FYI
Transparantie is niet altijd goed voor de prestaties - Virtueel presenteren: zo blijven toehoorders wakker - Expats - Ook accountancy krimpt iets in 2021 - AFM: Beursgenoteerde bedrijven moeten op onderdelen duidelijker zijn over coronacrisis.
Dit artikel is verschenen in Accountant nr. 6, 2020
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
» Download dit artikel (pdf)
» Download het hele nummer (pdf)
Transparantie is niet altijd goed voor de prestaties
Goed nieuws voor bedrijven die niet zoveel hebben met openheid: dikke kans dat de meest capabele werknemers beter presteren als de transparantie laag is.
Onderzoek gepubliceerd in The Accounting Review toont aan dat, als werknemers informatie hebben over elkaars prestaties, degenen met een sterke groepsidentiteit het niveau van hun prestaties aanpassen aan de andere leden van hun groep. Sommige werknemers zullen dus harder werken, terwijl anderen minder gaan presteren om zich te conformeren aan de rest van het team.
Voor het onderzoek werden drie groepen werknemers langere tijd gevolgd. De drie groepen hadden niet alleen dezelfde structuur, taken en prestatiesystemen, maar waren ook demografisch vergelijkbaar. Maar ze verschilden in transparantie: in één groep werd het maandelijkse verslag over de individuele prestaties van elk groepslid uitsluitend aan dat lid verstrekt; in de groepen met hoge transparantie werden de individuele verslagen gedeeld met alle groepsleden.
In het onderzoek speelde groepsidentiteit een belangrijke rol, omdat de werknemers al geruime tijd in hun groep werkten. De bevindingen tonen aan dat in de groepen met hoge transparantie een sterke groepsidentiteit zich vertaalt naar het naar elkaar toegroeien in prestaties. Maar in de laagtransparante groep vertaalde de sterke groepsidentiteit zich in betere prestaties door betere werknemers, zonder dat dit de prestaties van de minder bekwame werknemers erg beïnvloedde.
Het onderzoek ‘Group Identity, Performance Transparency, and Employee Performance’ is gepubliceerd in het septembernummer van The Accounting Review, uitgegeven door de American Accounting Association.
Virtueel presenteren: zo blijven toehoorders wakker
Het is nog niet zo lang geleden dat we in een vergaderzaal of op een podium, gewapend met een knappe Powerpoint, het publiek voor ons konden winnen. Nu zitten we dag in, dag uit in Zoom- of MS Teams-sessies te kijken naar een groepje hoofden op een scherm. Hoe houdt u dan uw toehoorders bij de les?
Zonder lichaamstaal, hoofdknikjes of oogcontact is het een stuk lastiger presenteren. Volgens Sarah Gershman, communicatie professor aan de McDonough School of Business, zorgt dat voor meer spreekangst. Bovendien spreken we vaker op een manier alsof er toch niemand luistert: eentonig en minder scherp in onze formulering. Dat maakt een presentatie niet beter.
Gershman deelt via Harvard Business Review enkele manieren om een betere respons te krijgen en verbinding te maken met het publiek tijdens een virtuele presentatie. Zo kan het helpen om al direct aan het begin van een presentatie de chatfunctie in te zetten. Wie tijdens een online sessie gaat spreken merkt immers niet altijd meteen of hij of zij voor de deelnemers hoorbaar is. Maar de vraag “kunt u mij horen?” zorgt voor een knullige start van uw presentatie. Stel in plaats daarvan een relevante vraag, die mensen via de chatfunctie moeten beantwoorden. Dat geeft ook ruimte voor verbinding: lees enkele antwoorden hardop voor, liefst met het noemen van de voornamen van de indieners. Daarmee betrekt u het publiek bij uw verhaal.
Spreek daarnaast met de deelnemers, alsof u in een persoonlijk overleg zit. Een vraag als “Zie je de verschuiving in de grafiek ten opzichte van vorig jaar?” zorgt ervoor dat deelnemers zich aangesproken voelen en verbonden blijven met de inhoud, ook als ze niet rechtstreeks terug kunnen praten.
Verder helpt het om als presentator je zoveel mogelijk te verplaatsen in de positie van de toehoorder. Dus houd er rekening mee dat het best lastig en vermoeiend is om naar een virtuele presentatie te luisteren; benoem dat desnoods. Je goed inleven in de positie van de deelnemer vooraf zorgt ook voor een presentatie die beter aansluit bij diens verwachtingen.
Evengoed blijft virtueel presenteren een uitdaging. Maar misschien mogen we in 2021 gewoon weer een keer naar kantoor, lekker Powerpoints kijken in een vergaderzaal.
Expats
Ervaringen van Nederlandse accountants in den vreemde. Dit keer: Bart Verschoor, regional director Finance & Administration East Europe and Asia van KWS Group in Wenen.
‘Je eigen cultuur schud je niet zomaar van je af’
“Ik woon in Budapest en werk in Wenen. Ik heb het getroffen: twee van de mooiste steden in Europa. Dat ik in Hongarije terecht kwam is eigenlijk toeval. Op de heao kon je een stage in het buitenland volgen. Mijn eerste keus was Londen maar daar was geen plek. Toen werd het Hongarije. Ik kon aan de slag als stagair bij Coopers & Lybrand in Budapest. Het was hard werken maar toch voelde het als vakantie. Een jaar na de afronding van mijn studie ging ik terug naar hetzelfde kantoor in Budapest. Nu als assistent-accountant. Je leert veel over jezelf als je in een ander land gaat wonen. Je merkt hoezeer je een product bent van je eigen cultuur. Veel overtuigingen zijn eigenlijk gewoon afspraken. Zoals op tijd zijn voor een afspraak. In Hongarije is tijd een veel rekbaarder begrip, maar je eigen cultuur schud je niet zomaar van je af. Toen ik nog niet zo lang assistent-accountant was zat ik met een paar collega’s in de auto op weg naar een klant. Omdat we aan de late kant waren, wilde ik direct naar de afspraak. Maar de Hongaren wilden eerst nog eten. Eten schrijf je in Hongarije met een hoofdletter. In eerste instantie veroordeel je zulk gedrag, tot je merkt dat het een het andere niet uitsluit.
In 2004 maakte ik de switch naar de andere kant van de tafel en werd ik AA in business. Budapest bleef mijn thuisbasis. Ik was inmiddels getrouwd met een Hongaarse en had drie kinderen. Als regional director ben ik verantwoordelijk voor alle administratieve taken - finance, legal, it procurement, hrm - in zestien landen in Oost-Europa en Azië. Mijn kantoor staat weliswaar in Wenen, maar dat is maar twee uur rijden vanuit Budapest. Voor de dagen dat ik op kantoor ben heb ik een appartement in Wenen.”
Code
“Om leiding te kunnen geven is je interactie met mensen het belangrijkste instrument dat je hebt. Dat geldt helemaal in deze functie. Ik moet voortdurend nadenken over mijn eigen aanpak. In Nederland vinden we: ‘geen nieuws, goed nieuws’. In veel landen zien ze dat anders: ‘You only respect what you inspect’, is daar het motto. Het moeilijkst te doorgronden zijn de Aziatische culturen. Daar hebben ze aan een half woord genoeg om elkaar te begrijpen. Dat is een code die je als westerling niet kraakt. Ik heb geleerd om heel expliciet te zijn om misverstanden te voorkomen en ook veel vragen te stellen. Pas als je een connectie met iemand hebt, win je het vertrouwen.
De afgelopen maanden heb ik ervaren als een reset. Voor corona was ik zeventig procent van de tijd van huis. Nu stuur ik de organisatie op afstand aan. Het bevalt prima. Al dat reizen was nodig om het contact te leggen met lokale teams. Ik vond het ook leuk, maar terwijl je onderweg bent worden je kinderen groot. Nu kan ik ze helpen met hun huiswerk, daar geniet ik van. En we hebben vaker gesprekken met elkaar. Die kwaliteitstijd was er vroeger veel minder, omdat die zich niet laat inplannen in een druk schema. Het bouwen aan een relatie met je gezin is net als een bloem die je water geeft. Dat moet iedere dag gebeuren. Een keer in de maand een sloot water werkt niet.”
Ook accountancy krimpt iets in 2021
De ondersteuning van klanten tijdens de coronacrisis zorgt tot nu toe vooral voor meer werk in de accountancy. Toch zal ook de accountantssector te maken krijgen met een terugval, aldus het jaarlijkse benchmarkonderzoek van Full Finance, Novak en Rabobank onder accountants- en administratiekantoren.
Door toenemende werkloosheid en een laag sentiment in Nederland zijn er straks minder salarisstroken te verwerken, nemen advies- of bijzondere opdrachten af en worden door minder investeringen ook minder kredietaanvragen en tussentijdse cijfers gevraagd, menen de onderzoekers van Full Finance. Ze verwachten dat dit in de loop van 2021 merkbaar zal worden. Maar het effect zal beperkt zijn, omdat de conjunctuurgevoeligheid van de sector gering is. Verwachting is dat de omzetkrimp voor 2021 tussen de 0 en 2,5 procent zal liggen.
Het sentiment in de sector heeft echter wel een grote klap gekregen, met als grootste daler de factor economisch klimaat. Verder daalt ook de factor ‘financieel’ hard. De daling is weliswaar in belangrijke mate, maar niet volledig aan corona toe te schrijven, aldus de onderzoekers.
Het onderzoek stond open voor accountants- en administratiekantoren tot tweehonderd fte. Dit jaar namen 116 kantoren deel.
AFM: Beursgenoteerde bedrijven moeten op onderdelen duidelijker zijn over coronacrisis
Beursgenoteerde ondernemingen zijn in hun halfjaarlijkse financiële verslaggeving nog niet altijd duidelijk over de gevolgen van de coronacrisis. Dat blijkt uit onderzoek van de Autoriteit Financiële Markten (AFM).
De toezichthouder onderzocht 26 beursgenoteerde ondernemingen, die naar verwachting negatieve effecten van de coronacrisis ondervinden. In het onderzoek is de kwaliteit van toelichtingen die ondernemingen geven over de effecten van de coronacrisis in de halfjaarcijfers in kaart gebracht. Bijna alle onderzochte ondernemingen vermelden de effecten van de coronacrisis, maar de kwaliteit van hun toelichting varieert sterk en moet op onderdelen beter, vindt de AFM.
Ongeveer een kwart van de ondernemingen geeft een goede toelichting. Dat blijkt onder meer uit de toelichting op financieringsconvenanten, gevoeligheidsanalyses en scenario’s. Ook besteden deze bedrijven aandacht aan de consistentie tussen het halfjaarlijks bestuursverslag en de halfjaarrekening, zodat een geïntegreerd beeld ontstaat. De helft van de onderzochte ondernemingen geeft een goede toelichting op sommige, maar niet op alle relevante onderwerpen. De AFM roept hen op dat in de jaarverslaggeving over 2020 wel te doen. Een kleine groep licht vrijwel niets toe.
“Voor beleggers is het belangrijk dat beursgenoteerde ondernemingen in hun financiële verslaggeving relevant rapporteren over de effecten van de coronacrisis. Daarbij gaat het niet alleen om financiële effecten, maar ook om niet-financiële aspecten die hiermee samenhangen, zoals het werknemersperspectief en het businessmodel. Verder is het belangrijk dat ondernemingen duidelijk zijn over de maatregelen die zij nemen om negatieve gevolgen van de crisis te beperken”, aldus de toezichthouder.
Beoordeling accountant
De AFM heeft ook onderzocht of de halfjaarberichten zijn voorzien van een beoordelingsverklaring van de externe accountant. Dat was bij 23 van de 98 ondernemingen die hun halfjaarbericht voor 1 oktober 2020 bij de AFM hebben gedeponeerd het geval, één meer dan in 2019. Voor negen van de 23 beoordelingsverklaringen heeft de externe accountant reden gezien een paragraaf op te nemen ter benadrukking van bepaalde aangelegenheden in verband met onzekerheden omtrent Covid-19.
De AFM roept ondernemingen op in hun jaarverslaggeving over 2020 de toelichtingen op de effecten van de coronacrisis begrijpelijk en zorgvuldig op te stellen.