FYI
Andersen Tax voorkomt versnippering merknaam - De kleine Tesla is er al! - The Good, The Bad and The Accountant - Hoed u voor de narcistische ceo! - Down Under - Merkwaardig - Kookboek voor boeken koken - Ik ga op reis en neem mee... - Ingeschreven.
Dit artikel is verschenen in Accountant Q2, 2017
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Andersen Tax voorkomt versnippering merknaam
Andersen Tax, het op fiscaal advies gerichte restant van het vroegere Arthur Andersen, heeft een langslepende strijd gewonnen over het recht op het gebruik van de merknaam Andersen.
Elke accountant weet dat er ooit sprake was van een big five, in plaats van de big four. Het grote Arthur Andersen (85.000 werknemers) ging in 2002 ten onder als accountant, in het kielzog van het frauderende energiebedrijf Enron. Toen de kwalijke praktijken van Enron uit dreigden te komen haalden de accountants van Arthur Andersen in Houston zoveel mogelijk gevoelige documenten door de papierversnipperaar. Het bleek de doodsteek voor het kantoor; de wereldwijde organisatie werd zelf versnipperd en de verschillende delen werden overgenomen door de overgebleven big four.
Verdween elk snippertje? Nee, een handjevol Andersen-fiscalisten besloot samen door te gaan. Zij verenigden zich in een nieuw tax only-bedrijf, Wealth and Tax Advisory Services (WTAS). In 2006 vatte de oud-ceo van Arthur Andersen, Duane Kullberg, het idee op om de merknaam Arthur Andersen te kopen en de naam WTAS te laten vallen. Maar volgens de ceo van WTAS was de wereld daar nog niet klaar voor. Vanaf 2007 begon het bedrijf echter wel stilletjes overal ter wereld het recht op de naam te kopen.
Waardevol
In 2014 bleek de tijd rijp: onderzoek toonde aan dat de merknaam nog zeer bekend was én waardevol. 45 procent van de respondenten in Europa en Azië gaf aan interesse te hebben in een bedrijf dat wereldwijd belastingadviezen kan verzorgen en implementeren. Toen de naam Andersen daaraan werd toegevoegd steeg dit naar 66 procent. Het percentage ondervraagden dat negatief reageerde daalde van 32 naar achttien procent bij het horen van de naam Andersen. WTAS besloot daarop in Amerika over te gaan op de naam Andersen Tax.
Maar toen begon het gedoe: vlak nadat WTAS bekendmaakte zijn naam te willen veranderen naar Andersen Tax diende een Frans bedrijf, Quatre Juillet Maison Blanche (QJMB), bij het Amerikaanse octrooi- en merkenbureau een claim in op de naam Arthur Andersen. QJMB had zich namelijk in 2013 omgedoopt tot Arthur Andersen & Co, naar verluidt omdat één van de oprichters zeven jaar lang bij Arthur Andersen had gewerkt. QJMB beweerde meer recht te hebben op de merknaam dan WTAS, omdat het al in 2013 aan de slag ging met de naam.
Het leverde een hoop geduw en getrek op in rechtszalen en in de pers, maar het voormalige WTAS heeft sinds kort gelijk gekregen van verschillende rechters. QJMB mag de naam Andersen niet meer gebruiken. Daarmee is het de Andersen-erfgenamen voor de verandering eens gelukt om versnippering te voorkomen. Alle dochterfilialen van WTAS, waaronder ook het Nederlandse Taxperience, zijn inmiddels in Europa aan het overschakelen op de nieuwe naam Andersen Tax.
De kleine Tesla is er al!
Wie echt alles al heeft en niet meer weet hoe zijn of haar broedsel te verwennen: Tesla maakt voor kinderen van drie tot acht jaar een miniversie van de bekende Model S.
Het ding rijdt bijna tien kilometer ver op één acculading (net zoiets als de elektrische rijafstand van een hybride leasebak) en heeft een regelbare snelheid van vier of acht kilometer per uur. Lakkleur, wielen, kentekenplaat: het is allemaal te krijgen in lijn met uw eigen grote Tesla. De koplampen en de claxon werken, hij kan voor- en achteruit en er kan zelfs wat bagage mee. Ook een mp3-speler kan worden aangesloten. Uw engeltjes Julius, Valentijn, Amélie en Phileine zullen u eeuwig dankbaar zijn (nou vooruit, een weekje dan). Voor ruim zeshonderd euro kunt u ondertussen op kantoor snoeven dat de nieuwe kleine Tesla bij u al voor de deur staat...
The Good, The Bad and The Accountant
“Ik heb nog een BMW staan waarmee ik niets doe, wil jij die hebben?” zegt de aannemer tegen je, vlak nadat je hem een contract hebt toegespeeld voor het bouwen van een nieuwe weg in de gemeente waar jij zelf op het bureau aanbestedingen werkt.
Kort daarna besluit je om zelf een bedrijf op te zetten dat kan meedingen naar publieke aanbestedingen. Je advocaat vraagt wie er op papier de baas is van het bedrijf. Kies je voor een brievenbusfirma op de Seychellen, of is dit juist een mooi klusje voor je vrouw? Of ga je het toch zelf doen, want wie komt daar nou achter?
Het zijn allemaal keuzes die je kunt maken in het online spel The Good, The Bad and The Accountant. Hoe zorg je dat je aan de ene kant je juridische risico’s zo laag mogelijk houdt, maar ondertussen ook de bouwkartels tevreden houdt en je politieke vriendjes niet schoffeert? Het is een ingewikkeld samenspel, en ook nog eens gebaseerd op de werkelijkheid. Dezelfde personen achter het kookboek Cooking budgets (zie pagina 16) maakten deze game, om de praktijkvoorbeelden die ze in het kookboek noemen wat tastbaarder te maken. En om mensen bewuster te maken van de verschillende vormen van fraude en corruptie.
Hoed u voor de narcistische ceo!
Voorbeelden genoeg uit het verleden, maar ook onderzoek bewijst het nu: narcistische ceo’s doen een organisatie geen goed. Kijk maar naar de bankensector rondom de financiële crisis in de afgelopen jaren.
De Tilburgse organisatiewetenschapper Tine Buyl onderzocht, samen met collega’s uit Antwerpen en Washington, van 92 chief executive officers (ceo’s) van Amerikaanse commerciële banken hoe narcistisch ze waren. Ook werd gekeken welke invloed die karaktertrek had op het risicovol handelen van hun bank en hoe een en ander doorwerkte in veerkracht en herstelvermogen van deze banken. Het onderzoek had betrekking op de periode 2006-2014.
Banken die vóór de ineenstorting van de Amerikaanse bankensector in 2008 werden geleid door meer narcistische ceo’s, kregen daarna te maken met ernstiger gevolgen van de bankencrisis. Want ze investeerden meer in risicovolle derivaten en ‘off-balance sheet items’ (zoals door hypotheken gedekte waardepapieren). De combinatie met een beloningsbeleid dat risicogedrag stimuleerde (zoals via aandelenopties) maakte het effect van ‘ceo-narcisme’ nog sterker. Banken werden kwetsbaarder en door uitputting van het eigen vermogen duurde het langer voordat ze weer terug waren op het oude niveau. Risicovol narcistisch gedrag vormt dus een ‘gevaarlijke cocktail’, aldus de onderzoekers.
Gelukkig werd het effect wel minder als er in de raad van bestuur meer onafhankelijke experts zaten (en dus scherper toezicht). Op zoek dus naar inhoudelijke zwaargewichten met bestuurlijke kwaliteiten.
Down Under
Tom Ooms (PwC) vertrok in maart 2015 voor twee jaar naar Sydney, Australië. Een kwartaalbericht.
Rolmodel
Vanuit het nieuwe kantoorpand in Barangaroo, ook wel ‘de Zuidas’ van Sydney, loop ik naar mijn favoriete park. Observatory Hill Park geeft een prachtig uitzicht over de Noord-Sydney skyline en de Harbour Bridge. Het geeft me een moment om even goed na te denken over zaken die spelen. Vaak genoeg kom ik na een uurtje pauze met de oplossing van een dilemma, waarvan ik daarvoor dacht ‘hoe los ik dit in vredesnaam nu weer op’. Dat ‘uurtje denken’ is iets wat ik heb meegekregen van Bob Hoogenboom, die een volle zaal studenten rustig vertelt dat ieder mens zo af en toe eens met een borrel in de tuin moet zitten. Gewoon niets doen. Alleen maar nadenken. Tijdens mijn diploma-uitreiking op Nyenrode voegde Bob hier aan toe dat het nog belangrijker is om daarna je gedachten uit te spreken. ‘Vrijmoedig spreken’ noemde hij dat.
Dat heeft mij ertoe bewogen om actief te zijn in bestuursorganen tijdens mijn studietijd. Bijvoorbeeld binnen de studievereniging van Nyenrode. Ik heb onder andere een symposium mogen organiseren over de ‘accountant van de toekomst’. Jules Muis was dagvoorzitter. Het was een fantastische dag. Tijdens de voorbereiding en de dag zelf hebben we enige tijd met Jules gefilosofeerd over de toekomstige accountant en de jaren zeventig, toen de accountancythema’s nagenoeg identiek waren aan de tijd van nu. Thema’s zoals de work-life-balance en innovatie in de controle.
Door deze bestuurlijke ervaring heb ik met veel interessante personen mogen spreken. Hierdoor ben ik mij verder gaan interesseren in nieuwe controletechnieken. De beste gesprekken heb ik daarover gevoerd met Peter Eimers. De passie om op zoek te gaan naar de ultieme data-gedreven controle-aanpak en de gedrevenheid om dit plan verder te brengen binnen de Nederlandse praktijk (en in internationaal perspectief binnen de IAASB Data Analytics Working Group) is fantastisch. En wat te denken van iemand als Pieter de Kok, die het daadwerkelijk aandurft om een bijna volledig data gedreven accountantskantoor op te zetten. Voor 2017 wacht ik nog op mijn nieuwe voorbeeld. Waar is de nieuwe Bob, Jules, Peter of Pieter?
Merkwaardig
Zul je net zien: vlak na verschijning van ons vorige magazine (thema ‘Merk’) verscheen de jongste editie van de wereldwijde Brand Strength Index (BSI), uitgebracht door consultants van Brand Finance. PwC scoort daarin het hoogste van de big four, maar zakt wel.
In de ranglijst van 2017 neemt PwC een achtste plaats in, achter sterke merken als Google, Nike, Ferrari, Visa en Walt Disney. Helemaal bovenaan de lijst staat de Deense blokjesbouwer Lego: letterlijk een onverwoestbaar merk. De BSI-index wordt berekend op basis van een reeks factoren; naast financiële prestaties, marketing investeringen en duurzaamheid bijvoorbeeld ook emotional connection. De meest merk-waardige accountantsorganisatie hoeft zich met de verkregen AAA-rating weinig zorgen te maken, maar zakt wel iets: PwC stond in 2015 nog op plek twee en vorig jaar op vier. De andere grote drie vinden we verder naar onderen; Deloitte valt dit jaar net buiten de top twintig, EY staat dertigste en KPMG zestigste.
Brand Finance berekent daarnaast ook de merkwaarde in harde dollars. Dit jaar duwt Google hightech concurrent Apple van de eerste plaats als most valuable brand. Google heeft een brand value van maar liefst ruim 109 miljard dollar, een stijging van 24 procent ten opzichte van een jaar eerder. Apple’s merkwaarde daalde juist van bijna 146 naar ruim 107 miljard dollar. Ook hier is PwC lijstaanvoerder in de accountantssector, met een waarde van $ 18,5 miljard; goed voor plek 66 in deze top 500 lijst. Deloitte staat op plek 77 ($16.7 mld), EY op plaats 98 ($13.35 mld). KPMG vinden we op plek 124 ($10.9 mld). In ons land ligt dat overigens helemaal anders: hier is KPMG zomaar nummer 2 op de Brand Finance-lijst van waardevolste merken, achter Shell en voor ING.
Werkgever
Leuk, die merkwaarde, maar betekent dat ook de beste plek als potentiële werkgever?
Niet per se. Het Zweedse adviesbureau Universum vroeg bijna 23.000 Nederlandse studenten (wo en hbo) naar hun favoriete aanstaande werkgever. Traditioneel scoren de grote multinationals (Unilever, AKZO, Shell, Philips) hoog in dat soort onderzoeken. Maar dat beeld verandert. Of het met de belevings wereld van de student te maken heeft weten we niet, maar voor het tweede jaar op rij is bierbrouwer Heineken de favoriete werkgever, gevolgd door KLM. Google, Nike en Apple completeren de top vijf. Opmerkelijke nieuwkomer op plek zes is de Californische autobouwer Tesla, die bij techstudenten zelfs de eerste plaats inneemt. Studenten herkennen zich in de duurzame missie van oprichter en wereldveroveraar Elon Musk, die geldt als het gezicht van innovatie en disruptie. De eerste vertrouwde multinational (Unilever) is gedaald naar plek acht en Shell en Philips halen de top twintig niet eens.
En de grote accountants? EY is in het jongste onderzoek twee plekken gedaald naar 22, direct gevolgd door Deloitte (gestegen van 26 naar 23). PwC en KPMG staan onveranderd op de 27ste en 28ste plek en BDO is de eerstvolgende op plaats 53. Opmerkelijk: daarmee scoort dat kantoor wel hoger dan bijvoorbeeld ASML, toch altijd Hollands trots als het gaat om high tech. Ach, het zijn maar lijstjes.
Bron: Economia en FD
Kookboek voor boeken koken
Werkt u in de publieke sector? Wilt u wat extra cash? Probeer deze heerlijke recepten!
We beginnen met een simpel recept, de Confit of Interest. Het betreft een overheerlijk mengsel van wat private belangen en wat publiek geld. Ingrediënten: een bedrijf dat werk kan verrichten voor de overheid en een overheidspositie met wat macht. Zodra u aan de macht bent, benoemt u uw partner of goede vriend tot nieuwe eigenaar van het bedrijf, of u maakt er een brievenbusfirma van op bijvoorbeeld de Kaaimaneilanden. Vervolgens regelt u dat dit bedrijf ‘toevallig’ klus na klus krijgt toegespeeld van de overheid. Een klassiekertje, maar elke keer weer lekker.
Dan een wat ingewikkeldere: de Erfpachtschotel. Ingrediënten: een positie bij de gemeente, een lege gemeentekavel en een non-profitorganisatie van een vriend. U sluit uit naam van de gemeente een erfpachtovereenkomst af met de non-profitorganisatie, voor 99 jaar. De pachter mag het stuk land gebruiken, maar aan het einde van de pachttermijn is alles wat er op het land is gebouwd van de gemeente, dus het lijkt een prima deal voor de stad.
Vervolgens verstrekt u echter een subsidie aan de non-profitorganisatie voor het bouwen van kantoren, huizen en een sportveld. Wanneer alles klaar is, verbreekt u de erfpachtovereenkomst. Vanwege het vervroegd afbreken moet u betalen voor de gebouwen (de tweede maal dat u betaalt, want u verstrekte ook al subsidie voor het bouwen van de gebouwen), en nu sluit u een nieuwe, zeer voordelige huurovereenkomst af met uw vriend. Vervolgens kunt u samen met uw vriend genieten van deze heerlijke erfpachtschotel.
Deze, en vele andere recepten, vindt u in het kookboek Cooking Budgets, tot stand gekomen met subsidie van de Europese Unie. Met het project probeert de EU op ludieke wijze de verschillende vormen van corruptie onder de aandacht brengen. De veertig recepten zijn allemaal gebaseerd op voorbeelden uit de praktijk, die ook onderaan elk recept worden genoemd (www.cookingbudgets.com).
Ik ga op reis en neem mee...
Het vakantieseizoen staat voor de deur, tijd om even los te komen van de dagelijkse beslommeringen. Niet te veel aan het werk denken straks, al checkt u toch stiekem steeds even die mailbox op uw smartphone.
Wilt u ideeën opdoen voor een frisse start bij thuiskomst? Dan past in de vakantiekoffer nog wel een boekje, getiteld ‘De reiskoffer van de proactieve accountant’. In deze gebundelde serie columns van accountant Marcel Spoelstra - eerder verschenen in een ander medium voor rekenmeesters - kunt u lezen over groeiformules voor accountants, de overgang van uurtjefactuurtje naar value pricing en ‘negen getallen die uw kantoor doen knallen’.
De auteur reisde zelf voor inspiratie af naar Australië en sprak daar met leden van het ‘Proactive Accountants Network’. Die ervaringen resulteren in verhalen met tips voor hogere winstgevendheid, meer efficiency en verbreding van de klantenportefeuille. Wat Spoelstra betreft is er nog veel te verbeteren aan de pro-actieve houding van de accountant, die anno nu vooral wacht op werk “dat nog steeds altijd vanzelf komt”. En dat terwijl er een ‘tsunami van verandering’ op komst is binnen het vak. Pas lezen aan de zwembadrand dus, anders durft u misschien helemaal niet meer op vakantie.
Ingeschreven
Saskia van Gerven (27) ontving op 12 mei 2017 haar AA-diploma. Ze is werkzaam bij ABIN accountants en adviseurs. Drie vragen.
Hoe is de verdeling m/v binnen jullie kantoor?
Binnen ons kantoor is de verdeling man/vrouw op zich goed in evenwicht. Met betrekking tot de accountants overigens niet, met mijn inschrijving ben ik de eerste en enige vrouw. Dus die verdeling kan beter.
Wat trekt je aan in het werk binnen de mkb-praktijk?
Wat mij met name aanspreekt binnen de mkb-praktijk is de diversiteit aan cliënten en de afwisseling in werkzaamheden en vraagstukken die deze met zich meebrengen. Ik vind het leuke aan het werken met mkb-ondernemers dat je een band met de cliënt op kunt bouwen en merkt dat je die echt kunt helpen.
Hoe ziet je werk er uit in 2030?
In 2030 ben ik sparringpartner voor mijn cliënten. De werkzaamheden bestaan naast het geven van inzicht in de resultaten met name uit meedenken met en adviseren van de cliënten. Onder meer over de ondernemingsstrategie, financiering, fiscale aangelegenheden, maar zeker ook omtrent de diverse vormen van automatisering die bij de bedrijfsvoering een grote rol spelen.