Magazine

Jaarrekening: terug naar af

Van middel tot verantwoording over het functioneren van de onderneming is de jaarrekening in een aantal aspecten tot instrument van deelbelangen geworden. Om boekhoudschandalen te vermijden is bezinning op deze instrumentalisering noodzakelijk, vindt Dirk Swagerman.

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 8, 2004

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

Dirk Swagerman

Een van de oorzaken van de huidige boekhoudaffaires is dat het oorspronkelijke doel van de jaarrekening - het verstrekken van financiële verantwoordingsinformatie - langerzamerhand verwatert. Dat kan zover gaan dat de oorspronkelijke functie van de jaarrekening: inzicht geven in resultaat en vermogen, wordt aangetast of op de achtergrond raakt en de jaarrekening op onevenwichtige wijze wordt gemaakt tot instrument van bepaalde deelbelangen.

Door deze instrumentalisering kunnen allerlei andere informatie-elementen in het ijzersterke regime van de periodieke informatieverstrekking voor het déchargeproces binnensluipen. Diverse groepen van belanghebbenden zijn dominant geworden ten opzichte van de oorspronkelijke betrokkenen en kunnen de jaarrekening gaan gebruiken als instrument voor hun specifieke en individuele besluitvorming. Een dergelijk oneigenlijk gebruik valt te vrezen als de informatieverschaffing zich richt op andere doeleinden dan de getrouwe verantwoording van het economisch proces over het verslaggevingsjaar, de décharge en de institutionele juridische gegevens die bij die verantwoording nodig zijn. De informatie wordt in dat geval in beginsel oeverloos, nodeloos en nutteloos, omdat zij niet bijdraagt aan het verkrijgen van beter inzicht in het functioneren van de onderneming.

Wat hebben Enron, Ahold en Parmalat gemeen? Al deze bedrijven waren als snelle groeiers zeer actief met allerlei overnames. Groeien door middel van overnames is een aan ‘corporate finance’ gerelateerde activiteit, die zich voor een belangrijk deel richt op het creëren van aandeelhouderswaarde. Dan wil het management vooral inzicht geven in de ontwikkeling van de toekomstige cashflow. Dit vindt zijn weerslag in de veranderde betekenis van de jaarrekening. Dit is de kern van het fenomeen van de instrumentalisering.

Door deze instrumentalisering kan via het toepassen van ‘accounting engineering’ het opstellen van de jaarrekening worden aangetast (‘cooking the books’). De ‘engineering’-mogelijkheden worden misbruikt voor het realiseren van specifieke deelbelangen en er komen allerlei weeffouten in het verantwoordingsproces. In mijn oratie bepleit ik daarom het oorspronkelijke doel van de jaarrekening te handhaven: het afleggen van verantwoording. Daarbij is dan ook geen plaats voor allerlei ‘corporate finance’-achtige begrippen, zoals ebitda en de daaruit afgeleide kreten: ebita, ebta, ebi, eba enz. Terecht wijst het NIVRA er op dat het in de jaarrekening gaat om het presenteren van winstbegrip zoals omschreven in boek 2 BW.

In dit verband is het van belang om aan te geven over welke informatie het management wordt geacht te beschikken en waartoe deze informatie wordt aangewend. Dit leidt noodzakelijkerwijze tot de conclusie dat informatie waarover het management exclusief (met uitsluiting van anderen) beschikt en tot verschaffing waarvan de onderneming kan worden verplicht, uiteindelijk alleen voor déchargedoeleinden werkelijk bruikbaar is. Vanwege de gebiedende eis van efficiency kan en mag mijns inziens de onderneming geen andere gegevens systematisch verzamelen en geordend aanbieden dan de informatie die nodig is voor het eigen functioneren.

Deze gegevens betreffen primair informatie over het economisch voortbrengingsproces dat zich binnen de organisatie voltrekt. Informatieverstrekking ten behoeve van besluitvorming door derden behoort niet primair tot de competentie van de onderneming en moet dan ook niet worden verplicht. Integendeel, als een onderneming dat wel doet, dan is zij ondoelmatig en verspillend bezig. Ten principale kan de jaarrekening voor andere besluitvorming dan voor de jaarlijkse décharge per definitie nooit meer dan fragmentarische informatie bevatten.

Als wij de boekhoudschandalen zoveel mogelijk willen vermijden, dan is bezinning op het gebruik, het doel en de betekenis van de financiële verslaggeving onvermijdelijk.

Noot
Dirk Swagerman is hoogleraar Controlling aan de Rijksuniversiteit Groningen. Eind vorig jaar hield hij zijn oratie met als titel ‘Op weg naar herstel van vertrouwen: Wat kan de controller daaraan bijdragen?’

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.