Magazine

'Het wordt tijd dat de overheid XBRL verplicht stelt'

Acht jaar lang was hij voorzitter van XBRL Nederland: Jan Pasmooij, manager ICT Knowledge Center van het NIVRA. Acht jaar lang probeerde hij de eigen achterban, de rest van ondernemend Nederland en de overheid enthousiast te maken voor XBRL. Nu wordt hij opgevolgd door Hans Verkruijsse, die ook al zo'n tien jaar met het onderwerp bezig is.

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 12, 2010

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

Oude en nieuwe voorzitter XBRL Nederland optimistisch over invoering

Waren het acht tropenjaren? Jan Pasmooij: “Ach, dat valt wel mee. Het was af en toe wel sleuren en trekken. Acht jaar geleden dacht ik dat de invoering hooguit zo'n drie jaar zou duren.” Schiet in de lach: “Dat is dus iets anders gelopen.”

Hans Verkruijsse: “Het is maar goed dat je toen zo dacht. Als je acht jaar geleden had geweten wat je nu weet, dat we wel zijn opgeschoten maar nog steeds niet klaar, dan was je er toch helemaal niet aan begonnen?”

Hans Verkruijsse is onder meer hoogleraar accounting information systems aan de Universiteit van Tilburg. Tot 2008 was hij universitair hoofddocent aan de Universiteit Maastricht. En tot voor kort was hij partner bij Ernst & Young. In al deze functies benadrukte hij het belang van XBRL. Omdat hij bij Ernst & Young inmiddels met pensioen is gegaan, heeft hij tijd om het voorzitterschap van XBRL Nederland op zich te nemen.

Overheid

Over XBRL is Verkruijsse de nuchterheid zelve: “Het is alleen maar nieuwe techniek. Niet meer en niet minder. Maar het maakt wel bepaalde processen veel efficiënter. Vergelijk het met de iPhone 4, een telefoon, of de OV-chipkaart, een stukje plastic. Het gaat om wat je er allemaal mee kunt. Dan helpt het wel dat het gebruik op enig moment wordt verplicht gesteld. Als in Amsterdam en Rotterdam alleen maar met de OV-chipkaart kan worden gereisd in het openbaar vervoer, dan gaat de acceptatie vervolgens heel snel.”

Er is een parallel met de verplichte invoering van de elektronische aangifte voor ondernemers in 2005. Als de overheid voor het aanleveren van gegevens XBRL verplicht stelt, komt het proces in een stoomversnelling en weten alle partijen waar zij aan toe zijn. Jan Pasmooij: “Ik ben ervan overtuigd dat dit binnen één tot twee jaar gebeurt. Ik heb onlangs op een symposium Rob Kuipers gehoord, de rijksregisseur Standard Business Reporting. SBR is het elektronisch aanleveren van allerlei informatie, onder meer via XBRL. Volgens Kuipers maakt de Belastingdienst volgend jaar bekend wanneer gegevens voor de omzetbelasting elektronisch moeten worden aangeleverd.”

(Zie kader.)

Hoogste tijd

Pasmooij en Verkruijsse vinden dat het de hoogste tijd is voor deze stap. “In het Verenigd Koninkrijk wordt XBRL bij de aanlevering van gegevens aan de overheid volgend jaar verplicht. In Italië en Spanje is dat al langer het geval. Duitsland verwacht volgend jaar of uiterlijk 2012 over te stappen. België is ook al heel ver. Kortom, Nederland raakt achterop.”

Hans Verkruijsse benadrukt aan de hand van een voorbeeld uit zijn eigen leven de noodzaak van verplichtstelling. “Het klinkt misschien onwaarschijnlijk, maar ik ben pas een jaar geleden op elektronisch bankieren overgestapt. Daar was ook helemaal geen noodzaak toe. Ik had een vestiging van mijn bank om de hoek. Maar dit kantoor sloot en toen moest ik wel overstappen, of ik wilde of niet. Zo zal het ook gaan met de invoering van XBRL.”

Hans Verkruijsse trekt uit zijn eigen gedrag de conclusie dat het veranderen van mensen het moeilijkste onderdeel is. “De invoering van XBRL is niet het probleem. Want als het goed is, zal het alleen maar efficiënter en dus makkelijker gaan.”

Nieuwe managementconcepten

Pasmooij en Verkruijsse zijn blij met de voortrekkersrol van de overheid. “Dan gaat het niet alleen om XBRL, maar om het gehele traject van elektronische informatieverwerking. Neem de mogelijkheid om elektronisch te factureren. De Jager heeft in 2009, toen hij nog staatssecretaris van Financiën was, de eisen voor elektronisch factureren verlaagd. Dat is een goede stap geweest. Want als je iets wilt stimuleren, moet je het niet opzadelen met allerlei verplichtingen.”

Tot slot aan Hans Verkruijsse de vraag wat hij als nieuwe voorzitter van XBRL Nederland wil bereiken. “Ik wil de accountants duidelijk maken dat XBRL ook zal leiden tot geheel nieuwe managementconcepten, bijvoorbeeld continuous monitoring en continuous auditing. En ik wil me ervoor inzetten dat XBRL ook onderdeel wordt van het lesprogramma op de accountancyopleidingen. Tot nu is alleen de Hogeschool van Amsterdam hiermee bezig. Dat verbaast me. Eerlijk gezegd: ik vind dat onbegrijpelijk.”

Rijksregisseur: ‘In 2011 duidelijkheid over verplichtstelling SBR door overheid’

“Volgend jaar wordt duidelijk hoe en wanneer de rijksoverheid en wellicht ook de banken over zullen gaan tot verplichte aanlevering van bepaalde informatie in SBR. Hopelijk zal dan in 2013 voor de eerste stromen echt sprake zijn van verplichtstelling”, zegt Rob Kuipers, rijksregisseur Standard Business Reporting.

Rob Kuipers coördineert sinds een jaar de invoering van SBR bij de rijksoverheid. Hij heeft een lange staat van dienst bij de overheid, onder meer als topambtenaar bij Financiën, Sociale Zaken en Werkgelegenheid en bij Binnenlandse Zaken. “Ik ben rijksregisseur geworden omdat er, vooral in operationele zin, te weinig van de grond kwam wat betreft XBRL. Er werd weliswaar veel werk verricht, maar het leidde tot onvoldoende concrete resultaten. De gezamenlijke slagkracht van de Belastingdienst, Kamers van Koophandel, het CBS en Logius, het digitale overheidsportaal, kon beter. Het is mijn taak om daarop te sturen.”

Met de laatste zin geeft Kuipers ook een beperking weer. Hij regisseert, hij dicteert niet. “Ik kan niets afdwingen. Als het ergens niet goed loopt, kan ik bij de top van de desbetreffende organisatie aan de bel trekken. Vervolgens blijken zaken dan vaak wel mogelijk.”

Een andere beperking blijkt uit de naam van zijn functie. Als rijksregisseur heeft hij slechts directe invloed op ontwikkelingen binnen de rijksoverheid. Met de ‘markt’ kan hij alleen maar via overleg proberen tot afspraken te komen. Daarom praat hij met NIVRA en NOvAA, accountantskantoren, banken, de softwarebranche en met werkgeversorganisaties. Maar ook met instellingen voor wie SBR op termijn interessant kan worden, zoals pensioenfondsen, verzekeraars en arbodiensten.

Kuipers: “Ik houd voortdurend in de gaten dat iedereen zich erbij betrokken blijft voelen. Het mag zeer zeker niet een zaak van alleen het Rijk worden. Want uiteindelijk zullen we SBR invoeren om de administratieve processen van vele ondernemingen en instellingen te vergemakkelijken. Dat kan alleen maar lukken als zij zich erin herkennen.”

Geen big bang

Volgens Kuipers zitten de overheidsdiensten inmiddels op één lijn en zijn ze klaar voor het ontvangen van gegevens in SBR. Nu is het aan de marktpartijen om ook echt in grote aantallen aan te leveren. Om dat proces te versnellen, lijkt het hem redelijk dat op enig moment de overheid de partijen die informatie aanbieden verplicht om dat in SBR te doen. Kuipers: “Je kunt heel lang over zaken blijven praten, maar er komt onherroepelijk een moment dat je ook die stap zult moeten zetten. Voor alle duidelijkheid: ik geloof pertinent niet in een big bang. Ik pleit voor een geleidelijke verplichte invoering. Dat moet dan per gegevensstroom gebeuren. Ik kan me voorstellen dat het binnen de Belastingdienst, de grootste partij aan overheidskant, voor de hand ligt om te beginnen bij het verplichtstellen van SBR bij de btw-aangifte. Want dat is een van de gemakkelijkste gegevensstromen. Maar het is aan de Belastingdienst om dat te bepalen. Net zo goed moeten de Kamers van Koophandel, het CBS en de banken bezien wanneer bij hen voor welke gegevensstroom verplichtstelling mogelijk en wenselijk is. Daarbij geldt wel: hoe breder SBR wordt toegepast, des te groter is het voordeel voor alle betrokkenen. Het is dus aantrekkelijk als meer stromen in een verantwoord, liefst vlot, tempo echt helemaal op SBR overgaan.”

Kuipers heeft tot slot nog een advies aan accountants. “Ik hoor discussies, bijvoorbeeld rond credit rating, waaruit ik de indruk krijg dat er enige verwarring kan ontstaan over wie waarvoor verantwoordelijk is. De uitvragende partijen bepalen wat mij betreft aan welk soort zekerheden zij behoefte hebben, de accountants moeten daar dan mee aan de slag. Ik krijg overigens ook wel signalen dat deze discussie tot een goed einde zal worden gebracht.”

Bij SBR-kredietrapportage persoonlijke elektronische handtekening verplicht

Accountants die via SBR kredietrapportages aan de bank willen versturen, moeten die ondertekenen met een persoonlijke elektronische handtekening, bij voorkeur met een gekwalificeerd beroepscertificaat. Dat is een handtekening met de hoogste mate van zekerheid waarbij het voor de ontvanger duidelijk is dat de ondertekenaar accountant is. Als het om technische redenen voor een accountant niet mogelijk is om met een persoonlijk certificaat te ondertekenen is bij uitzondering toegestaan om tot 31 december 2011 alleen met een kantoorcertificaat te ondertekenen. Natuurlijk moet het kantoor dan wel duidelijk vastleggen wie de verantwoordelijke accountant is. Dit is de kern van de Praktijkhandreiking SBR Kredietrapportages die de besturen van NIVRA en NOvAA onlangs hebben goedgekeurd. Verder staat in de handreiking dat ook bij kredietrapportages die in SBR worden aangeleverd Standaard 4410 maatgevend is.

Adrie Boxmeer is journalist.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.