Wim Bartels

Vanaf dit boekjaar moeten accountants een verklaring afgeven bij duurzaamheidsrapportages. Wim Bartels is bezorgd dat het beroep daarbij straks door de bomen het bos niet meer ziet.

Discussie Column

Bomen en bos

De afgelopen weken sprak ik met een hoogleraar, met iemand van de NBA, met een sustainability manager van een beursgenoteerd bedrijf en met enkele collega's van andere kantoren. Steeds ging het over hetzelfde: de accountants die doorschieten in hun assurance  van de (aankomende) ESG-rapportages en daarmee de boom doodknuffelen voordat hij tot bloei heeft kunnen komen. Wat is er aan de hand?

Zoals bekend zal de accountant vanaf dit boekjaar een beperkte mate van zekerheid moeten verstrekken bij ESG-rapportages. Er zijn vele beschouwingen gedaan en onderzoeken uitgevoerd over wat die beperkte mate betekent. In een onderzoek van de Foundation for Audit Research onder accountants liepen schattingen uiteen van 10 tot 99 procent zekerheid die gegeven zou worden met een review. Niet geheel onlogisch door de onbegrijpelijke bewoording van de conclusie en het ontbreken van een exacte definitie van de werkzaamheden. Maar er is wel consensus dat limited assurance niet zo ver moet gaan als reasonable assurance en dat het feitelijk gaat om de plausibiliteit van de gerapporteerde informatie. Met andere woorden: als ik naar de informatie heb gekeken met mijn werkzaamheden, zie ik dan iets geks of komt het mij wel aannemelijk voor?

De beoordelingsverklaring bij een jaarrekening bestaat al lange tijd en daarmee heb ik zelf lang geleden al de parallel getrokken. Wat doe je dan? Je leert het bedrijf kennen (essentieel), je wint inlichtingen in (interviews, plannen, notulen, beleid), je beoordeelt de opzet en het bestaan van processen, je sluit data aan op onderliggende registraties/administratie en je voert een cijferanalyse uit. Niet minder, maar zeker niet meer. Je doet dus geen uitgebreide testen op brondocumenten en je gaat niet de diepte in om een materialiteitsproces van voor tot achter te controleren met onderliggende documentatie. Dat is namelijk reasonable assurance en geen limited assurance.

In de praktijk gebeurt het helaas juist wel dat accountants een reasonable assurance benadering kiezen. Accountants die teruggaan tot onderliggende antwoorden van stakeholders op een survey over de materiële onderwerpen – echt meegemaakt. Maar wat is nu het probleem? Liever te veel dan te weinig gedaan, toch?

Ik maak me ernstig zorgen dat we onszelf als beroepsgroep geen plezier doen als we deze lijn doorzetten. Allereerst loopt het aanbod van accountants niet over. Ik meen te begrijpen dat er feitelijk een tekort is. Als er dan een aanvullende 20-30 procent werk wordt ingeschat door accountantskantoren, dan zijn we er dus bij gebaat genoeg maar niet teveel te doen met deze extra taak. Kunnen we nog meer werkdruk op alle collega's gebruiken?

Ten tweede lopen we het risico dat we straks alle bomen hebben gezien, behalve het bos. Waar dit veld voor veel accountants nieuw is, is het riskant om diep het bos in te gaan als je nog geen goed overzicht hebt van het bos als geheel. Zoals je geschiedenis niet leert door te beginnen bij het jaar 2 en dan jaar na jaar doorneemt, maar je het eerst opdeelt in perioden om het overzicht te krijgen. Door te vroeg te diep te gaan, mis je het grote plaatje – en dat is pas echt riskant.

Ten slotte is het niet bepaald goed voor de (toch al niet denderende) reputatie van onze beroepsgroep als we te vroeg iedere individuele boom bekijken zonder eerst het bos te verkennen. "Het nieuwe businessmodel voor accountants", "Ik was een week bezig om allerlei documentatie op te leveren over het materialiteitsproces, terwijl we het op alle niveaus in de organisatie hebben besproken en ons overigens al twintig jaar bezighouden met duurzaamheid", "Dit helpt toch niet aan de verandering die we nodig hebben": het zijn maar een paar van de quotes die ik de afgelopen tijd heb gehoord.

Nou en? Nou, allereerst is het misschien wel goed om ons begrip van de complexiteit van de verandering te tonen en bedrijven dus (enige) tijd gunnen om goed te implementeren. Ik heb begrepen dat dat ook het uitgangspunt van de toezichthouder zal zijn. Uiteraard wel met alle aandacht voor transparantie.
Minstens zo belangrijk is dat dit tot zodanige weerstand kan leiden bij gecontroleerde bedrijven dat de reactie is om in compliance te vervallen, om de accountant maar van de nek te houden. Weg mogelijkheid om met feedback en kennis bij te dragen aan de verandering waar het echt om gaat.
En, ten slotte, de Nederlandse overheid heeft de deur nog niet helemaal dichtgegooid om in de toekomst ook andere assurance providers toe te laten tot de markt. Ik weet uit ervaring dat die een andere kwaliteit leveren, maar ook beter in staat zijn om niet te diep te gaan.

Dus? Sommigen zeggen dat dit lijkt op de SOX-implementatie. Daar gingen we eerst ook over the top, waarna we het meer in balans hebben gebracht. Kan zijn, maar waarom zouden we een gemaakte fout nog een keer maken?

Ik vind en hoop dat we zo snel mogelijk om de tafel zitten met alle partijen om af te stemmen wat de juiste diepgang is en zoveel mogelijk te profiteren van de enorme kennis en kunde die wij als accountants hebben. Zodat het bos snel en gezond kan groeien. Het zou fantastisch zijn als de NBA of bijvoorbeeld de SER dat oppakt.

Wat vindt u van deze column?

Reageer

Wim Bartels is Senior Sustainability Partner bij Deloitte.

Gerelateerd

reacties

Reageer op dit artikel

Spelregels debat

    Aanmelden nieuwsbrief

    Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

    Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.