De perfecte storm voorbij
In 2010 schreef ik een essay met de titel ‘De perfecte storm’. Dat was voor mij toen een heldere metafoor om de situatie in de accountancy te beschrijven. Ik zag destijds vier ontwikkelingen: de economische crisis, de Low Trust Society, de snelle technologische veranderingen (later disruptie genoemd) en de identiteitscrisis van het accountantsberoep. Deze vier ontwikkelingen - die we vandaag de dag misschien wel wicked problems zouden noemen - versterkten elkaar, waardoor een perfecte storm ontstond, die met volle kracht over ons beroep heen raasde. Is deze storm nu, ruim zeven jaar later, gaan liggen?
Dit artikel is verschenen in Accountant Q4, 2017
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Fou-Khan Tsang
Ik zal u geruststellen; ja, de storm is wat mij betreft voorbij, maar dat zegt nog niet dat de schade die de storm heeft aangericht al is hersteld. Beseffen we wel voldoende dat de wederopbouw niet mogelijk is op basis van de uitgangspunten van voor 2010, maar dat we een nieuw toekomstbeeld van ‘de accountant’ moeten ontwerpen? Het NBA-bestuur heeft een moedig traject gestart om dit toekomstbeeld gestalte te geven. Recent bracht het bestuur zijn eigen toekomstvisie uit, daarbij openstaand voor commentaar. Ik zal daar op deze plek niet dieper op ingaan. Wel wil ik hier graag mijn eigen visie op de toekomst van ons beroep met u delen, op basis van de vier genoemde ontwikkelingen van zeven jaar geleden.
Economische ontwikkeling
Eén ontwikkeling is helder; de economische crisis is voorbij. We maken mondiaal weer een periode van economische groei door, ondanks de soms spannende geopolitieke situatie. De laatste accountancy top 30 laat ook zien dat er weer groei mogelijk is, hoewel we daarbij direct weer aanlopen tegen een tekort aan goede mensen. En daarmee lijkt deze periode weer sterk op de periode van voor de economische crisis; de tijd waarin we met elkaar de eerste oorlog om talent aan het voeren waren. Je zou nu kunnen spreken van de tweede oorlog om talent, maar deze oorlog wordt misschien wel heel anders gevoerd. Wat mij betreft is deze situatie tijdelijk, want de komende jaren zal ons werk door het gebruik van robotisering aanzienlijk veranderen. Niet alleen het werk aan de onderkant van de piramide, maar het werk van álle medewerkers binnen uw organisatie zal ondersteund gaan worden door gereedschap op basis van kunstmatige intelligentie. Daarover straks meer.
Er treedt nu een nieuwe generatie tot de arbeidsmarkt toe: de millennials. Deze groep, die tussen 1980 en 2000 geboren is, heeft een duidelijk ander wereldbeeld. Zij zijn opgegroeid in relatieve welvaart, hebben vaak kunnen studeren, zien de wereld als hun werkterrein en hebben de moderne technologie met de paplepel ingegoten gekregen. Maar wat misschien nog wel belangrijker is: ze kijken anders aan tegen bezit, welvaart en rijkdom. Herkent u zich hier niet in? Dat zou gek zijn, want hoogstwaarschijnlijk zijn het uw kinderen over wie ik het heb. De millennials willen graag werken voor een onderneming met een duidelijke maatschappelijke doelstelling en vinden (veel) geld verdienen veel minder belangrijk.
Dat is een beetje tegenstrijdig met de wijze waarop de meeste accountantsorganisaties georganiseerd zijn. Immers, de maatschap (en alle daarvan afgeleide vormen) is er toch vooral om voor de maten de kosten te minimaliseren en de opbrengsten te maximaliseren. Hard werken, lekker druk zijn en veel geld verdienen zijn klaarblijkelijk niet meer de argumenten om de huidige generatie over de streep te trekken om te kiezen voor een loopbaan in de accountancy.
En dan het businessmodel. Ik zal hier niet de discussie aanzwengelen over de vraag of het businessmodel van de maatschap de basis is voor de problemen in het beroep. Maar uiteraard vraag ik mij wel af of het model naar de toekomst wel duurzaam is als we de nieuwe generatie aan ons willen blijven binden. En nu het economisch beter gaat, is de tijd misschien wel aangebroken om het businessmodel te veranderen. Of om nu eens echt na te denken of er misschien andere modellen zijn die toekomstbestendiger zijn.
De low trust society
Zeven jaar geleden beschreef ik hoe het maatschappelijk vertrouwen door een aantal gebeurtenissen in de geschiedenis enorm is veranderd. Helaas is die specifieke storm niet gaan liggen, maar alleen nog maar versterkt, met de verkiezing van Donald Trump misschien wel als (voorlopig) ‘hoogtepunt’. Populisme zorgt ervoor dat de maatschappelijke cohesie afbrokkelt. Op social media kan iedereen gemakkelijk zijn mening geven. Dit alles heeft ertoe geleid dat maatschappelijke instituties, zoals politiek, wetenschap, bedrijven, banken en zeer recent ook de media, onder grote druk staan. Ook het accountantsberoep is één van die instituties die ter discussie staan. Dit hebben we zelf ook wel een beetje veroorzaakt door de schandalen en de trage reactie daarop. De primaire reactie van de politiek - die zichzelf ook aangevallen voelt - is om met meer regelgeving te komen, om alles dicht te regelen. Helaas lijken we daarmee zo langzamerhand in een eindeloos neerwaartse spiraal terecht te komen.
En dan is er ineens een verhaal over een ‘touwtje uit de brievenbus’, dat ons misschien wel terug laat verlangen naar een tijd waarin vertrouwen nog heel gewoon was. Toch zit daar een grote waarheid in. Vertrouwen is een van de fundamenten van zowel onze democratie als onze economie. Dat zouden we als ‘vertrouwensmens van het maatschappelijk verkeer’ toch moeten snappen. Als beroepsgroep krijgen we helaas de maatschappij niet gekeerd en kunnen we ook het populisme niet indammen. Dit impliceert dat we moeten omgaan met een nieuwe realiteit, waarin we nog meer dan voorheen ons vertrouwen moeten verdienen. Juist door nog meer de dialoog aan te gaan met de maatschappij.
Disruptie
Er gaat geen dag voorbij waarop ik geen mail of andersoortig bericht krijg met de melding (of onheilstijding) dat ons beroep aan de vooravond staat van een grote om wenteling door de technologische ontwikkelingen. Vaak wordt die boodschap in grote woorden verkondigd door organisaties waarvan ik denk ‘hoe zullen die zelf worden geraakt’? Juist deze berichtgeving zorgt ervoor dat veel collega’s een beetje sceptisch worden - en dan druk ik mij misschien nog wel te voorzichtig uit. Ik maak mij in mijn columns natuurlijk ook schuldig aan een gezonde dosis techno-optimisme, omdat nieuwe toepassingen in de praktijk altijd een langere implementatietijd nodig hebben dan vooraf gepland.
In het kader van het 75-jarig jubileum van onze organisatie hebben wij een klein museumpje ingericht, met wat pareltjes die we her en der in de kelders en archieven van onze kantoren hebben opgedoken. Als je die naast elkaar op een rij in de tijd zet, zie je pas goed welke grote veranderingen het beroep heeft ondergaan. En we staan opnieuw op de drempel van een periode met een aantal belangrijke ontwikkelingen. Het gaat wat ver om ze hier allemaal te behandelen, daarom beperk ik mij hier tot een ontwikkeling die misschien wel de grootste impact gaat maken op de korte termijn: kunstmatige intelligentie.
Hiervoor schreef ik al dat iedereen in een organisatie zal worden geraakt. We voeren allemaal repeterende taken uit, die een computer ‘eenvoudig’ kan overnemen. Kijk ter vergelijking even naar het simpele voorbeeld van autorijden. Ik verwacht dat we binnen een periode van ongeveer tien tot vijftien jaar zelf helemaal niet meer autorijden. De tijd die we daar nu nog aan besteden zullen we dan anders kunnen invullen. Maar ook het nazoeken van vakliteratuur, afspraken maken, het analyseren van een jaarrekening etc. zullen we steeds meer gaan overlaten aan de computer. Zeker voor een beroep waarbinnen nog steeds veel wordt gewerkt en gedacht in ‘uren x tarief’ is dat een enorme disruptie. Nog steeds merk ik dat veel accountants zeer terughoudend zijn ten opzichte van technologische ontwikkelingen. Maar willen wij die ontwikkelingen de baas blijven, dan zal onze houding echt moeten veranderen.
De identiteitscrisis van de accountancy
Lange tijd zijn we, denk ik, dwalende geweest over de rol van ons beroep in de moderne maatschappij. Misschien wel verblind door de commerciële kansen die we overal om ons heen zagen ontstaan. De perfecte storm heeft ons net op tijd weer met beide benen op de grond gezet. We danken onze maatschappelijke positie aan een wettelijke inkadering. Als we die positie willen behouden, mogen we die rol - nog meer dan voorheen! - niet beschamen.
Tegelijkertijd moeten we vooruit stappen door onze rol te gebruiken om maatschappelijk zaken aan te dragen. De publieke managementletters vind ik daarvan een goed voorbeeld, maar ook statements over de controle in de gemeentemarkt of bijvoorbeeld de beloning van bestuurders in de publieke sector. Ja, uiteraard hebben we ook een geheimhoudingsplicht. Maar dat laat onverlet dat we tegelijkertijd niet bang moeten zijn om onze collectieve kennis met de maatschappij te delen, als we zien dat er zaken misgaan. Daarmee winnen we niet alleen aan maatschappelijke kracht, maar onze onafhankelijke positie wordt daarmee ook ondersteund.
Aan het roer
In 2010 riep ik aan het einde van mijn essay de leiders in het beroep op om los te komen en verantwoordelijkheid te nemen. Dat doe ik nu weer. Nu de storm voorbij is hebben we meer dan ooit leiderschap nodig om het beroep op een nieuwe leest te schoeien. Doen we dat niet, dan staan we toe dat anderen het roer van onze toekomst kunnen overnemen. Willen we zo’n toekomst?
Fou-Khan Tsang
Accountant Fou-Khan Tsang is voorzitter van de raad van bestuur van Alfa Accountants en Adviseurs en daarbinnen verantwoordelijk voor accountancy, marketing en ICT. Hij is tevens bestuurslid en voorzitter van de ICT-commissie van SRA-Accountantskantoren. Tsang studeerde aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en werkte eerder onder andere bij Mazars en Exact Software.
Fou-Khan Tsang was in 2010 één van de initiatiefnemers van de accountancy-vernieuwingsbeweging Tuacc, die eind 2014 weer werd opgeheven. Hij heeft een eigen blog over accountancy en spreekt regelmatig over nieuwe ontwikkelingen binnen het accountantsberoep.