Magazine

Nog steeds meer woorden dan daden

De meeste accountantskantoren nemen een afwachtende houding aan wat betreft XBRL. De reden voor deze terughoudendheid is het gebrek aan sturing bij de overheid. De meeste activiteiten vinden opmerkelijk genoeg plaats bij kleinere kantoren. En "iedereen verschuilt zich achter de ander".

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 7/8, 2010

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

XBRL in Nederland

In bovenstaande inleiding zijn de belangrijkste conclusies verwoord uit drie onderzoeken die onlangs zijn verschenen over de invoering van XBRL (of Standard Business Reporting). Het zijn de NIVRA-enquête ‘Zijn de accountants en fiscalisten klaar voor XBRL?’, het rapport ‘De status van XBRL/SBR binnen de rapportageketen’ van het bureau XBRL voor Accountants en ‘Uit het zicht: beleidsmaatregelen voor het versnellen van het gebruik van ICT-toepassingen voor administratieve lastenverlichting’van het Adviescollege Toetsing Administratieve Lasten (Actal). Uit de NIVRA-enquête onder 708 kantoren bleek dat slechts 47 procent aandacht besteedt aan XBRL.

84 procent heeft nog geen beslissing genomen over de invoering van XBRL. 55,6 procent verwacht over meer dan een jaar een beslissing te zullen nemen. Voor slechts 8,1 procent heeft XBRL prioriteit boven andere ontwikkelingen. Waarom besteedt zo'n groot deel van de kantoren nog geen aandacht aan XBRL? Omdat de klanten er niet om vragen (63,7 procent). Of omdat er gebrek is aan informatie (56,8 procent). Of omdat het niet duidelijk is of XBRL een succes wordt (44,5 procent). Of omdat het niet verplicht is (43,2 procent).

Voor Jan Pasmooij, manager ICT Knowledge Center van het NIVRA die het onderzoek uitvoerde, is de conclusie duidelijk: “XBRL heeft bij de meeste kantoren geen prioriteit. Ze weten er ook te weinig van. Hier is een taak weggelegd voor de beroepsorganisaties.”

Hogere rente

Het jonge bureau XBRL voor Accountants publiceerde in maart 2010 een rapport waarin Mark Bisschop constateerde dat met name kleinere kantoren al diverse initiatieven hadden genomen. “Het blijkt dat een aantal grote accountantskantoren nog een behoorlijke inhaalslag moeten maken. De big four werken achter de schermen hard, maar hebben nog geen grote aantallen XBRL- berichten verstuurd.”

Over de banken merkt Bisschop op: “Uiteindelijk willen ze dat er in 2012 tachtig procent in XBRL wordt aangeleverd. Eind van dat jaar zal elke bank afzonderlijk beoordelen of de papieren jaarrekening kan worden afgeschaft. Het is mogelijk dat er consequenties worden verbonden aan het niet aanleveren in XBRL. Bijvoorbeeld door een hogere rente in rekening te brengen of door aanlevering in XBRL in de kredietvoorwaarden op te nemen.” Hoe komt het dat kleinere kantoren op dit moment meer met XBRL bezig zijn dan de grotere? Bisschop: “Grote kantoren, met name de big four, zijn door hun omvang behoorlijk logge orga- nisaties. Veranderingen komen daar veel moeizamer op gang. Terwijl een klein kantoor met een paar medewerkers in één keer een grote veranderingsslag kan maken.”

Remmende rol

Het schiet dus nog niet op met de invoering van XBRL. Volgens Actal ligt dat grotendeels aan de overheid. Actal liet de TU Delft onderzoek doen naar de rol van de overheid bij de invoering van ICT als middel om tot lastenverlichting te komen. De conclusies zijn ronduit kritisch. Zo is de overheid een remmende factor, onder meer door de vervlechting van wetgeving en techniek waardoor projecten te complex worden. Ook houdt men te weinig rekening met de wensen van de toekomstige gebruikers van de ICT-toepassing.

Het rapport gaat uitgebreid in op de vraag of de overheid XBRL verplicht moet opleggen. “Het is op dit moment niet aanbevelenswaardig om dit te doen, omdat de overheid er nog niet klaar voor is. Een de facto verplichting (in plaats van direct een wettelijke verplichting) wordt beschouwd als de meest acceptabele invoeringswijze voor XBRL. Hierbij wordt een eventuele wettelijke verplichting voorafgegaan door het geleidelijk uitfaseren van andere mogelijkheden, zodat er op termijn alleen nog maar XBRL kan worden gebruikt. Op de langere termijn kan de techniek wel de jure verplicht worden gesteld, waarbij de invoeringsdatum tijdig moet worden aangekondigd.”

Actal wijst erop dat het voor toekomstige gebruikers ook aantrekkelijk moet worden gemaakt om over te schakelen op XBRL. “Het verdient aanbeveling om duidelijke stimulansen voor de eindgebruikers te creëren, bijvoorbeeld door een lagere prijs voor het opvragen van jaarrekeningen of een korting op de jaarlijkse bijdrage aan de Kamer van Koophandel. Omdat op dit moment de voordelen niet altijd duidelijk zijn bestaat er geen gevoel van urgentie voor het gebruiken van XBRL. Het gevolg: de meeste gebruikers en intermediairs nemen een afwachtende houding aan.”

Twee vragen

NIVRA en NOvAA overleggen al enige tijd intensief met de banken over de gevolgen van de invoering van XBRL. NOvAA-bestuurslid Henri Spanjers geeft commentaar namens beide beroepsorganisaties: “De banken hebben bepaalde wensen ten aanzien van de kwaliteit van de informatie die ondernemers en hun accountants via XBRL moeten aanleveren. Wij willen op onze beurt lastenverhoging voor onze leden voorkomen. Daarom trekken we samen met de banken op om beide doelstellingen te realiseren.”

De beroepsorganisaties vinden dat in overleg met de banken de komende tijd over twee zaken duidelijkheid moet komen. Ten eerste: wat gaat het kosten en wie betaalt dat? En ten tweede: voor wie gaat XBRL gelden als het aan de banken ligt?

Extra zekerheden

Spanjers: “De kostenbesparing die XBRL de banken oplevert vanwege de automatisering van administratieve processen moet deels worden teruggesluisd naar de accountants. Immers, zij zullen meer werk hebben als de banken extra zekerheden verlangen. Bij wie kunnen ze de factuur hiervoor indienen? Bij de opdrachtgever? Maar die ondernemer gaat er juist van uit dat XBRL hem administratieve lastenverlichting oplevert.”

Het tweede punt waarvoor Spanjers aandacht vraagt heeft uiteindelijk ook te maken met kosten. Want welke soort ondernemingen zullen volgens de banken straks hun informatie in XBRL moeten aanleveren? Zijn dat kleine bv's, voor wie nu ook al COS 4410 geldt? Of komen daar, zoals de banken al hebben laten doorschemeren, ook vof's, eenmansbedrijven en maatschappen bij?

Spanjers: “Veel kleine kantoren hebben alleen maar dit soort bedrijven als klant. Als XBRL tot deze ondernemingen wordt uitgebreid, dan jaagt dat veel van onze leden op enorme kosten. Een gesprek hiervoor met de banken is daarom dringend gewenst.”

Geen aansprakelijkheid

Igno Dekker is bij ABN AMRO business-architect voor het kredietdomein en zodoende nauw betrokken bij de invoe- ring van XBRL. Hij geeft aan dat kredietaanvragen in de toekomst via XBRL grotendeels zullen worden geautomatiseerd. “We hebben een grens getrokken bij kredietaanvragen lager dan één miljoen euro en aanvragen die dit bedrag overstijgen. De eerste categorie zal zoveel mogelijk worden geautomatiseerd. Dat noemen we program lending. Die automatisering kan alleen maar als we over zo volledig mogelijke informatie van de ondernemer en zijn intermediair beschikken.”

Dekker begrijpt de onrust bij de accountantskantoren en de beroepsorganisaties niet. Hij ontzenuwt het verhaal dat de banken van accountants zullen eisen dat ze assurance verlenen bij kredietaanvragen in XBRL. “Wij zijn niet van plan om accountants aansprakelijk te stellen. We blijven zelf verantwoordelijk voor het beoordelen van een kredietaanvraag. Hetzelfde geldt voor credit rating. Ook hier hebben de banken een eigen verantwoordelijkheid. Wat accountantskantoren op dit gebied ook ontwikkelen, onze eigen credit rating is bepalend. Kantoren hebben ons al benaderd met de vraag of wij onze rating-techniek met hen willen delen. Dat doen we niet, want deze techniek is bij wijze van spreken het Coca-Cola-recept van de banken. Dat blijft geheim.”

Stap te ver

Een van de oorzaken dat kantoren aarzelen om te starten met XBRL, is het tot nu toe nauwelijks voorhanden zijn van de benodigde software. Omgekeerd zien softwareleveranciers geen aanleiding om nieuwe producten te ontwikkelen zolang de kantoren afwachten. Volgens Igno Dekker hoeft dat echter geen al te groot probleem te zijn. “Er zijn ook speciale service providers die voor accountantskantoren documenten in XBRL kunnen omzetten. Dus ook als de juiste software nog niet voorhanden is, kunnen kantoren al in XBRL infor- matie aanleveren.”

Blijft over de wens van de beroepsorganisaties dat een deel van de besparingen die de banken zullen realiseren wordt teruggesluisd naar de ondernemers en accountants.

Voor Dekker is deze wens op dit moment duidelijk een stap te ver. “Sinds enige tijd maken wij gebruik van risk based pricing. Als een ondernemer via zijn accountant ons dusdanig van informatie voorziet dat we ons risico zo nauwkeurig mogelijk kunnen inschatten, dan brengen we hem lagere kosten in rekening. Nogmaals, we verlangen geen assurance. Maar wat is er tegen om accountants die hun werk goed doen te belonen, in plaats van dat je generiek de gehele beroepsgroep een kostenvoordeel geeft?”

Geen revolutie

Eind vorig jaar maakte de Rabobank duidelijk dat men vanaf april 2010 kredietaanvragen in XBRL zou kunnen ontvangen. Deze aankondiging was het resultaat van overleg tussen een bankenconsortium (Rabobank, ABN AMRO en ING) en enkele accountantskantoren die al enige tijd met XBRL-voorbereidingen (‘de kopgroep’) bezig waren. Anton Lok werkt bij Berk en is daar verbonden aan bureau vaktechniek. Zijn kantoor zit in de kopgroep. Lok begrijpt daarom niet veel van de vrees bij colle- ga's ten aanzien van de betekenis van XBRL voor het beroep. “Het is een belangrijke ontwikkeling en zeker geen bedreiging. Het is vooral nieuw gereedschap waarmee alle kantoren in de toekomst moeten werken.”

Toch zal er met name voor kantoren die actief zijn in de samenstelpraktijk veel veranderen. Doordat alle gegevens in één elektronisch dossier terecht zullen komen, ontstaat er een intensieve samenwerking tussen accountants en fiscalisten. Lok: “Voor ons was de invoering van XBRL daarom een goede aanleiding om de werkprocessen binnen ons kantoor tegen het licht te houden.”Berk heeft het probleem van het onvoldoende beschikbaar zijn van software opgelost door zelf programma's te ontwikkelen. Lok: “Softwareleveranciers hebben tot nu toe onmiskenbaar een remmende invloed. Aan de andere kant: het helpt de ontwikkelaars van programma's als accountants eens duidelijk aangeven wat ze verwachten van de nieuwe software. Maar zolang veel kantoren nog nauwelijks met XBRL bezig zijn, hebben ze geen concrete ideeën over de eisen waaraan de software moet voldoen.”

Hete zomer

Tot besluit vragen we Gerard Bottemanne als onafhankelijk deskundige om een oordeel. Bottemanne doet via zijn bedrijf GBNED al sinds jaar en dag onderzoek naar de kwaliteit van administratieve software. Hij constateert dat er rond XBRL ‘een kat-en-muisspelletje tussen alle betrokken partijen wordt gespeeld’.

“Er gebeurt weinig en iedereen verschuilt zich achter de ander. En dat terwijl de overheid al in 2006 een hype veroorzaakte door te verkondigen dat men jaarlijks 350 miljoen aan lastenverlichting door XBRL zou kunnen realiseren. De toenmalige ministers Zalm van Financiën en Donner van Justitie hebben dat bedrag toen alvast maar ingeboekt. Het hoeft natuurlijk geen betoog dat dit bedrag op dit moment nog bij lange na niet wordt gehaald.”Bottemanne voorspelt een ‘hete zomer’ wat betreft de invoering van XBRL.

“De softwareleveranciers moeten na de zomer eindelijk eens gaan leveren. Verder dienen de uitvragende partijen dan klaar te zijn voor het ontvangen van XBRL-berichten. Ik constateer echter dat de Belastingdienst weliswaar berichten kan ontvangen, maar zelf via een ander kanaal antwoordt. Verder is het bij de Kamer van Koophandel en het CBS wel heel erg stil. Ik vind het opmerkelijk dat ik in het blad van de Kamer van Koophandel, dat ik als ondernemer maandelijks ontvang, nog nooit een artikel over XBRL heb aangetroffen.”De onderzoeker heeft ook kritiek op de accountancy. De beroepsorganisaties stellen zich volgens hem te afwachtend op. En voor de kritiek van accountants dat zij met extra kosten worden opgezadeld omdat banken straks om extra zekerheden zullen vragen, heeft hij ook weinig begrip. Bottemanne: “Als deze informatie nu al elektronisch beschikbaar is, heb je geen extra kosten. Maar de meeste accountants hebben dat niet, omdat ze nog steeds geen gebruikmaken van professionele boekhoudsoftware. Jammer, maar dan is het dus hun eigen schuld.”

Ook met de ‘kopgroep’, de kantoren die met de banken al in vergevorderd overleg zijn over de invoering van XBRL, heeft Bottemanne weinig op. “Op een enkele uitzondering na stelt wat zij tot nu hebben bereikt maar weinig voor. Bij het wielrennen rijdt de kopgroep daadwerkelijk voorop, bij XBRL heeft de kopgroep alleen maar de grootste mond.” 

Adrie Boxmeer is journalist.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.