze onvoldoende hebben gedaan”, aldus de PCAOB-voorzitter.
Zijn volgende uitspraak is te Amerikaans om te vertalen: “Now, will we throw someone in jail for excessive audit? Not likely. However, will we have a very severe conversation with the management of that audit firm? You bet.”
Eind april, een paar weken eerder, zei McDonough in The Financial Times dat de PCAOB “aan accountants duidelijk maakt dat we verwachten dat hun kosten omlaag gaan”.
Half mei voegde hij er op, wederom, CFO.com aan toe: “Het is duidelijk dat de internal control-verklaring en het audit-proces kunnen bijdragen tot grote verbeteringen van de kwaliteit en betrouwbaarheid van financiële rapportage. Maar tegelijkertijd is het even duidelijk dat de eerste ronde van internal control audits te veel heeft gekost.”
Gezocht: allochtone accountants
De kwaliteit van allochtone ondernemers moet worden verbeterd. Een van de manieren om dat te bereiken is de verbetering van de financiële verslaggeving. Omdat veel allochtone ondernemers een beroep doen op adviezen van landgenoten, moeten meer etnische accountants worden opgeleid. Dat staat in een intentieverklaring die staatssecretaris Karien van Gennip van Economische Zaken en MKB Nederland onlangs ondertekenden.
Voor de concrete uitvoering zijn inmiddels de NOvAA en de NOAB benaderd. Fred de Vries, hoofd externe communicatie van de NOvAA: “Als organisatie die lid is van MKB Nederland is ons gevraagd om met concrete plannen te komen om meer allochtonen te bewegen AA-accountant te worden. We praten er nu over met MKB Nederland. Uitgewerkte ideeën zijn er nog niet. Ik verwacht binnen enkele weken meer te kunnen vertellen.”
Directeur Ed de Vlam van de Nederlandse Orde van Administratie- en Belastingdeskundigen (NOAB) wil zijn cursussen voor de opleiding tot belastingadviseur nadrukkelijker dan tot nu het geval is openstellen voor allochtonen. “Uiteraard bieden wij ook nu al onze cursussen aan voor iedereen die er in is geïnteresseerd en ervoor is gekwalificeerd. De komende tijd willen we echter heel nadrukkelijk ook allochtonen benaderen.
Op de vraag hoe de NOAB dat denkt te doen, moet De Vlam vooralsnog echter het antwoord schuldig blijven. “MKB Nederland is nu bezig met een begroting en een plan van aanpak. Pas als dat bekend is, komen wij in actie. Ik verwacht dat dit na de zomervakantie zal zijn.”
Het NIVRA is niet door EZ en MKB Nederland benaderd om mee te doen aan het initiatief. Volgens Marc Schweppe, verantwoordelijk voor marketing en communicatie, is dat niet zo verwonderlijk. “Het NIVRA is geen lid van MKB Nederland. Dat betekent overigens zeker niet dat wij geen leden hebben die niet voor het MKB actief zijn, integendeel. Maar wat belangrijker is: ook het NIVRA denkt na hoe in de toekomst meer allochtonen, en dan met name vrouwen, kunnen worden gestimuleerd tot het starten van een RA-opleiding. Dat is echter nog in een ontwikkelingsfase. Dus daar valt verder nog niets over te zeggen.” (AB)
Meer artikelen over arbeidsmarkt op pagina 16, 20, 22, 60 en 66.
Accountants in China
China is dé groeimarkt van het moment, ook voor accountants. Vooral de big four investeren druk in hun aanwezigheid aldaar. Deloitte Touche Tohmatsu kondigde vorige maand een ‘fusie’ aan met een van de grootste Chinese accountantskantoren, het driehonderd medewerkers tellende Beijing Pan-China. Eind 2005 hoopt Deloitte in China achtduizend mensen in dienst te hebben. De fusie wordt per 1 juni 2005 effectief.
Peter Bowie, ceo van Deloitte China, vertelde Dow Jones Newswires dat Deloitte de komende vijf jaar 150 miljoen dollar wil investeren in China. Tweederde daarvan gaat zitten in het kopen van locale kantoren en het inhuren van Chinese accountants. “No one knows how big China’s market is, but the potential is enormous”, aldus Bowie.
ISQC1
Op 15 juni 2005 wordt de IFAC-richtlijn ISQC1 (International Standard on Quality Control 1) van kracht. Deze richtlijn voor de kwaliteitsinrichting geldt niet primair voor de individuele beroepsbeoefenaar, maar voor accountantsorganisaties als geheel, en reikt normen aan voor het kwaliteitsbeheersingssysteem. Dit systeem dient gedragslijnen en procedures te bevatten die zijn gericht op:
- de verantwoordelijkheid van de leiding voor de kwaliteit binnen de accountantsorganisatie;
- ethische normen;
- het aanvaarden en voortzetten van de relatie met de opdrachtgevers en van specifieke opdrachten;
- personeelsbeleid;
- uitvoering van opdrachten, waaronder verplichte consultatie;
- bewaking van de kwaliteit.
IFRS ‘vooruit’, EEV ‘graag’
Verzekeringsanalisten vinden de eerste fase in de overgang naar de internationale verslaggevingsregels IFRS over het algemeen een stap in de juiste richting, maar tachtig procent vindt de European Embedded Value (EEV) nuttiger en beter voor de vergelijkbaarheid van Europese levensverzekeraars. Dit is een van de conclusies uit het door PricewaterhouseCoopers onder ruim vijftig analisten van de Europese verzekeringssector gehouden onderzoek Making Sense of IFRS.
Veel analisten zijn al lange tijd ontevreden over de breedte en transparantie van de verantwoording van verzekeringscontracten. De tijdelijke IFRS 4-richtlijn, sinds 1 januari 2005 van kracht, werd dan ook gezien als een kans voor verbetering, maar zeventig procent van de respondenten vindt de verbeteringen marginaal. Analisten zijn bezorgd over vergelijkbaarheid tussen de financiële verslagen van verzekeringsmaatschappijen.
Albert Zoon, partner bij PricewaterhouseCoopers: “IFRS 4 geeft een raamwerk voor de presentatie van financiële informatie. Er blijft echter voor verzekeraars nog een behoorlijke vrijheid. Ze mogen grotendeels de verschillende beginselen blijven toepassen die zij reeds in het verleden gebruikten. Hierdoor bestaat het risico dat de verwachte voordelen op korte termijn uitblijven.”
Analisten ondersteunen wel de pogingen van de sector om consensus te bereiken over verslaggeving conform de European Embedded Value (EEV)-principes. Meer dan tweederde vindt dit beter dan de vorige verslagleggingspraktijk. Veel bedrijven zullen volgend jaar in hun verslagen aanvullende EEV-informatie opnemen. Het European Insurance CFO Forum introduceerde EEV vorig jaar, om het voor analisten en investeerders gemakkelijker te maken de embedded values van verschillende ondernemingen te vergelijken.
“Toch moeten de verzekeraars en de IAS Board tijdig met een overtuigende oplossing voor de tweede fase komen”, benadrukt PwC-partner Marco Vet. “Die moet de onzekerheid onder verzekeraars opheffen en de behoeften van analisten en investeerders weerspiegelen. Zij zijn immers de belangrijkste gebruikers van de verslagen.”
De meeste analisten ondersteunen een eventuele tweede fase gebaseerd op reële waarde. Ze verwachten dat dit ook de uitkomst zal zijn. Zeventig procent verwacht echter dat een door alle partijen gedragen oplossing pas op zijn vroegst in 2009 kan worden ingevoerd.
Praktijkboek MVO
Dertig onderzoekers van zeven verschillende universiteiten hebben twee jaar lang gewerkt aan een onderzoeksprogramma dat op praktische wijze bedrijven moet ondersteunen bij maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). De resultaten staan in het praktijkboek Ondernemen Met Meer Waarde. Het eerste exemplaar is 12 mei 2005 uitgereikt aan staatssecretaris Van Gennip van Economische Zaken.
Het boek bevat onder meer een praktisch diagnose-instrument om te bepalen hoever een bedrijf is met maatschappelijk verantwoord ondernemen en een methode om te bepalen hoe dit in een specifiek bedrijf het best kan worden ingevoerd. Tevens is een website opgezet om het overleg tussen bedrijven en belangengroeperingen te versoepelen door de wederzijdse verwachtingen in beeld te brengen (www.bni-instrument.org).
‘Jaarverslag? Hoezo?’
De meeste ‘goede doelen’ weigeren donateurs inzage in hun financiële gegevens. Bij een onderzoek door Donateursvereniging Nederland voldeed 55 procent van de 392 onderzochte goede doelen niet aan het verzoek om een jaarverslag op te sturen. Een aantal weigert zelfs expliciet iedere medewerking. Het jaarverslag is voor donateurs vaak de enige mogelijkheid om inzicht te krijgen in de werkzaamheden en resultaten van een goed doel.
Toch stuurden 153 organisaties (39 procent) het document desgevraagd netjes toe en zes procent verwees door naar een website of andere instantie. Niet minder dan 217 organisaties (55 procent) voelden daar blijkbaar weinig voor. Ze voldeden zelfs na een herinnering niet aan het verzoek. Vijftien organisaties waren zeer expliciet in hun weigering. “Wij sturen u niet ons jaarverslag toe, aangezien we niet weten wat er met deze informatie gebeurt en wat u er mee gaat doen”, luidde een van de reacties.
Goede doelen die zijn aangesloten bij het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) zijn volgens de reglementen van die koepel verplicht om hun jaarrekening ‘te allen tijde aan een ieder op verzoek beschikbaar te stellen’. De 156 ‘CBF-organisaties’ in het onderzoek reageerden procentueel weliswaar beter dan de overige doelen, maar ook van hen voldeed maar liefst 31 procent ook na herinnering niet aan het verzoek.
Goede doelen zijn in Nederland niet wettelijk verplicht om hun jaarverslag openbaar te maken, noch om - zoals bedrijven - hun jaarverslag bij de Kamer van Koophandel in te leveren. De Donateursvereniging pleit nu voor een wettelijke verplichting daartoe.
Om transparante charitatieve verslaggeving te bevorderen reikt de Donateursvereniging samen met PricewaterhouseCoopers jaarlijks de Transparantprijs uit.
Deloitte bekendst, Ernst & Young beste imago
Deloitte is onder afstuderende en pas afgestudeerde heao’ers accountancy en bedrijfseconomie het bekendste accountantskantoor. Maar Ernst & Young heeft het beste imago. Dat blijkt uit de tiende editie van het jaarlijkse accountancyonderzoek door Memory Magazine. Het onderzoek vond via e-mail plaats in april 2005, en telt 460 deelnemers.
Van de respondenten noemt 72,1 procent spontaan de naam Deloitte, zes procent minder dan vorig jaar. Grote verliezer is KPMG, dat daalde van twee naar vier. Opvallend is de grote sprong voorwaarts van BDO. In 2003 wist nog maar 14,3 procent van de respondenten dit kantoor spontaan te noemen, in 2004 34,7 procent en in 2005 43,6 procent.
Opvallend zijn ook de regionale verschillen. In drie van de vier regio’s is Deloitte het bekendst, maar in het westen is dat PricewaterhouseCoopers. Ook regionale kantoren duiken regelmatig op als spontaan genoemden. In het zuiden vooral ABAB Accountants, in het noorden AVM en in het oosten AccoN Accountants & Adviseurs.
De imagocijfers zijn vergelijkbaar met die van vorig jaar. Ernst & Young scoort het best, Deloitte het laagst en is ook het enige kantoor waarvan het imago blijkbaar daalde. BDO scoort nu een 6,7 (in 2004 een 6,5) en staat hiermee op vijf.
Overheid en intern
Memory Magazine vroeg de respondenten ook naar hun carrièreplannen. Verrassend is dat éénderde van de respondenten ook een baan bij de overheid als aantrekkelijk ervaart. Interne accountant in het bedrijfsleven blijkt eveneens een serieuze carrièremogelijkheid: veertig procent zegt dit te overwegen. Op de vraag waar ze het liefst willen werken als interne accountant, wordt Philips het vaakst genoemd, gevolgd door Shell en ABN AMRO. Verrassende nieuwkomer in deze lijst is de Belastingdienst op acht. Grootste daler is Ahold.
Philips beste imago...
In het jaarlijkse Management Team 500-onderzoek - door TNS Nipo uitgevoerd onder duizend managers - is Philips dit jaar algemeen winnaar. Het elektronicaconcern heeft het beste imago en eindigt in de categorieën strategie, beste werkgever en beste zakenpartner op respectievelijke de eerste, tweede en derde plaats. Shell, tweede in de overall ranking, is de populairste werkgever, ING Groep de populairste zakenpartner.
Met een derde plaats als werkgever, een tweede als zakenpartner en een zesde bij strategie, scoort Rabobank in de overall ranking een derde positie. De Belastingdienst is met een zestiende plaats de overheidsinstelling met het beste imago.
...KPMG op 22
KPMG is het hoogst geklasseerde accountantskantoor, op 22. PricewaterhouseCoopers (47) en Deloitte (51) volgen daarna. Als werkgever scoort KPMG nu aanmerkelijk beter dan vorig jaar (van 42 naar 22), terwijl Deloitte juist kelderde (van 50 naar 81). De waardering voor PwC bleef in dat opzicht ongeveer gelijk, met een 66-ste plaats (62 in 2004).
Ernst & Young is in de in het zakenblad gepubliceerde lijst geheel onvindbaar. Is het dan zo slecht gesteld met het imago van dit kantoor? Neen, de duikeling in het niets is het gevolg van een fout, zo blijkt in een rectificatie in een later nummer. Alle stemmen op Ernst & Young zijn per abuis opgeteld bij CapGemini. Pijnlijk foutje. Na hertelling prijkt Ernst & Young op nummer 78.
Weinig zorgen, hoge kosten
Nederlandse financiële dienstverleners voorzien een veel grotere kostengroei van e-mail-management dan die in andere Europese landen en de Verenigde Staten. Vreemd genoeg maken de Nederlandse instellingen zich tegelijkertijd het minst zorgen over de bedreigingen voor hun e-mail-berichtenverkeer. In andere landen gaan deze zorgen en kosten gelijk op.
Dit blijkt uit een in opdracht van BT uitgevoerd onderzoek in Nederland, Duitsland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten naar de ervaringen en visies van 112 financiële dienstverleners met en op virussen, spam, hacking, phishing, compliance en mailboxmanagement.
De meeste organisaties verwachten de komende drie jaar een stijging van de kosten van e-mailmanagement. Het merendeel (65 procent) verwacht dat de kosten voor naleving van de wet- en regelgeving zullen stijgen. Daar staat tegenover dat organisaties die hun e-mail-infrastructuur uitbesteden of dit van plan zijn, verwachten dat de kosten voor e-mail-beheer zullen dalen ten opzichte van organisaties die dit zelf doen. Aldus onderzoeksopdrachtgever BT, dat volgens hetzelfde persbericht ‘een alles-in-één oplossing’ biedt voor het ‘steeds complexere beheer van zakelijke e-mail’. BT zal dus niet ontevreden zijn geweest met deze conclusie, zeggen wij maar. Of zijn we nu te sceptisch?
Beloning van hogere rijksambtenaren
Hogere ambtenaren bij het Rijk zijn in 2004 over het algemeen volgens de regels beloond. Deze conclusie van de Algemene Rekenkamer in het rapport Beloning van hogere ambtenaren bij het Rijk komt vrijwel overeen met een eerder door de departementale audit-diensten uitgevoerd onderzoek. Wel zijn de ministeries soms minder zorgvuldig omgegaan met bijvoorbeeld aanstellingsbesluiten, besluiten voor toeslagen en het beheer van de personeelsdossiers. Als precies volgens de regels was gewerkt, zou circa € 90.000 niet zijn uitgegeven. Op de totale salarisuitgaven van circa € 140 miljoen is dat een relatief gering bedrag. De Algemene Rekenkamer onderzocht op verzoek van het kabinet de beloning van de 1.510 rijksambtenaren in schaal 16 en hoger. Daarbij zijn de aanstelling, het salaris, verschillende toe(s)lagen, afkoop van verlof en vergoedingen voor representatie en onkosten bekeken. Ontslag en vertrekregelingen zijn nog niet onderzocht.