Niet smaller maar breder
NIVRA-Nyenrode spitst het vak bestuurlijke informatievoorziening tegenwoordig toe op de controlerend accountant (‘de Accountant’ november 2004). Gezien de beroepsvariatie onder RA’s zou verbreding beter zijn, vindt Bram Beek.
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 4, 2004
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Bram Beek
Uit het interview met mijn gewaardeerde collega Fred de Koning in het novembernummer blijkt het vak BIV/AO (bestuurlijke informatievoorziening en administratieve organisatie) bij NIVRA-Nyenrode op een goede wijze te innoveren op het terrein van ICT en vakdidactiek.
De geschiedenis herhaalt zich. In 1976 is om die reden in Groningen een afstudeerrichting bestuurlijke informatica (BI) gestart, die later bekend zou staan als bestuurlijke informatiekunde. AO was daar een onderdeel van. In Maastricht (bijvoorbeeld) volgen de studenten accountancy en
controlling één of enige modules Informatiemanagement, zoals het vak daar wordt genoemd.
In hetzelfde Maastricht startte in 1984 de nieuwe economische faculteit overigens met het probleemgestuurde onderwijs, later gevolgd door allerlei vormen van e-learning. Over onderwijsinnovatie gesproken.
De ook in het interview aangehaalde discussie ‘breed’ of ‘smal’ wordt nu ook weer gevoerd in de Nederlandse vakliteratuur. Onder het motto ‘niet-geschoten is altijd mis’ doe ik daar vrolijk aan mee. Dat de nadruk van AO voor de opleiding van de controlerend accountant moet liggen op de betrouwbaarheid van de financiële rapportage - of anders gezegd: de informatiecontrole - zal niemand ontkennen. Kort door de bocht: dat is een open deur! De accountant heeft in het kader van zijn (natuurlijke) adviesfunctie - zeker bij het midden- en kleinbedrijf - evenwel ook behoefte aan kennis van AO in relatie tot andere vakken, zoals management accounting en control en informatiemanagement. Verder moet hij ook controllers en informatiemanagers kunnen blijven ‘verstaan’ (contactdeskundigheid).
Dit zijn echter niet de enige argumenten voor een juist bredere aanpak, precies tegengesteld aan wat nu bij NIVRA-Nyenrode gebeurt. Een brede(re) opzet van AO geeft de afgestudeerde vooral ook meer mogelijkheid in zijn loopbaan van functie te veranderen. We leiden geen vakidioten op. Het Koninklijk NIVRA kent meer controllers en dergelijke dan controlerend accountants. En controllers behoeven sowieso een bredere opleiding in AO en aanverwante vakken.
Bekend is voorts dat managers die verantwoordelijk zijn voor het handhaven/verbeteren van de flexibiliteit van organisaties - toch zeker ook bereikbare functies voor RA’s - een scala aan kennisgebieden en vaardigheden moeten beheersen. Een brede, bedrijfskundige opleiding dus.
Vooral een universitaire opleiding moet toekomstgericht zijn en zoveel mogelijk toekomstvast. Zonder te veel te letten op de waan van de dag, zoals hypes van consultants. Een vak als kennismanagement bijvoorbeeld zou, gerelateerd aan organisatiekunde, al enige jaren in de opleidingen van accountants en controllers moeten voorkomen. Niet dus …
In een bredere master-opleiding - waarin mijns inziens ook gedragswetenschappen zouden moeten zijn geprogrammeerd - kunnen accountants, controllers en wellicht ook informatiemanagers gezamenlijk worden opgeleid in AO en aanverwante vakken. Daarna volgt in een relatief korte executive postmasters-opleiding een verdieping in enige voor de functie uitoefening noodzakelijke vakken. De postmastersopleidingen voor accountants en controllers kunnen overigens nog verder worden geïntegreerd.
Het wordt de hoogste tijd dat universiteiten - en dan uiteraard zoals in Maastricht met Engelstalige opleidingen - deze programma’s gezamenlijk gestalte gaan geven. Een gezamenlijke aanpak is kostenbesparend en maakt voor de student een switch binnen ons land beter mogelijk. Daarna kan een verdere internationale samenwerking inhoud en vorm worden gegeven. In de universitaire opleiding dient daarbij ook het onderzoek voldoende aandacht te krijgen. Daartoe dienen de docenten niet alleen gepromoveerd te zijn en in internationale toptijdschriften te publiceren, maar ook (bijna) fulltime aan de universiteit te werken. Ook dat is in Maastricht aardig gelukt, na ruim tien jaar investeren.
Noot
Bram Beek is emeritus hoogleraar AO aan de Universiteit Maastricht.
Gerelateerd
Team beroepsprofiel start gesprekken met stakeholders
Het kernteam van de NBA dat een nieuw beroepsprofiel zal opstellen, heeft uitnodigingen aan de beroepsgroep en stakeholders gestuurd. Betrokkenen kunnen hun wensen...
Wetenschappelijk onderzoek moet natuurlijk centraal staan in de universitaire accountantsopleiding
De accountants van de toekomst moeten niet alleen uitvoerders zijn, maar ook innovatieve denkers en leiders op hun vakgebied. Daarom moet wetenschappelijk onderzoek...
'Als je een beter mens wordt, word je vanzelf een betere professional'
In samenwerking met de VU bouwden enkele jonge accountants een opleiding die ze zelf graag zouden volgen. Dit voorjaar leverde de nest accountants academie een tweede...
Je kunt niet tegen je zin in slim zijn
Werken aan de verbetering van de opleiding is prima, maar we moeten ook het echte probleem onder ogen zien. Hoe motiveer je mensen om te studeren en als accountant...
De register auditor in 2040: kernteam beroepsprofiel opgelet
Niels van de Koppel reageert op de aanbevelingen van de Expertgroep Educatie. Bepaal een visie op het accountantsberoep in 2040 en redeneer terug wat voor impact...