Meer dan pleisters plakken
Kwaliteit overleeft elke vorm van turbulentie. Met dat motto in het achterhoofd zet het NIVRA de komende tijd een kwaliteitsprogramma op. Doel: haarscheurtjes in het kwaliteitsbouwwerk dichten en adequaat inspelen op nieuwe regels en ontwikkelingen.
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 4, 2004
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Aan het eind van de afgelopen zomer stuurde het NIVRA alle ingeschreven accountants een enquête over het onderwerp kwaliteit. Het NIVRA wilde hiermee inzicht krijgen in hoe leden zelf denken over verschillende aspecten daarvan. Dat inzicht maakt het mogelijk om gericht actie te ondernemen op punten waar dat nodig is. De resultaten van de enquête laten op een aantal punten geen onduidelijkheid bestaan over de noodzaak van verbetering (zie kader).
Breed offensief
Toch waarschuwt Rob Bosman, directeur beroepsontwikkeling van het NIVRA, voor overhaaste oplossingen om deze zaken te verbeteren. Quick wins doen volgens hem geen recht aan de problematiek van kwaliteit. Wat niet betekent dat de bevindingen niet zijn volle aandacht hebben: “De haarscheurtjes die uit de enquête naar voren komen, gaan over zeer wezenlijke onderdelen van ons vak. Maar we hebben besloten dat we beter een breed kwaliteitsoffensief kunnen inzetten dan hier en daar een pleister plakken om wat scheuren te dichten. We zijn dan ook bezig met een integrale aanpak, en deze bevindingen zullen zeker hun plaats daarin krijgen. In 2005 zal dit dan ook een van de hoofdpunten zijn op de agenda van het NIVRA.”
Concrete acties
Liever een integrale oplossing dan losse fragmenten dus. Bosman: “Het kwaliteitsprogramma van het NIVRA is niet alleen een antwoord
op de bevindingen uit de enquête, maar speelt ook nadrukkelijk in op andere ontwikkelingen. Een voorbeeld is de invoering van de
International Standard on Quality Control 1. Dat is de eerste standaard van de IAASB die zich richt op kantoren in plaats van op individuele beroepsbeoefenaren. Dergelijke ontwikkelingen vragen om een andere benadering vanuit het NIVRA. Een ander voorbeeld: signalen of klachten van diverse maatschappelijke partijen worden nu veel serieuzer opgepakt dan een paar jaar geleden. We sluiten de ogen niet, maar nemen concrete acties om zaken te verbeteren waar dat mogelijk is.“
Beloningsbeleid
Kan Bosman niet een tandje concreter worden over de contouren van zo’n kwaliteitsprogramma? Wat kan het NIVRA bijvoorbeeld doen aan de constatering in de enquête dat zo’n veertig procent van de openbaar accountants meent dat het beloningsbeleid op hun kantoor niet bijdraagt aan de kwaliteit?
Bosman: “Dat is een typisch voorbeeld van een zaak die we niet zomaar even kunnen oplossen. Het beloningsbeleid is immers een zaak van de kantoren. Maar we binden de kat wel de bel aan en zullen ons in het OPAK-overleg tussen de kantoren natuurlijk wel laten horen.”
Periodieke kennistoets
Hans Verkruijsse, voorzitter van de Commissie Controlevraagstukken en Richtlijnen, denkt dat het NIVRA via een omweg wel degelijk mogelijkheden heeft om het beloningsbeleid in de praktijk te veranderen: “Ik kan me goed voorstellen dat een openbaar accountant bijvoorbeeld eens in de drie jaar een toets moet afleggen om te laten zien dat hij de relevante kennis nog voldoende onder de knie heeft. Mocht een accountant die toets niet halen, dan verliest hij zijn accreditatie om het vak uit te oefenen. Hij kan dan geen verklaringen meer tekenen, en dat is de facto het einde van zijn loopbaan op het desbetreffende kantoor.”
Een dergelijk voorstel komt eigenlijk neer op een meer formele status van het huidige systeem voor permanente educatie. Binnen Ernst & Young, het kantoor van Verkruijsse, wordt nu al gewerkt met het periodieke toetsen van accountants op hun vakkennis. Verkruijsse: “Collega’s bekennen soms dat ze eerst even de boeken in moesten voordat ze de toets konden halen. En vragen dan of ik dat erg vind. Natuurlijk niet, zeg ik dan: dat is juist de bedoeling.”
Dilemma trainingen
Ziet Bosman iets in een dergelijke periodieke kennistoets? “Ik sluit zo’n systeem van ‘verlenging van je rijbewijs’ niet uit. We zullen de
mogelijkheden daartoe dan ook onderzoeken. Het is een duidelijke zaak dat de oplossing voor een deel ligt in opleidingen en trainingen. Kennis wordt zo langzamerhand een steeds moeilijker punt in ons vak. Er komt een enorme hoeveelheid regels over de accountant heen en het is vaak moeilijk om die regels goed in de praktijk toe te passen. Dat levert vaak interpretatieproblemen op. De grootste uitdaging van de komende tijd is dan ook om de veelheid van nieuwe regels te implementeren. Onze bijdrage daaraan zal onder andere liggen in het geven van cursussen en dilemmatrainingen. En ook onze helpdesk zal hier een prominente rol in spelen, door duidelijke guidance te geven aan het veld en mee te doen aan de discussies over interpretatie.”
ICT-kennis
Hoe dan ook, kennis blijft een moeilijk punt in het accountantsvak. Met name op het gebied van ICT-kennis is actie nodig, zo laat de enquête onverbloemd zien.
Verkruijsse onderkent dat probleem onmiddellijk. “Het kennisniveau van ICT is onder de maat. Dat speelt op twee terreinen. Ten eerste zijn veel accountants niet in staat om de moderne technologie te integreren in de eigen controlewerkzaamheden. En ten tweede kunnen veel accountants niet komen tot een goede risicoanalyse op het punt van automatisering. Ik merk dat om me heen en tijdens colleges.
Een voorbeeld: iedereen weet dat je functiescheiding kunt realiseren door logische toegangsbeveiliging in systemen. Maar wanneer je doorvraagt over hoe dat dan precies moet, dan klapt iedereen dicht. Dat is ook niet zo verbazend, want voor accountants is het alleen al een hele uitdaging om bij te blijven op het gebied van wet- en regelgeving. Misschien moeten we wel af van de gedachte dat iedere accountant dezelfde kennis opdoet in zijn opleidingstraject, en moeten we meer naar specialisaties toe in het opleidingstraject.”
Veel goede dingen
Bosman, ten slotte: “Het is duidelijk dat kennis het speerpunt van ons kwaliteitsoffensief zal zijn. Maar laten we niet vergeten dat er al heel veel goede dingen gebeuren. Zo laat de enquête ook zien dat accountants een steeds groter beroep doen op de vaktechnische afdelingen van hun kantoren, en dat die afdelingen steeds meer gezag krijgen. Het thema kwaliteit staat ook daar hoog op de agenda.”
Resultaten enquête onder leden
In augustus en september 2004 kregen alle leden van het NIVRA het verzoek online een enquête in te vullen. Het hoofdthema van deze vragenlijst was de kwaliteit van de controle. De enquête is door 1.654 accountants ingevuld. De volledige resultaten zijn te vinden in de publicatie ‘Trends in Accountancy’, die isbijgevoegd bij dit nummer van ‘de Accountant’.
Belangrijke punten uit de enquête:
- Accountants die werkzaam zijn in het bedrijfsleven, zijn opvallend kritisch over hun collega’s in het openbare beroep. Zo meent bijna een kwart dat accountants onvoldoende kennis hebben van de opdrachtgever en diens omgeving. 38 Procent meent dat openbaar accountants op het gebied van ICT onvoldoende kennis bezitten. Openbaar accountants zijn overigens op dit punt niet wars van zelfkritiek: onder deze groep meent 21 procent dat het beter moet.
- De groei van het aantal audit- en accountingrichtlijnen leidt tot een grote nadruk op de controle van de naleving van deze regels. Dit gaat volgens ruim driekwart van de openbaar accountants ten koste van de effectiviteit van de controle.
- 65 Procent van de openbaar accountants meent dat het controlebudget onvoldoende is om altijd een vaktechnisch volkomen controle uit te voeren. 61 Procent meent dat de druk op het budget te weinig ruimte laat voor de natuurlijke adviesfunctie.
- Ruim veertig procent van de openbare accountants meent dat de kwaliteit niet wordt gestimuleerd door het beloningssysteem van het kantoor.
- 77 Procent van alle accountants zou, wanneer zij opnieuw voor de keus zou staan, opnieuw kiezen voor de accountantsopleiding, de overige 23 procent zou een ander beroep kiezen.
Gerelateerd
ICAEW: dertig procent Britse audits is nog onder de maat
Volgens de Britse beroepsorganisatie van accountants ICAEW is ruim zeventig procent van de getoetste audits goed of acceptabel. Bijna dertig procent voldoet nog...
Brits PwC wil medewerkers vaker op kantoor zien
De Britse PwC-organisatie heeft via een memo de 26.000 werknemers gemeld dat de organisatie een strenger hybride beleid gaat voeren als het gaat om kantoorbezoek....
Grote kantoren in VS krijgen toch extern toezicht
De grootste Amerikaanse accountantskantoren moeten onafhankelijke buitenstaanders aanstellen om toezicht te houden op de kwaliteit van de audit. Dat is het gevolg...
Personeelstekort leidt bij vier op de tien accountantskantoren tot lagere kwaliteit
Bijna zestig procent van de Nederlandse mkb-accountantskantoren heeft momenteel een tekort aan personeel, blijkt uit onderzoek van Exact. Dat zorgt niet alleen voor...
Pheijffer: offshore werk van accountantskantoren is 'listig spinnenweb'
Offshoring van accountantsdiensten levert misschien wel verlichting van werkdruk in de sector op, maar leidt niet per definitie tot kwaliteitsverbetering. Juridisch...