Een kwestie van mentaliteit
Anders dan Chris Hibbitt (‘de Accountant’ mei 2004) stelt, is maatschappelijk verantwoord ondernemen ook in een kapitalistisch systeem mogelijk, vindt Nancy Kamp-Roelands. En controle van de verslaggeving kan selectief rapporteren juist voorkomen.
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 10, 2004
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Nancy Kamp-Roelands
In ‘de Accountant’ van mei 2004 geven Chris Hibbitt en Johan Wempe in het artikel ‘Serieus of pr-folder’ hun commentaar op ontwikkelingen milieu- en maatschappelijke verslaggeving. Aanleiding is het recent gepubliceerde proefschift van Chris Hibbitt, External environmental disclosure and reproting by large European companies. Het 613 pagina’s tellende proefschift geeft een goed gedocumenteerd overzicht van de politieke en theoretische ontwikkelingen in milieu- en maatschappelijke verslaggeving en is bijzonder aanbevelenswaardig.
Vanuit het deep green ecologist kritisch perspectief van Hibbitt is de conclusie dat het huidige kapitalistische systeem niet geschikt is voor het bereiken van een echte duurzame economie een logische. De achterliggende gedachte is dat binnen een kapitalistisch systeem mensen en bedrijven uitsluitend bezig zouden zijn met zelfverrijking en dat verslaggeving slechts gedaanwordt voorzover het daaraan bij kan dragen. In de praktijk blijkt echter dat zowel bij het kapitalisme als bij andere systemen mensen en bedrijven niet in hokjes kunnen worden geduwd. De crux zit hem naar mijn mening in het gedrag van mensen. Dit betekent dat ook in een kapitalistisch systeem wel degelijk sprake kan zijn van rekening houden met duurzame ontwikkeling.
In het bedrijfsleven zijn koplopers te onderkennen waarbij maatschappelijk verantwoord ondernemen werkelijk is ingebed in de organisatie. Juist dit laatste is cruciaal voor maatschappelijke verslaggeving. Het moet een resultante zijn van het gevoerde beleid. Bovendien moet de informatie zonder veel kosten beschikbaar zijn omdat deze ook wordt gebruikt voor het nemen van managementbeslissingen. In veel ondernemingen is maatschappelijke verslaggeving nog een eindproduct en moet inbedding in de organisatie van hoog tot laag nog plaatsvinden.
Een andere onderliggende gedachte bij de conclusie van Hibbitt is dat economisch rendement altijd ten koste gaat van mens en milieu. Uit onderzoek blijkt juist dat veel ondernemingen die zorg dragen voor mensen milieu een beter economisch rendement behalen. Op dit moment zijn de meeste ondernemingen, mede door druk van hun aandeelhouders, te veel gericht op winst op korte termijn. Persoonlijk winstbejag heeft geleid tot verschillende incidenten. Duidelijk mag zijn dat ondernemingen voor continuïteit op lange termijn ook rekening moeten houden met de belangen van andere stakeholders, zoals consumenten, werknemers en de rechten van mensen in ontwikkelingslanden.
Naast aandeelhouders zijn op dit moment ook consumenten niet kritisch genoeg en is een lage prijs nog steeds een belangrijke factor. Deels komt dit door ontoereikende informatie aan de consument over maatschappelijke aspecten van producten en diensten en onderliggende productieprocessen. De onjuiste besluitvorming wordt verstrekt door het vertekend beeld van huidige kostprijsberekening, waarbij de meeste kosten van niet duurzaam ondernemen nog steeds worden afgewenteld op de maatschappij. Hierdoor lijkt niet-duurzaam ondernemen winstgevender te zijn dan meer duurzame productiemethoden.
Voor een juiste besluitvorming moeten stakeholders goed geïnformeerd zijn. Hiervoor is niet alleen maatschappelijke verslaggeving door ondernemingen nodig, maar is er ook een belangrijke taak weggelegd voor de overheid, maatschappelijke organisaties en journalisten. Vrijwillig initiatief is belangrijk, maar op een bepaald moment wordt een grens bereikt wat op die manier kan worden bereikt en er dus wetgeving nodig wordt.
Voor de achterblijvers zal het nodig zijn minimumeisen te stellen aan maatschappelijke verslaggeving, zodat zij via verslaggeving worden gedwongen na te denken over hun beleid op dit gebied. In het verleden zijn met een dergelijke verplichting voor milieuverslaggeving positieve resultaten behaald.
Een eerste aanzet hiertoe vormt de vorig jaar geaccepteerde richtlijn van de Europese Commissie waarin wordt gesteld dat voor een goed inzicht in de positie van een onderneming deze in haar directieverslag niet alleen moet rapporteren over financiële indicatoren, maar ook over indicatoren met betrekking tot milieu en personeelsaangelegenheden.
De Nederlandse commissie Corporate Governance (‘Tabaksblat’) heeft echter een belangrijke steek laten vallen door sociale en milieuverantwoordelijkheden niet mee te nemen in haar code. Juist hiermee had kunnen worden bereikt dat maatschappelijk verantwoord ondernemen zich ook tot de directietafel uitstrekt en wordt ingebed in taken van de raad van commissarissen.
Hibbitt heeft verder kritiek op accountants die een verklaring geven bij milieu- en maatschappelijke verslagen. In mijn proefschrift over de controle van milieuverslaggeving (2002) blijken die manco’s in de controle. De ontwikkelingen gaan echter verder en dit jaar publiceert het Koninklijk NIVRA een ontwerprichtlijn voor assuranceopdrachten bij maatschappelijke verslaggeving. Dit zal de kwaliteit van dergelijke opdrachten zeker bevorderen. Naar mijn mening is controle van maatschappelijke verslaggeving juist nodig om selectief rapporteren door ondernemingen te voorkomen. Dit betekent wel dat accountants ook aandacht moeten besteden aan de toereikendheid van het verslag en wellicht ook commentaar moeten gaan geven over de mate waarin MVO is ingebed in de organisatie.
In de praktijk blijkt dat lezers behoefte hebben aan de bevindingen die accountants normaal gesproken in hun management letter zetten. Op dit moment wordt bijna de helft van de assurance-opdrachten uitgevoerd door consultants. Hun competentie ligt niet primair in controle, verslaggeving en administratieve organisatie en interne controle. Het is voor mij steeds weer een raadsel waarom accountants het werk in dit nieuwe veld niet oppakken. Ik hoop dat het niet de angst voor het onbekende is, want dan zal de accountant in zijn ontwikkeling uiteindelijk achter blijven bij die van zijn cliënten.
Noot
Nancy Kamp-Roelands is senior manager Ernst & Young Environmental & Sustainability Services.
Gerelateerd
AFM: Accountantskantoren lopen risico's rondom integriteit, digitalisering, duurzaamheid en fraude
Integriteitsincidenten bij meerdere accountantsorganisaties, zoals examenfraude, raken aan de integriteit van accountants. Ook thema's als de krappe arbeidsmarkt,...
De reis
De invoering van de CSRD moet niet betekenen dat bedrijven te veel tijd en geld spenderen aan technische naleving en assurance. Ook accountants hebben rondom duurzaamheidsrapportages...
Philips en Schijvens Corporate Fashion winnen CSRD Awards
Tijdens de CSRD DAY 2024 in Nieuwegein zijn op 12 november voor het eerst de Nederlandse CSRD Awards toegekend aan Koninklijke Philips (categorie grootbedrijf) en...
EU Taxonomie aan de beurt
Terwijl de meeste aandacht uitgaat naar de CSRD, is een volgende lichting grote ondernemingen nu ook verplicht over 2025 te rapporteren in lijn met de EU Taxonomie-vereisten....
NBA publiceert nieuwe brochure over ESG-fraude en greenwashing
De NBA publiceert een nieuwe brochure over ESG-fraude en greenwashing. "Hoe gaan we daar als accountants mee om?", is de centrale vraag die in de publicatie wordt...