De actieve vorm van pluriform
Behalve de standaardagendapunten (financieel verslag, begroting, benoemingen) stond tijdens de Algemene Ledenvergadering van 15 december 2005 vooral de voorgenomen versterking van de pluriforme beroepsorganisatie centraal.
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 5, 2006
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Algemene Ledenvergadering 2005
De Ledenvergadering betekende na twee jaar het afscheid van Frans van der Wel als voorzitter. Twee jaar waarin het NIVRA volgens Van der Wel weer op de kaart kwam te staan als vertrouwde en gerespecteerde gesprekspartner en ook het NIVRA-bureau “fors is gereorganiseerd en geprofessionaliseerd”.
Het afgelopen jaar is onder meer veel tijd en energie gestoken in het uitwerken van het concept van de ‘pluriforme beroepsorganisatie’, die er nadrukkelijker dan voorheen is voor RA’s uit alle beroepsgeledingen. “We hebben wel verschillende functies, maar werken vanuit dezelfde deskundigheid en achtergrond”, zei Van der Wel over de achterliggende gedachte. “Het is belangrijk daar dan ook iets mee te doen. Geen makkelijk proces, maar we hebben een goed begin gemaakt.”
Pluriforme missie
Voorzitter Arie den Butter van de commissie Pluriformiteit schetste vervolgens de inhoud van de adviesnota ‘Sterk en divers’ en de uitkomsten van een ledenraadpleging over het onderwerp. “Algemeen uitgangspunt bij die plannen is de missie van het NIVRA: Bevorderen van kwaliteit van controle en verslaggeving, ingebed in goede governance.” Den Butter vatte in drie punten samen waarom het belangrijk is om openbare, interne en overheidsaccountants en accountants in business in één organisatie te hebben: “De gemeenschappelijke titel, de samenhang in de verantwoordingsketen, en efficiëntie.”
Een nadrukkelijker pluriforme koers heeft voor het NIVRA ook organisatorische consequenties, zette hij uiteen. Variërend van versterking van de positie en bevoegdheden van de overlegorganen (‘vakgroepen’) en een aangepaste contributiestructuur, tot een evenwichtiger bestuurssamenstelling en intensievere samenwerking met derden, in casu het Instituut van Internal Auditors (IIA), het platform van overheidsaccountants IODAD, de Vereniging van Registercontrollers (VRC) en het Controllers Instituut.
Tachtig procent vóór
De uitkomsten van de ledenraadpleging waren ronduit positief, vertelde Den Butter. Tachtig procent van de in totaal 2.800 geënquêteerde leden ondersteunt het concept van het NIVRA als pluriforme beroepsorganisatie, en bijna procent (ook de meeste FINAD-leden) vindt daarbij ook dat het bestuur vanwege de kerntaak in meerderheid wel uit controlerend accountants moeten (blijven) bestaan.
Een implementatiecommissie met belanghebbenden uit en rond de beroepsgroep zal het komend halfjaar onder leiding van Frans van der Wel een voorstel formuleren voor de concrete contouren van zo’n pluriforme organisatie. Dit zal in juni 2006 worden voorgelegd aan de Algemene Ledenvergadering.
Van der Wel gaf alvast wel een besluit tot wijziging van de bestuurssamenstelling prijs. “Het idee is om het totale bestuur terug te brengen van de huidige negen naar zeven mensen. Daarvan moeten er vijf in de controle werken, van wie drie in het openbaar beroep. De overige twee zouden afkomstig zijn uit de FINAD-geleding.”
Risico
Gilles Izeboud, gepensioneerd openbaar accountant, plaatste daarop vanuit de zaal een opmerking en een waarschuwing. “De opmerking betreft het beperkte historisch besef van commissie en bestuur. Tien jaar geleden werd er vanuit het overlegorgaan openbaar accountants, waarvan ik toen voorzitter was, gezinspeeld op het oprichten van een aparte organisatie voor openbaar accountants. Als reactie heeft het NIVRA daarna meer aandacht gegeven aan de belangen van openbaar accountants en er kwamen ook meer openbaar accountants in het bestuur. Vandaar mijn waarschuwing: Naarmate het NIVRA meer gaat bewegen in de tegengestelde richting, wordt het risico dat openbaar accountants een eigen organisatie willen oprichten weer groter.”
Van der Wel riposteerde dat het bestuur wel degelijk bekend is met de historische achtergronden en benadrukte dat er bij alle ledengroepen, en zeker ook de openbare, absoluut “herkenning moet zijn”. Hij noemde het door Izeboud aangegeven risico denkbaar, maar verzekerde “dat het zich zeker niet tot reëel gevaar zal ontwikkelen”.
Henri van Horn (‘FINAD-lid’) merkte op dat het door Izeboud geschetste risico bovendien ook een andere kant kent. “Ook FINAD-leden kunnen zeggen ‘we gaan afscheid nemen’ als ze bij het NIVRA onvoldoende aan hun trekken komen. Overigens ben ik daar zeker geen voorstander van, ik ben voor pluriformiteit.”
‘Cultuurkwestie’
Hans Gortemaker (zie kader) onderstreepte het belang van de publieke functie voor de beeldvorming. “Dat element moet in de structuur van de vakgroepen duidelijk tot uitdrukking komen.” Van der Wel: “Dat vinden de leden ook, blijkt uit de peiling. We houden dat zeker royaal boven water.”
Hoogleraar Blokdijk gaf in een wat langere interventie aan dat hij de pluriformiteit altijd “onnatuurlijk” heeft gevonden. De pluriformiteit is ontstaan uit de accountantsopleiding, die lange tijd óók voor controllers de enige opleiding was. Maar de leden vervullen nu zeer uiteenlopende functies, hun enige band is de titel. Het NIVRA lijkt nu op het middeleeuwse gilde van barbiers-chirurgijns. Maar chirurgen en kappers hebben allang afzonderlijke beroepsverenigingen. Ook in ons wereldje zijn gespecialiseerde verenigingen ontstaan, zoals VRC en VRO. Dus wat is het bestaansrecht van de pluriformiteit?”
‘Kunstzijden draad’
Blokdijk liep vervolgens de in de nota genoemde functies van het NIVRA langs. “Ten aanzien van de regelgeving heeft het NIVRA alleen nog een beetje een taak bij de controle. De gedachte dat het NIVRA de gehele keten van verslaggeving en controle zou moeten beheersen lijkt me overigens strijdig met de ‘trias politica’ die in een ander verband juist als argument is aangevoerd. De functie van kwaliteitsborging ligt straks vooral bij het verzelfstandigde CTK en de dienstverlenende taak blijft weliswaar belangrijk, maar vooral voor auditors, de andere groepen kunnen immers elders terecht. Verder wordt de belangenbehartiging bemoeilijkt door tegenstrijdige belangen, bijvoorbeeld tussen de auditors en de controllers en samenstellers van jaarrekeningen. En de genoemde platformfunctie kan heel goed worden gevormd met leden van andere verenigingen. Dus: waarom pluriformiteit anno 2005? Het huidige NIVRA bestaat bij de gratie van de status van de titel. Het NIVRA hangt dus aan een kunstzijden draad. Die kan heel sterk zijn, maar geleidt weinig energie!”
Van der Wel: “Dat de RA-titel ons bindt is waar. Het punt is echter dat wij het waardevol vinden om die band bewust wel in stand te houden. De verschillende rollen van RA’s kunnen juist helpen om in allerlei discussies te komen tot afgewogen antwoorden.”
‘Goed onderbouwd’
Oud-NIVRA-bestuurslid Gert Koolman (FINAD), tijdens de Ledenvergadering in 2004 nog voorstander van “alle geledingen binnen één accountancyhuis”, gaf vervolgens aan dat hij sindsdien wat is ‘opgeschoven’. “Achteraf vind ik het jammer dat de commissie vanaf het begin is uitgegaan van ‘pluriform’, in plaats van te onderzoeken of dat wel of niet wenselijk is. Men bezweert dat het niet zo is, maar uiteindelijk is deze pluriformiteitsdiscussie bedreigend voor de VRC en het CI. Polderen we door of komen we eindelijk tot fundamentele besluiten? Na de Nordemannlezing van Paul Koster en het verhaal ‘Van verdienen naar dienen’ van Leon van den Nieuwenhuijzen (zie ‘de Accountant’, december 2005) vraag ik me af of dit voor het NIVRA de te verkiezen richting is. Misschien is een publiekrechtelijke organisatie voor alleen de publieke functie wel beter. Ik zou in elk geval willen zeggen: bezint eer ge begint.”
Van der Wel: “Het bedreigen van VRC en CI is absoluut niet de intentie van de plannen. En over dat doorpolderen: natuurlijk heeft deze koers elementen van een compromis, maar wel een goed gebalanceerd en onderbouwd compromis.”
Zes speerpunten
Na de discussie overhandigde Frans der Wel de voorzittershamer aan zijn opvolger, Willem van Wijngaarden (zie pagina 14). Deze noemde vervolgens een aantal NIVRA-speerpunten voor 2006: kennisbevordering, implementatie van de pluriforme beroepsorganisatie, samenwerking met derden, corporate en government governance, verbetering van het beroepsimago en bescherming van de kwaliteit van de controle.
“Daarbij hebben we u allemaal nodig”, zei hij tot de zaal. “Het NIVRA is er voor en door de leden. Zoals overal zorgt strategie voor tien procent van wat je wilt bereiken, maar zit negentig procent zit in de uitvoering.”
Noot
Voor de toespraken van Frans van der Wel en Willem van Wijngaarden, een bijdrage van Gert Smit over de toekomst van de kwaliteitstoetsing na de Wta, zie www.nivra.nl. Ook de nota ‘Sterk en divers’ is op de site te downloaden.
Nieuwe bestuursleden
Tijdens de Ledenvergadering werden de volgende nieuwe bestuursleden benoemd:
Wim van Hulsenbeek (KPMG) als opvolger van Frans van der Wel.
Jacques Koenen (CZ) als opvolger van Peter Diekman.
Marius Winters (Binnenlandse Zaken) als opvolger van Leon van den Nieuwenhuijzen.
Willem van Wijngaarden (Van Elderen) volgt Frans van der Wel op als voorzitter.
John Boers (ING) is opvolger van Willem van Wijngaarden als plaatsvervangend voorzitter.
Oorkonde van verdienste voor Hans Gortemaker
Tijdens de Ledenvergadering kreeg hoogleraar en oud-PwC’er Hans Gortemaker de Oorkonde van Verdienste uitgereikt voor zijn inzet en bijdragen aan het beroep, het onderwijs en de beroepsorganisatie. Hans Gortemaker was 25 jaar actief in het beroep, zowel binnen zijn eigen kantoor als voor de beroepsorganisatie, nationaal en internationaal. Hij had onder meer zitting in de IAASB, overlegorgaan OPAK, de VERA, en trad daarnaast frequent naar buiten door eigen vakpublicaties en in perspublicaties.
Gerelateerd
NBA-bestuur legt leden vier verordeningen voor
Op de ledenvergadering van begin december legt het NBA-bestuur vier verordeningen aan de leden voor. Voorafgaand aan de vergadering is er een impactdebat.
Het regent vragen en suggesties bij eerste NBA-verenigingsconferentie
Tijdens de eerste 'verenigingsconferentie' van de NBA, op 10 juni in Buitenplaats Kameryck, werd door leden over vier relevante onderwerpen gediscussieerd. Hoewel...
Loftrompetten voor Anton Dieleman en Dirk ter Harmsel
Tijdens de ledenvergadering van de NBA op 10 juni in Kamerik werden door voorzitter Kris Douma twee Loftrompetten uitgereikt, aan Anton Dieleman en Dirk ter Harmsel.
Ledenvergadering NBA benoemt eerste voorzitter BOB
De ledenvergadering van de NBA heeft op 10 juni Gerard van Olphen benoemd als eerste voorzitter van het nieuwe Belanghebbendenorgaan beroepsreglementering. Het BOB...
Gerard van Olphen: 'Het gaat niet meer om de vraag of het klopt, maar of het deugt'
Het Belanghebbendenorgaan beroepsreglementering, ofwel BOB, gaat onder leiding van beoogd voorzitter Gerard van Olphen van start. De benoeming van registeraccountant...