Waarom opties geen echte kosten zijn
De helft van de analisten berekent de winst per aandeel nog altijd exclusief de kosten van stockopties. Lood om oud ijzer, meent Kees Storm: op de vermogenspositie van bedrijven hebben die ‘kosten’ namelijk geen enkel effect. Stock appreciation rights zijn wel echte kosten.
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 4, 2005
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Kees Storm
In The Wall Street Journal van 12 juli 2005 verscheen een artikel Analysts Turn Blind Eye To Stock-Option Costs met als subtitel Many ignore the impact on earnings despite rule requiring expensing in US. In het artikel wordt geconstateerd dat er onder analisten verwarring heerst en dat in veel gevallen (ongeveer de helft) de winst-per-aandeel nog steeds exclusief de kosten van stockopties berekent.
Dit aantal zal ongetwijfeld gaan afnemen, want in onze nieuwe cultuur van steeds toenemende regelgeving zal dit wel worden ingeregeld.
Maar het is toch leuk om te zien wat het effect is van de verschillende handelwijzen van deze analisten.
De discussie over het opnemen van de ‘kosten’ van stockopties in de resultatenrekening is geëindigd: die ‘kosten’ moeten worden opgenomen.
Ook over de manier waarop deze kosten moeten worden berekend, bestaat redelijke eenstemmigheid: De Black Scholesmethode. Ik ga hier niet verder in op het feit dat die methode nooit is bedoeld voor en niet geschikt is om de waarde van deze soort opties te berekenen. Maar het blijft toch vreemd dat als je in een bepaald jaar voor een Black Scholes-waarde van € 100.000 opties krijgt, je het volgend jaar de helft van dat aantal opties voor hetzelfde bedrag zou krijgen als de koers van het aandeel zou zijn verdubbeld.
Even vreemd is het dat je het volgend jaar twee keer zoveel opties zou krijgen voor hetzelfde bedrag als de koers zou zijn gehalveerd. Maar dat terzijde.
Als je met redelijk geïnformeerde mensen spreekt over het in de kosten opnemen van stockopties krijg je over het algemeen de reactie: dat lijkt me nogal logisch, natuurlijk moet dat! Maar als je dan doorvraagt ‘heb je wel eens nagedacht over de tegenrekening van die boeking als kostenpost’, dan krijg je een lege blik of een geïrriteerde reactie in de geest van ‘ik ben geen boekhouder’.
Maar laten we die vraag toch eens serieus nemen en het antwoord geven in de vorm van een ouderwetse journaalpost. Die luidt:
Kosten
Aan Eigen vermogen
Dus die kosten worden wel in de resultatenrekening als last opgenomen, maar het geboekte bedrag wordt meteen toegevoegd aan het vermogen. Broekzak-vestzak dus. En daarom maakt ook niemand zich druk over die malle waardering: het is toch lood om oud ijzer. Want na één jaar is de vermogenssituatie van bedrijven die de opties wel en bedrijven die de opties niet als kosten boeken totaal gelijk.
Kijk maar mee:
U ziet het. Het maakt niet uit, want die zogenaamde kosten van de opties zijn geen kosten. Maar boekhoudkundig zijn we er mooi uitgekomen.
Ik begrijp die verwarring onder de analisten dus wel. Hun winst-per-aandeel berekeningen willen ze niet laten vervuilen door boekhoudkundige hoogstandjes. Maar mijn voorspelling is dat ze op niet al te lange termijn overstag zullen gaan.
Het gaat namelijk al lang niet meer om een true and fair view, maar helaas steeds vaker om het volgen van regeltjes die zijn gemaakt met een bijbedoeling. In dit geval de bijbedoeling om stockopties op het resultaat in mindering te brengen, terwijl het geen kosten zijn.
Hoe anders is het met de zogenaamde SARS (Stock Appreciation Rights). Dit zijn aandelen-gerelateerde bonussen waarbij het verschil tussen de beurskoers op het moment dat de ‘opties’ worden uitgeoefend en de beurskoers op het moment van uitgifte, in contanten wordt uitgekeerd. Dit zijn pure kosten die het bedrijfsresultaat drukken. In journaalposten:
Kosten aan Kas.
SARS worden vaak op een lijn gesteld met opties maar dat is dus een misvatting. SARS komen ten laste van het resultaat en opties worden ‘betaald’ door verwatering (uitgifte van extra aandelen).
Noot
Kees Storm is registeraccountant en was tot zijn pensionering in 2002 voorzitter van de raad van bestuur van AEGON NV. Lang daarvoor was hij werkzaam in het accountantsberoep.