Magazine

Serieuze boomtown

Boomtown Dubai heeft belastingvrijdom en kent geen deponeringsplicht. Toch is er werk zat voor accountants. 'Het werk is precies hetzelfde, maar het vakgebied is nog wel in ontwikkeling.'

Dit artikel is verschenen in Accountant nr. 5, 2014

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

Nederlandse accountants en adviseurs in Dubai

Wat weet een ondernemer - en zijn accountant - over Dubai? Een paar dingen: het is een emiraat aan de Perzisch Golf waar bedrijven heen trekken vanwege het milde fiscaal klimaat of om een plek te hebben van waaruit markten in India, Pakistan, het Midden Oosten, het Verre Oosten of Afrika goed zijn te bereiken. Toch staat het verplaatsen van activiteiten naar de stadstaat in de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) bij relatief weinig Nederlandse ondernemingen op de agenda. Zien ze symboliek in de skyscraper Burj Khalifa, die als een Toren van Babel hoogmoedig 828 meter boven Normaal Amsterdams uitsteekt? Vrezen ze dat de boomtown een bubbletown zal blijken?

Weinig corruptie

Rob Broedelet is sinds 2009 country executive in de VAE voor ABN Amro en werkt daar vanuit het Dubai International Financial Centre, de financiele freeport in Downtown Dubai, met een staf die in luttele jaren uitdijde van vijftig tot 85 medewerkers. Hij kan zich die vraag voorstellen: "Zeker als je het tempo zag waarmee hier werd ontwikkeld. Die schaal was ongekend, en lang niet al die gebouwde ruimte werd meteen gebruikt."

Maar voor Broedelet staat de levensvatbaarheid van Dubai vast. "Deze stad voorziet in een reele behoefte. De bouwprojecten die na de vastgoedcrisis van 2009 werden stilgelegd zijn weer opgestart, huren en beurskoersen stijgen. De zorg hier is inmiddels dat de economie oververhit raakt."

Broedelets ABN Amro-vestiging is actief in drie niches: im- en exportfinanciering van commodities, financiering van de diamanthandel en private banking. Voor die laatste activiteit bereist hij vooral het Midden-Oosten en Oost-Afrika. Vermogenden in de regio zien vastgoed in Dubai - villa's op Jumeirah Palm of kantoorgebouwen in het centrum - als veilige beleggingen. Ook als ze niet zijn verhuurd. Broedelet snapt dat wel: "Deze stad is schoon, modern, veilig, goed bereikbaar en wordt niet overmatig door corruptie geplaagd."

De financiele sector kreeg een extra impuls door de zogeheten 'Arabische Lente'. "Veel bancaire activiteit in de zogeheten MENA-regio (Middle East - North Africa) werd verplaatst naar Dubai, ten koste van onder meer Bahrein en Cairo."

'Volledig serieus'

Een van de pilaren waarop het Dubaise model steunt is belastingvrijdom. Maar sceptici vragen zich weleens af hoe duurzaam dat is als vestigingsmotief. Stijn Janssen, partner bij EY International Tax Service en sinds 2008 in Dubai, merkt dat die fiscaliteit zelden doorslaggeving is: "Het fiscale komt erbij. Voorop staan commerciele overwegingen om hier te komen." Maar hij zegt erbij dat in 2010, toen een nieuw verdrag werd geratificeerd ter voorkoming van dubbele belasting tussen Nederland en de VAE, dit voor zijn kantoor wel meteen extra activiteit betekende. "Dubai werd nog meer een hub voor multinationale holdings."

Het emiraat, bekend als een paradijs voor shoppers, golfers en autogekken, wordt in de zakenwereld vaak als een re-invoicing centre getypeerd. Maar fiscalist Janssen waarschuwt voor een misvatting: "De strategie hier is erop gericht een volledig serieus zakelijk en logistiek centrum in de wereld te zijn. Niet een alternatief voor de Kaaiman Eilanden. Een bedrijf dat zich hier wil vestigen krijgt zijn licentie pas als duidelijk is dat hier door mensen on the ground activiteiten worden ontplooid."

Geen aangifteplicht

Het concept van die freezones is een wezenlijk onderdeel van de formule. Liefst 26 sectoren en subsectoren -.varierend van industrie- en havenactiviteiten tot healthcare, internet en de goud- en diamanthandel - hebben hun eigen vrijhandelszone. Dus eigen toezichten vestigingsvoorwaarden. De freezone voor financials, DIFC, kent zelfs een eigen juridische werkelijkheid, daar vigeert een variant op British Common Law in plaats van de lokaal in de VEA geldende Islamitische sharia-rechtspraak.

De vraag die natuurlijk rijst is wat het voor accountants en belastingadviseurs betekent als een land geen aan gifteplicht kent en geen belasting heft. Nou ja, bijna geen, want buitenlandse banken en oliemaatschappijen zijn wel belastingplichtig, en voor de horeca bestaan heffingen op onder meer alcohol.

"Raar misschien, maar dat betekent helemaal niets", zegt Hans Peter van der Horst, partner bij KPMG Accountants en verantwoordelijk voor onder meer de audit bij trusts, special purpose entities, en andere ondernemingen die opereren in of vanuit de MENA-regio. "Wij controleren in de praktijk onderdelen van staatsfondsen en bedrijven die aandeelhouders of een moederbedrijf hebben in landen waar jaarrekeningcontrole wel verplicht is. Bovendien willen enkele specifieke instanties in de VAE, banken en andere financiers, betrouwbare jaarstukken zien. Kortom: het werk is precies hetzelfde."

Lokaal mkb

Alle big four-kantoren zijn in Dubai ruim present met accountants- en adviesdiensten. KPMG zelf heeft in de VAE een staf van 750 mensen, waaronder dertig partners van wie de meerderheid in Dubai. Van der Horst ziet wel dit verschil dat lokale mkb-ondernemingen typisch familiebedrijven zijn die traditioneel niet erg neigen naar openheid op financieel gebied.

Maar dat zou kunnen veranderen. De VAE wil zijn lokale mkb laten groeien en de vleugels laten uitslaan in onder meer Europa. En men wil de lokale effectenbeurs een impuls geven: "Ik verwacht dat bedrijven die internationaal gaan opereren of kapitaal van derden moeten aantrekken ook met internationale accountantskantoren gaan werken."

Van der Horsts analyse sluit aan bij die van registeraccountant Paul Koster, voormalig AFM-bestuurder en van 2008 tot 2012 chief executive van de Dubai Financial Services Authority (DFSA), de toezichthoudende instelling op de financials die in de freezone DIFC opereren. De DFSA is belast met zowel prudentieel als gedragstoezicht. Koster: "De ambities van Dubai liggen hoog. Men wil een toezichtomgeving creeren die internationaal vertrouwen inboezemt."

Tekort aan accountants

Voor het accountantswerk moeten dus internationale standaarden gelden: "IFRS wordt standaard toegepast, en ik ben indertijd begonnen om in samenwerking met de PCAOB (de Amerikaanse toezichthouder, red.) controles te introduceren op de werkwijzen en auditprocedures van accountantskantoren." Koster, die na zijn vertrek bij de DFSA nog een jaar in Dubai bleef als adviseur van de governor van de DIFC en in augustus 2014 directeur wordt van de Vereniging van Effectenbezitters, vindt overigens dat niet klakkeloos mag worden aangenomen dat dit betekent dat die audits dus honderd procent effectief zijn: "Het vakgebied is hier nog wel in ontwikkeling. Verantwoordingskwesties aan de orde stellen - zoals in een audit committee hoort te gebeuren - kan cultureel moeilijk liggen. En taal is soms een barrière." Voorbeeld: als de mensen die het operationele auditwerk doen - meestal Indiërs - geen Arabisch lezen, kunnen ze niet beoordelen wat bepaalde contracten behelzen. Dubai kampt nu met een tekort aan accountants. "Als hier een beroeporganisatie bestond à la NBA, die opleiding en trainingen organiseert, zou dat probleem wellicht sneller kunnen worden opgelost."

Dubai in ontwikkeling

Dubai telt nu drie miljoen inwoners, waarvan 85 procent gastarbeiders en expats, en in amper veertig jaar verrezen er twee grote clusters van skyscrapers. Twee Manhattans die bijna twintig kilometer uit elkaar liggen maar zijn verbonden door één kaarsrechte zestienbaans snelweg.

Oscar Rijcken-Voigt, bestuurslid van de MENA Business Council bij het Nederlands Centrum voor Handelsbevordering werkte een aantal jaren in Dubai in het bankwezen en volgde de ontwikkelingen op de voet: "De visie die de heersers van de Al Maktoum-dynastie indertijd ontwikkelden, was mede geïnspireerd door het voorbeeld Singapore. Anders dan Abu Dhabi had Dubai weinig olie, maar de stad bleek ideaal gelegen als logistieke en zakelijke dienstverleninghub tussen de grote havens van Europa en India en Zuidoost-Azië."

Het emiraat profiteerde ook van toevallige omstandigheden. Rijcken: "De havenbedrijven DP World en Dubai Dry Docks groeiden doordat de Amerikanen tijdens de twee Golfoorlogen Dubai nodig hadden."

Een op het eerste gezicht cultuur-eigen financieel specialisme - het Islamitisch oftewel Sharia-compliant bankieren - speelt verrassende genoeg geen bijzondere rol voor Dubai. Rijcken: "Zelden merk je dat principieel wordt gekozen voor sukuks of vergelijkbare instrumenten. De motieven om ermee te werken zijn praktisch of ze hebben een marketingachtergrond. Het fenomeen groeit wel, maar ik zie hier geen trend die mainstream wordt."

Belastingvrijdom eindig?

Bij KPMG Meijburg & Co adviseert professor Jaap Bellingwout overheden en sovereign wealth funds in de MENA-regio. Hij ziet voor Dubai langzamerhand toch een keerzijde zichtbaar worden van dat ontbreken van financiële rapportageverplichtingen en belastingvrijdom: "De OESO publiceerde in november 2013 een tussenrapport waarin de VAE een flinke onvoldoende kregen omdat zij geen fiscale informatie kunnen uitwisselen. Dat probleem oplossen kan slechts door invoering, óók in de freezones, van verplichte jaarrekeningen, en die te laten deponeren bij een overheidsinstelling".

Hij ziet steeds meer landen in de regio overstappen op een vorm van belastingheffing over winst: "Naast de plannen om in de landen van de Gulf Cooperation Council (GCC) een btw-regime in te voeren, lijkt ook introductie van een vorm van winstbelasting slechts een kwestie van tijd; vooral als die jaarrekening eenmaal verplicht is gesteld."

'Nederland verkopen' aan investeerders uit de Emiraten

Dubai is ook de uitvalsbasis voor fiscaal juristen die partijen uit de Golfstaten - naast de VAE onder meer ook Qatar, Kuweit en Bahrein - uitleggen hoe ze Nederland als platform voor internationale investeringen kunnen gebruiken. Daarom is het Amsterdamse juridisch en fiscaal advieskantoor Loyens & Loeff present in het hart van het DIFC. En het kan om grote deals gaan. De Rotterdamse tweede Maasvlakte werd bijvoorbeeld mede gefinancierd door investeerders uit Dubai.

Belastingadviseur Jan Bart Schober geeft leiding aan een vijfkoppig team in Dubai dat corporates, financiële instellingen en investeringsfondsen adviseert bij grensoverschrijdende transacties. "Nederland", zegt hij, "is interessant dankzij het uitgebreide stelsel van verdragen die dubbele belasting voorkomen en de investeringsverdragen. En het Nederlands rechtsstelsel staat te boek als sterk, flexibel, neutraal en voorspelbaar".

Terzijde herinnert Schober eraan dat het rechtsstelsel in Dubai ingewikkeld kan overkomen op Westerse bedrijven. "Het van toepassing zijnde recht hangt af van de plaats van vestiging: het verschilt per emiraat en per freezone. Bovendien is soms de vraag welke rechtbank competent is. En precedenten hebben over het algemeen geen bindende werking. Tijdig bij je rechtspositie stilstaan is dus belangrijk."

Wel of niet werken vanuit een freezone?

EY is een van de vele partijen die buitenlandse bedrijven adviseren en begeleiden bij de afweging of vestiging in een freezone gunstig is of niet. Fiscalist Stijn Janssen: "Buitenlandse bedrijven kunnen zich ook gewoon vestigen als een lokale onderneming, dus buiten de freezones. Dat is zelfs een vereiste als je in Dubai buiten de freezones je producten of diensten wilt verkopen."

Opmerkelijk is dat EY zelf, met 750 mensen in dienst, niet vanuit zo'n freezone opereert. "Een bedrijf dat zich lokaal wil vestigen", legt hij uit, "is verplicht in zee te gaan met óf een lokale vertegenwoordiger van zijn branche, óf met een lokale meerderheidsaandeelhouder die 51 procent van het stemrecht in je onderneming moet hebben".

Voordeel is dat je dan geen kantoorruimte hoeft te huren in een freezone, waar de huurtarieven wel tien keer hoger kunnen liggen dan in de lokale markt. Wie voor een freezone kiest, waar de verhuurders in de semi-overheidssfeer zitten, ontkomt niet aan die hoge huren. Janssen: "Je kunt dat zien als een manier voor Dubai om zijn vastgoedprojecten rendabel te maken. Die huur is haast een verkapte belasting. Enfin, voor de meeste bedrijven werkt het prima."

Ook Visser & Visser in Dubai

In september 2013 opende ook het middelgrote accountantskantoor Visser & Visser een vestiging in Dubai, onder de plaatselijke bedrijfsnaam Watermill Consultants. Inmiddels werken er zes medewerkers. Visser & Visser volgt daarmee zijn Nederlandse relaties die ook internationaal actief zijn en wil ook andere ondernemers die in Dubai actief willen worden bijstaan met advies. Watermill Consultants richt zich op ondernemers die een vestiging willen openen en op investeerders. De dienstverlening varieert van het regelen van documenten en visa voor assistenten tot begeleiding bij vastgoed.

De Dubaise vestiging van Visser & Visser is aangesloten bij de Netherlands Business Council in Dubai, waar ruim tweehonderd ondernemers aan zijn verbonden. De partners van Visser & Visser hadden aanvankelijk de nodige vragen over het project - de eerste investering bedroeg ongeveer een ton aan reiskosten, personeelskosten, woon- en kantoorruimte en handelslicenties - maar inmiddels groeit de klandizie volgens het kantoor 'dagelijks'.

Het gebruik van de bedrijfsnaam The Watermill is een pragmatische keuze, vertelt Chris Dijkstra, partner van Visser & Visser. "Het is een naam die het beter doet in de Emiraten. Daarnaast laat het zien dat wij gaan voor de brede ondersteuning van iedere Nederlandse ondernemer en niet alleen voor de Visser & Visser-cliënt."

Bert Bakker (1956-2022) was financieel-economisch journalist.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.