Meters maken
“Ik wil gewoon mijn werk goed doen!”, verzuchten accountants die ik interview met enige regelmaat. Er gaat echter, zoals u weet, een wereld schuil achter die eenvoudige uitspraak. Want was het maar gewoon. En wat verstaan we dan onder goed werk? Jules Muis definieerde het onlangs als “professionele excellentie”. Maar dat kan nog wat preciezer.
Dit artikel is verschenen in Accountant Q2, 2017
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Professor Howard Gardner van de Harvard Graduate School of Education, bij wie ik afgelopen oktober op bezoek mocht (!) om te spreken over u en uw sector (u ziet, u brengt mij nog eens ergens, waarvoor mijn oprechte dank), voerde namelijk eind jaren negentig een grootschalig onderzoek uit bij professionals, onder de naam The Good Work project. Met als centrale vraag: wat verstaan we onder goed werk?
Professionals die hun werk goed doen, zo bleek, verenigen drie zaken: zij leveren inderdaad werk van kwalitatief hoog niveau, maar ook voelen zij zich persoonlijk verantwoordelijk voor de geleverde kwaliteit en tonen zij maatschappelijke betrokkenheid. Of zoals de Amerikanen het altijd zo jaloersmakend mooi kort (en ook nog allitererend) weten te zeggen: hun goede werk is excellent, ethical and engaged.
Ook de socioloog Richard Sennett verwoordt in zijn boek De ambachtsman een conclusie van gelijke strekking, wanneer hij zegt dat een goede professional in feite ook meteen een goede burger is. Kijk lieve mensen, dan maken we ineens belangrijke meters!
Deze goede werkers treffen we in een brede selectie van beroepsgroepen aan. Ja, ook bij accountants. Want ik spreek ze dus wel eens. Vaak zijn ze naast hun werk ook actief bij non profit-organisaties, betrokken bij maatschappelijke initiatieven of in de politiek. Omdat ze maar al te goed begrijpen dat hun taak en positie, door de wet verankerd, een bevoorrechte is.
De opvattingen van eerdergenoemde heren over wat het inhoudt goed werk af te leveren, lijken mij geldend voor iedere accountant. En vormen een bruikbare kapstok om de mentale oversteek te maken van een beroepsgroep in nood - ik bezoek symposia met getroebleerde titels zoals onlangs A profession in turmoil en Accountantsdagen met nogal deprimerende reputatieonderzoeken - naar een betrouwbaar, herkenbaar en wellicht ook kleiner maar fijner keurkorps met de taak het publieke belang naar eer en geweten te dienen.
Dat lijkt mij een nobele agenda waar je, willekeurig welk belang je separaat nog najaagt, geen nee tegen kunt zeggen. Accountants ruimte en faciliteiten bieden om dat goede werk te leveren moet top of mind zijn bij bestuurders en leidinggevenden van accountantskantoren, hun klanten, toezichthouders en alle andere belanghebbenden.
En over meer meters maken tot slot nog het volgende, uit de categorie ‘plattelandswijsheden waar je de rest van je leven profijt van hebt’. Zoals mijn opa en veehouder aan mij leerde als klein meisje: wanneer je de koeien vlot naar de stal wilt leiden helpt het als je naast de koe gaat lopen die al uit zichzelf de goede kant op gaat. Duwen tegen een koe die niet wil lopen, heeft geen enkele zin.
Zet dus eens een schijnwerper op die professionals die uit zichzelf goed werk afleveren, laat hen de meetlat zijn en een lichtend voorbeeld. Dan volgt de rest van de kudde vanzelf.