Nieuws
www.limperg.nl - ‘Promotieonderzoek te weinig aandacht’ - Berk wil ‘leidend marktaandeel’ - Meer vraag naar administratief personeel - ‘Bijna’ primeur - Minder ‘supergroeiers ’ in Nederland - Start NIVRA Young Professionals.
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 8, 2006
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
www.limperg.nl
Zou het dan toch van de grond komen, webdiscussie door en voor accountants? Met het bloggen vlot het nog niet erg (zie het maartnummer, pagina 24), maar sinds kort is er wel een heuse website met de naam van de Nederlandse beroepsaartsvader: www.limperg.nl.
Initiatiefnemers zijn hoogleraar Hans Blokdijk en Jan Achten, sinds medio 2005 BDO-‘pensionado’. “Aanleiding was de hervorming van het tuchtrecht”, vertelt die laatste in een toelichting, “maar in beginsel staan we open voor bijdragen en discussie over alles wat er leeft en wijzigt in het beroep”.
De startbijdragen hebben een hoog regelgevingsgehalte, met veel links naar bron documenten. Wel handig, maar toch vooral interessant voor vaktechnici en aanverwante insiders, zo lijkt het. Daar zal het echter niet bij blijven, hoopt Achten. Zo gaf Pieter Lakeman al toestemming om delen van zijn recente boek over tuchtrecht op de site te plaatsen, vertelt hij. “We hopen dat daar weer reacties op komen. Verder moet het zich natuurlijk nog ontwikkelen.”
Een opvallend en nogal heftig motto siert de openingspagina: ‘Een website van en voor accountants die zich geïnspireerd weten door de beginselvastheid en de intellectuele kracht van Theodore Limperg’. “We hopen dat die mededeling al te commercieel denkende collega’s zal afschrikken”, zegt Achten daarover. “Wat betreft standpunten is er geen enkele drempel, mensen mogen het volstrekt met ons oneens zijn. Maar het moeten wel rechte ruggen zijn.”
‘Promotieonderzoek te weinig aandacht’
Door de toenemende concurrentie van accountantskantoren om talentvolle studenten staat de belangstelling voor promotieonderzoek steeds meer onder druk. Philip Wallage, hoogleraar accountantscontrole aan de Universiteit van Amsterdam en partner bij KPMG, maakt zich daar grote zorgen om. “Zonder aanwas van onderzoekers komt de vernieuwing van het vak in het gedrang.”
De grote accountantskantoren zijn voor een deel debet aan het probleem, erkentWallage: “De concurrentie om de goede mensen begint vaak al tijdens de studietijd.Veel studenten hebben naast hun studie al werk met een goed salaris. Zij zijn daarna niet meer bereid om tegen een veel lager salaris een aio-schap (assistent in opleiding, red.) te vervullen. De concurrentiepositie van het wetenschappelijk onderwijs is dus slecht.”
Om de aandacht te vestigen op een onderzoeksopleiding gaat KPMG het verrichten van wetenschappelijk onderzoek op drie universiteiten (Universiteit van Amsterdam, Vrije Universiteit en Universiteit van Tilburg) stimuleren en jonge onderzoekers en onderzoeksafdelingen financieel ondersteunen. Wallage: “Voor veelbelovende assistenten in opleiding stelt KPMG dit jaar 120.000 euro beschikbaar. Op die manier willen wij faculteiten tegemoet komen in de personele en materiële kosten van het promotieonderzoek.”
Berk wil ‘leidend marktaandeel’
Berk, Accountants en Belastingadviseurs heeft in 2005 een omzet behaald van € 77,7 miljoen, ongeveer evenveel als in 2004. Door een efficiëntere bedrijfsvoering ging het resultaat wel omhoog. “In de eerste helft van het jaar had Berk te maken met een afnemende vraag”, aldus managing partner Hans Koning. “In het tweede halfjaar trok de vraag weer aan en alle tekenen wijzen erop dat het herstel doorzet.”
Berk streeft in de middle market naar een leidend marktaandeel, vertelt Koning. “Ons strategisch beleid is erop gericht dat doel in 2010 te hebben bereikt. Een belangrijk speerpunt is groeien, zowel autonoom als door middel van fusies.”
Correctie ‘terrorismefinanciering’
Het bericht in het maartnummer van ‘de Accountant’ (pagina 14) als zou het Financieel Expertise Centrum (FEC) in maart 2006 komen met een rapportage over terrorismefinanciering, is niet correct. Het FEC doet geen mededelingen over lopende onderzoeken.
Meer vraag naar administratief personeel
De vraag naar administratieve medewerkers stijgt. In de nieuwste Monster Employment Index - de maandelijkse barometer voor de online arbeidsmarkt - stijgt de vraag naar deze krachten voor de vierde keer op rij. De vraag naar de meeste andere beroepsgroepen vertoonde juist een kleine daling. De index is gebaseerd op gegevens van circa driehonderd Nederlandse carrièresites en vacaturepagina’s van bedrijven.
“De toegenomen vraag naar administratieve medewerkers past in de groei die de zakelijke dienstverlening momenteel doormaakt”, zegt Marc de Vries, managing director van Monsterboard.nl. “Uit recent onderzoek van het CBS blijkt dat zakelijke dienstverleners zeer positief zijn over hun omzet en werkgelegenheidsontwikkeling, meer dan in de afgelopen jaren. Dit zien wij nu al terug in de stijging van het aantal vacatures voor administratief personeel.”
Richtlijn optreden accountant in AVA definitief
Het NIVRA heeft recent Richtlijn 780N ‘Het optreden van de accountant in de algemene vergadering van aandeelhouders’ vastgesteld, ter vervanging van de eerder gepubliceerde ontwerpgedragsrichtlijn. Datum van inwerkingtreding van de richtlijn is 1 maart 2006 (zie ook ‘de Accountant’ maart 2006, pagina 28).
Gecertificeerde fraudebestrijders
Sinds 15 maart 2006 heeft Nederland een eigen afdeling van de ACFE, de internationale Association of Certified Fraud Examiners (CFE). Arthur de Groot, forensisch accountant bij Deloitte en een van de 34 ACFE-leden in Nederland (naast veertig geassocieerde leden) zit als vice-president in het
bestuur. Wereldwijd zijn er zestienduizend CFE’s, in 125 landen. Anders dan andere beroepen concentreert de CFE zich op vier voor fraudebestrijding benodigde kennisterreinen: financiële transacties, onderzoek, recht en beveiliging, en criminologie.
Oscar-accountants
Elk jaar weer een gebeurtenis, de door de 5.800 stemgerechtigde Academy-leden gekozen Oscars voor beste film, regisseur etc. Minder bekend is wie die stemming eigenlijk in goede banen leidt. Antwoord: PricewaterhouseCoopers. Dat verzorgt al jaren de zogenaamde Academy Awards Engagement. Accountants verzamelen en tellen in januari alle stemmen voor de nominaties. Alles onder strikte geheimhouding. In februari volgt een tweede rondje voor de definitieve verkiezing. Nadat de stemmen zijn geteld, weten slechts twee PwC-partners vooraf wie welke Oscar zal gaan krijgen. De Oscar-website toont onder meer twee PwC-accountants omringd door stapels enveloppen. Geen enerverend werk wellicht, wel apart.
‘Bijna’ primeur
Een ‘primeur’, heette de ontmoeting tussen NIVRA-directeur Gert Smit en ‘s lands bekendste accountantscriticaster Pieter Lakeman, in het februarinummer. Maar een oplettende lezer, Hans Burggraaff, corrigeert ons: “Zeer gaarne had ik de primeur aan Gert Smit gegund. Maar helaas, helaas, de waarheid gebiedt te zeggen dat reeds in 1978 een gesprek plaatsvond tussen de heer Lakeman en de toenmalige NIVRA-voorzitter, in casu mijn persoon. En wel in het toenmalige NIVRA-kantoor.”
De precieze datum kan Burggraaff niet meer achterhalen, maar de aanleiding weet hij nog heel goed: de “misprijzende bewoordingen” waarin Lakeman zich in de publiciteit uitliet over accountants, na de door hem gevorderde vernietiging door de Ondernemingskamer van de jaarrekening van Koninklijke Scholten Honig. Burggraaff: “Het gesprek was aangenaam, maar heeft er niet toe geleid dat er wijziging kwam in de teneur en scherpte van Lakemans uitlatingen.”
Hij benadrukt overigens dat destijds van NIVRA-kant niet uitsluitend verkrampt op Lakeman werd gereageerd. “Ik citeer uit een artikel uit het inmiddels niet meer bestaande Elseviers Weekblad: ‘Zonder enige pijn kan de NIVRA-voorzitter dan ook waarderende woorden opbrengen voor Pieter T. Lakeman …’”
En inderdaad, enig bladeren in de knipselmap leert dat Burggraaff in dat artikel (1 april 1978) de toen nog indrukwekkend besnorde Lakeman prijst voor het stimuleren van de jaarrekeningprocedure via de Ondernemingskamer: ‘Tenminste, zolang hij het houdt op wezenlijke zaken en het geen spijkers op laag water zoeken wordt. Maar daar heeft hij zich beslist niet schuldig aan gemaakt.’
Minder ‘supergroeiers ’ in Nederland
Nederland kent steeds minder ‘supergroei’-bedrijven: acht procent van het totaal. Daarmee bezet het een 21e plaats op de Internationale Supergroei Index van accountantskantoor Arenthals Grant Thornton. In 2004 was dat nog een zeventiende plaats, met tien procent. Een ‘supergroei’-bedrijf groeit aanzienlijk meer dan gemiddeld, gemeten aan de hand van een aantal indicatoren zoals omzet en personeelsaantallen. De VS voert voor het tweede achtereenvolgende jaar de lijst aan met 39 procent bovengemiddelde groeiers. India en Hong Kong staan gezamenlijk op de tweede plaats.
De Supergroei Index maakt deel uit van een jaarlijks onderzoek onder meer dan zevenduizend bedrijfseigenaren in dertig landen. Behalve de VS, India en Hong Kong, presteerde ook Zweden goed (31 procent). Zuid-Afrika bezet een respectabele tiende plaats met twintig procent supergroeiers. Grootste daler was Griekenland. Oorzaak: de aflopende economische effecten van de Olympische Spelen 2004.
Congresbundel: ‘Het profiel van de audit’
Op 23 en 24 november 2005 vond de achtste editie plaats van het NOREA/VERA-congres ‘Update on ICT & Control’. Het overkoepelende thema luidde ‘het profiel van de audit’. In de presentaties kwamen de verschillende invalshoeken en rollen van de IT-auditor uitvoerig aan bod. De presentaties zijn nu in boekvorm gebundeld (Exerpta NOREA/VERA-congres). Het boek kan (à € 16) worden nabesteld via het NOREA-secretariaat: 020-3010380 e-mail: norea@norea.nl.
Jonge advocaten tevreden
Over de werkdruk en perspectieven van jonge accountants is veel te doen. Maar ook bij aanpalende professionals speelt dit onderwerp. Zoals bij de advocaten. De Stichting Jonge Balie Nederland temperatuurde de huidige situatie met een onderzoek (‘de Arbeidsvoorwaardenmonitor’) onder 1.445 jonge exemplaren. Tweederde van de deelnemers aan het onderzoek is jonger dan dertig jaar, de meerderheid is één tot twee jaar geleden beëdigd en de grootste groep werkt op een kantoor met elf tot dertig medewerkers. Algemene conclusie: jonge advocaten hebben weinig te klagen over hun werk en werkomgeving. Al valt er natuurlijk altijd wel wat te verbeteren.
Het belangrijkste resultaat: jonge advocaten zijn tevreden over hun salaris. De hoogte daarvan kan overigens nogal verschillen, afhankelijk van het type kantoor. Een advocaat bij een groot internationaal kantoor verdient meer dan een collega in de algemene praktijk. Gemiddeld wordt er tussen de drieduizend en 3.500 euro per maand verdiend. Ook onder de werkdruk - bekende klacht bij jonge accountants - lijken jonge advocaten niet te lijden. Meer dan driekwart geeft aan meer dan 45 uur per week te werken. Slechts zeven procent werkt precies veertig uur. Toch vindt maar één op de negen de werkdruk te hoog.
Verder blijken jonge advocaten een loyaal volkje. Driekwart is sinds zijn beëdiging niet meer van kantoor gewisseld. Dit heeft alles te maken met de mogelijkheid om door te groeien of in de toekomst parttime te kunnen werken. Ook over de begeleiding tijdens hun stage zijn ze tevreden.
Eindconclusie: met een gemiddeld rapportcijfer van 7,4 ligt de tevredenheid van jonge advocaten hoger dan in andere sectoren en bedrijven.
Is het dan allemaal louter rozengeur en maneschijn? Niet helemaal. Een derde van de ondervraagden wil graag wat meer feedback van zijn patroon en een schouderklopje op zijn tijd.
Start NIVRA Young Professionals
Met de eerste bijeenkomst van de NIVRA Adviescommissie Young Professionals klonk op maandag 20 februari 2006 het formele startschot voor het eerder aangekondigde NIVRA Young Professionals (NYP) programma. Doelstelling van dit programma is het leggen en onderhouden van contacten met andere jonge registeraccountants, zowel binnen Nederland als internationaal, en het versterken van de binding met het NIVRA, waar het Young Professionals-netwerk een klankbordfunctie vervult.
De kersverse adviescommissie heeft op woensdag 8 maart 2006 kennisgemaakt met het NIVRA-bestuur en gaf daarbij een toelichting op het programma en de te organiseren activiteiten. De eerste bijeenkomst voor NYP-leden staat gepland voor begin juni. “Tijdens die bijeenkomst willen wij het NYP-programma presenteren aan leden en overige geïnteresseerden”, aldus commissievoorzitter Johan Nelemans (25), in het dagelijks leven controleleider bij Mazars en tevens bestuurslid van de Vereniging van Accountancy Studenten (VAS). “Tevens zal er een actueel onderwerp op ons vakgebied worden behandeld. Het op peil houden van kennis omtrent actualiteiten is immers een van de doelstellingen van het programma.”
De NIVRA Adviescommissie Young Professionals bestaat naast voorzitter Nelemans uit Erwin Hietland (secretaris), Arjan Schutgens (penningmeester), Denise Marinus (lid) en Eelco Gulpen (lid). Met deze samenstelling zijn zowel de grote, middelgrote als kleine accountantsorganisaties, alsmede een interne accountantsdienst vertegenwoordigd.
Het NYP-programma is bestemd voor diegenen die de opleiding tot registeraccountant volgen en zijn begonnen met de praktijkstage, en voor afgestudeerden die minder dan drie jaar staan ingeschreven in het NIVRA-register. Lidmaatschap is gratis en biedt bovendien leuke voordelen, zoals korting op dag- en vakbladen.
Raad van Tucht schrapt accountant uit register
De Raad van Tucht heeft een accountant uit het register geschrapt, omdat hij weigerde medewerking te verlenen aan de werkzaamheden van het College Toetsing Kwaliteit. De maatregel is het gevolg van een door het NIVRA aangespannen tuchtprocedure.
Het betreft hier de eerste uitspraak in vier zaken die het NIVRA vorig jaar aan de Raad van Tucht heeft voorgelegd. Het gaat om kantoren die bij herhaling niet voldoen aan de kwaliteitscriteria zoals die door de beroepsorganisatie worden gesteld of die hun medewerking aan de kwaliteitstoetsing weigeren. De betrokken accountants kunnen tegen de uitspraak in beroep gaan bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven.
Naast de reeds aangespannen procedures behandelt het NIVRA momenteel twaalf nieuwe dossiers die mogelijk in aanmerking komen voor een tuchtklacht.
AFM op vingers getikt
De Autoriteit Financiele Markten (AFM), vanaf medio 2006 ook toezichthouder op het accountantsberoep, is op de vingers getikt door het College van Beroep voor het bedrijfsleven. Volgens het college is in de zaak rond de beursgang van telecombedrijf Via Networks, waarin de AFM een boete had opgelegd aan Fortis, geen sprake van een duidelijke scheiding tussen opsporings- en bestraffingsbevoegdheden in het AFM-bestuur. Momenteel is nog onduidelijk in hoeverre deze fundamentele kritiek van het college gevolgen heeft voor overige boetes die door de AFM zijn uitgedeeld. De AFM is hier op zijn website wel duidelijk over: ‘De suggestie in berichtgeving in de media dat deze uitspraak directe consequenties heeft voor alle eerder opgelegde boetes in andere zaken, is naar de mening van de AFM niet correct. De uitspraak van het college geldt specifiek in bovengenoemde zaak.’ Het ministerie van Financiën werkt nu wel aan een functiescheiding in het AFM-bestuur. Op medewerkerniveau was deze reeds geregeld.
‘Meer adviseur dan cijferaar’
Niet iedereen klaagt over het veeleisender worden van de financiële rapportage. De positie van de finance manager is er door verbeterd. Dit blijkt uit onderzoek door Robert Half Management Resources in elf landen onder 1.765 finance managers. Zij zien hun rol nu meer als adviseur en hun adviezen worden bovendien serieuzer genomen. In Nederland voelt bijna driekwart (73 procent) zich nu vooral adviseur, hoger dan in welk land ook. Of dit echt zo is, of vooral de perceptie van de managers zelf, blijft in het midden.
Nieuw: NIVRA-publicatieprijs jonge accountants
Om jonge beroepsgenoten te stimuleren om actief te publiceren heeft het NIVRA besloten tot instelling van een NIVRA Young Professionals Publicatieprijs. Deze nieuwe essayprijs is tegelijk de opvolger van de reeds lang bestaande mr.dr. J.H.R. Sinninghe Damsté-prijs.
De thematiek van de publicaties dient met name te liggen op het vlak van het beroep en zijn maatschappelijke omgeving, en in mindere mate op vaktechniek. Het thema voor de prijs wordt jaarlijks opnieuw vastgesteld door de jury, in overleg met het NIVRA-bestuur.
De jury bestaat uit:
- Ad van Engelen, AREP Accountants & Belastingadviseurs/docent Universiteit van Amsterdam;
- Peter van der Zanden, partner Ernst & Young/hoogleraar Nyenrode en Tilburg;
- Tom Nierop, hoofdredacteur ‘de Accountant’;
- Johan Nelemans, voorzitter NIVRA Adviescommissie Young Professionals.
De opdracht om mee te dingen naar de NYP Publicatieprijs voor 2006 luidt: Schrijf een essay van circa drieduizend woorden over ‘Carrière in de Accountancy’.
De jury beoordeelt de essays op originaliteit, visie en kracht van argumentatie. Inzendingen dienen uiterlijk 1 september 2006 binnen te zijn bij het NIVRA, secretariaat NIVRA Young Professionals. Deelname is voorbehouden aan studenten accountancy en register accountants die vijf jaar of korter zijn ingeschreven. Van de inzendingen worden maximaal vijf essays genomineerd. De winnaar ontvangt een geldbedrag van € 5.000.
De uitslag wordt bekend gemaakt tijdens de Accountantsdag op 22 november 2006. De genomineerde essays worden opgenomen in de jaarlijkse Trenduitgave van het NIVRA. De winnende inzending wordt tevens gepubliceerd in ‘de Accountant’.
Amerikaans onderzoek 1
Op 13 en 14 januari 2006 bezochten zo’n 350 accountants en auditonderzoekers het congres van de Auditing Section van de American Accounting Association (AAA) in Los Angeles. Tijdens de openingssessie spraken voorzitter John Kellas van de International Auditing and Assurance Standards Board en David Brown van de IFAC Public Interest Oversight Board over de internationale accountantsregelgeving. Daarna werden in de parallelsessies tientallen academische onderzoeken gepresenteerd. Veel van dit soort onderzoek heeft meer praktische waarde dan vaak wordt gedacht.
Zo lieten Bhattacharjee, Maletta en Moreno zien dat de inschatting door accountants van de kwaliteit van een interne accountantsdienst bij een cliënt wordt beïnvloed door de kwaliteit van zulke diensten bij andere cliënten: de kwaliteit wordt lager (te laag) ingeschat als men vlak daarvoor een cliënt met een zeer goede accountantsdienst heeft gehad. Dit noopt tot oplettendheid bij het bedienen van meer klanten tegelijk.
Verder tonen Daniels en Booker aan dat rotatie van accountantskantoor een positieve invloed heeft op de perceptie bij gebruikers van de onafhankelijkheid van het kantoor. Zij suggereren dan ook om rotatie van accountantskantoor als een optie nog niet af te schrijven.
Alle onderzoeken kunnen worden gedownload via: http://aaahq.org/audit/midyear/06midyear/2006AUD_program.htm.
Amerikaans onderzoek 2
Amerikaanse onderzoekers doen veel om onderzoek toegankelijker te maken voor praktijkgebruik. Zo laat bijvoorbeeld de Public Company Accounting Oversight Board (PCAOB) een aantal projecten uitvoeren door de Auditing Section van de American Accounting Association. In een panelsessie tijdens het congres werden de resultaten besproken van twee van die onderzoeksprojecten. Deze schetsen een overzicht van de beschikbare literatuur op het gebied van risicoanalyse en fair value accounting en zullen in het vakblad Accounting Horizons worden gepubliceerd. Voor het risicoanalyse-project en een overzicht van toekomstige projecten, zie: http://aaahq.org/audit/Pubs/Audrep/05fall/item05.htm.
Ook onderwijs krijgt veel aandacht. Zo belichtten vertegenwoordigers van de big four de gevolgen van de Sarbanes-Oxley Act voor het onderwijs. In een andere parallelsessie werden enkele cases ten behoeve van het auditing-onderwijs besproken, onder meer over het inschatten van bedrijfsrisico’s en het zelflerend gebruiken van technieken voor het detecteren van fouten in de facturering. Ook deze cases zijn beschikbaar via de link in hiernaaststaand bericht (1). (Met dank aan Luc Quadackers, werkzaam bij Ernst & Young en Vrije Universiteit Amsterdam.)