Leren van toezicht

Fraude als kans voor de accountant

Het Platform Leren van Toezicht brengt regelmatig accountantsorganisaties, toezichthouders, tuchtrechters en de beroepsorganisatie bij elkaar. Doel: bevindingen uit het toezicht vertalen naar praktische lessen voor kwaliteitsverbetering. Recent stond het thema fraude op de agenda. 'Eigenlijk gun ik het iedere accountant om eens een fikse fraude mee te maken.'

Irene Kramer en Véronique Stoffels*

Kenmerkend voor het platform is dat gesproken wordt over concrete, casusoverstijgende onderwerpen, die door een aantal deelnemers samen met de NBA worden voorbereid. Tijdens de voorjaarsbijeenkomst van 31 mei werd eerst ingezoomd op de rol van de accountant bij het redresseren van fraude. Vervolgens ging het over het consequent melden bij instanties, waarmee accountants invulling kunnen geven aan hun publieke taak.  Aanwezig waren vertegenwoordigers van de AFM, de Accountantskamer, de Raad voor Toezicht, de SRA, het NBA Adviescollege Beroepsreglementering, de Werkgroep Focus op Fraude en verschillende accountantsorganisaties.

Wegredeneren

Accountants proberen soms signalen voor fraude ‘weg te redeneren’.

Tijdens de bijeenkomst werd duidelijk dat aandacht voor fraude een andere manier van kijken vergt. Fraude is een belangrijk risico waarmee al in de planningsfase van de controle rekening moet worden gehouden. Dat begint al door binnen het controleteam de vraag te stellen: “Hoe zou jij hier frauderen?”. Tegelijk signaleerden de deelnemers dat er soms accountants zijn die, als er een  fraudesignaal is, proberen dit “weg te redeneren”. Zo wordt nog wel eens aangenomen dat iets niet van materieel belang is, zonder te hebben uitgezocht wat nu precies de aard en de omvang van de fraude is.

Platform Leren van toezicht 2

Laagdrempelige consultatie

Als een accountant een aanwijzing voor fraude opmerkt leidt dat tot emoties die nogal eens worden onderschat. De cliënt zit niet te wachten op problemen. En de individuele accountant kan gaan twijfelen aan zijn eigen kunnen en zich afvragen “Had ik dat niet eerder moeten zien?”. Daarom is het volgens deelnemers belangrijk dat de accountant zich voldoende gesteund voelt door de leiding van zijn of haar kantoor. Een laagdrempelige consultatie binnen dat eigen kantoor staat hierbij voorop. Accountantsorganisaties hebben al goede ervaringen met interne fraudepanels waarin regelmatig aanwijzingen van fraude worden besproken. Ook benadrukken deelnemers het belang van een goede mix van mensen in zowel fraudepanels als controleteams: niet alleen forensische experts, maar ook mensen met verstand van de klant en de sector.

Opvoedende taak

De accountant moet volgens de deelnemers niet alleen staan voor het goed inrichten van de controle, maar de cliënt ook willen behoeden voor misstanden. De accountant heeft in die zin een opvoedende taak. Bij problemen domweg afscheid nemen van een cliënt en de rotte appel doorschuiven is dan niet genoeg. Mocht het uiteindelijk toch zover komen, dan moet de opvolgende accountant zich goed laten informeren door zijn voorganger en voorwaarden stellen voordat hij of zij de nieuwe opdracht aanvaardt. Benadrukt wordt dat accountants bedreven moeten zijn in het voeren van een slechtnieuwsgesprek met de cliënt.

Behoefte aan guidance

Kantoren moeten alerter zijn op gevallen die in aanmerking komen voor een incidentenmelding bij de AFM.

Deelnemers vragen zich af of voor alle accountants duidelijk is welke vervolgstappen nodig zijn, op het moment dat ze een aanwijzing van fraude hebben. Zo staat in Standaard 4410 wel dat ook de samenstellend accountant moet handelen, maar niet hoe. Gesuggereerd wordt om hiervoor nog eens goed te kijken naar de eerder losgelaten koppeling met Standaard 240, die van toepassing is op de controlepraktijk. “Bij grotere kantoren lijkt het melden van ongebruikelijke transacties als een ‘pré’ te worden gezien, maar bij kleinere kantoren nog als een ‘min’”, aldus één van de deelnemers. Voor zulke kantoren kan een ‘beslisboom’, die de regelgeving voor meldplichten inzichtelijk maakt, behulpzaam zijn. Kantoren moeten ook alerter zijn op gevallen die in aanmerking komen voor een incidentenmelding bij de AFM.

Platform Leren van toezicht 9

Herstelplan

De controlerend accountant moet, bij een redelijk vermoeden van fraude van materieel belang ten aanzien van de financiële verantwoording, dit melden bij een opsporingsinstantie. Zo’n melding kan achterwege blijven als de cliënt een volgens de accountant toereikend herstelplan heeft. Deelnemers benadrukken dat de accountant niet alleen moet letten op de tijdspanne, maar ook op de kwaliteit van het herstelplan. Zo moet de accountant voldoende betrokken zijn bij het onderzoek naar de aard en omvang van de fraude, toegang hebben tot de rapportage en zicht hebben op de benodigde maatregelen naar aanleiding van de fraude. Een accountant moet die kunnen betrekken bij de controle en zich niet laten afschepen door een door de cliënt ingehuurde advocaat, die zich beroept op het verschoningsrecht. Ook moet worden stilgestaan bij de gevolgen voor eerder afgegeven verklaringen.

De deelnemers pleitten ervoor dat de NBA duidelijk maakt waarop accountants moeten letten bij een herstelplan. Erkend werd tegelijk dat dit vaak afhangt van de feiten en omstandigheden per geval.

Platform Leren van toezicht 6

Vervolgacties

Voor de deelnemers is evident dat accountants moeten acteren als zij tegen een aanwijzing voor fraude signaleren. De accountant heeft immers een maatschappelijke rol. “Fraudecasussen moeten we niet zien als een bedreiging, maar als een kans”, aldus een deelnemer. Een kans om te laten zien waar de accountant voor staat en het dienen van het publieke belang.

‘Fraudecasussen moeten we niet zien als een bedreiging, maar als een kans.’

De NBA gaat bezien hoe invulling kan worden gegeven aan de suggesties die tijdens de bijeenkomst werden gedaan. Zoals voor het geven van handvatten om te voldoen aan meldplichten en aandachtspunten bij herstelplannen. Ook  wordt gewerkt aan een later dit jaar te verschijnen vervolg op de in 2016 verschenen publicatie Uitglijders, die geheel gericht zal zijn op fraude. Hierin worden in ieder geval zoveel mogelijk rode én groene vlaggen genoemd, die van belang zijn voor het herkennen, redresseren en melden van (signalen van) fraude.

* Irene Kramer is secretaris van het Platform Leren van toezicht en Véronique Stoffels is projectleider Fraude bij de NBA.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.