Positiviteit uitstralen over het accountantsberoep is prima. Maar als het gaat om het proces en het voeren van een goed en intensief debat, is solide onderbouwing van belang, aldus Marcel Pheijffer.
Discussie ColumnAudithervorming vergt meer dan een proces en goed gesprek
Berry Wammes komt in komkommertijd met een lijvig epistel over audithervorming. Ik lees dergelijke stukken vanuit de NBA altijd welwillend en met een open mind. Probeer er het positieve uit te halen. Laat ik daar dan ook maar eens mee beginnen:
Ja, er is in Nederland sedert de start in 2014 van het door de politiek afgedwongen hervormingsproces vooruitgang geboekt.
Ja, er vertrok een fors aantal partners bij de grote kantoren.
Ja, er is door leidinggevenden binnen de kantoren ingezet op een meer kwaliteitsgerichte cultuur.
Ja, de geluiden vanuit de AFM zijn positiever dan in het verleden.
Ja, het is terecht dat Berry Wammes stelt dat er geen pas op de plaats moet worden gemaakt.
En natuurlijk heeft Berry Wammes gelijk dat een goed proces en een intensief debat bijdragen aan succes. Zeker indien we daarbij slagen in het helder definiëren van beoogde uitkomsten en het meten daarvan.
Maar als ik kritischer naar deze - op zich positieve - opmerkingen kijk, bezie ik het epistel minder zonnig. Want het zou pas verrassend zijn indien we na ruim zeven jaar hervormen het succes van de eerste vier bullet points niet zouden kunnen noteren. Gegeven waar het beroep stond en in het perspectief dat het om afgedwongen hervormingen gaat, is de mate van succes in deze dan ook relatief.
De opmerkingen van Berry Wammes over het proces, het debat, de beoogde uitkomsten en meetbaarheid zijn zodanig algemeen, dat je het daarmee niet oneens kan zijn. De vraag is echter: zijn het proces en debat goed genoeg georganiseerd? Wat doet de NBA en wat doen de kantoren aan succesdefinitie en meetbaarheid? Daar valt het nodige over te zeggen, maar dat parkeer ik nu maar even grotendeels.
Al met al vind ik de bijdrage van Berry Wammes weinig overtuigend. Zo roemt hij enerzijds de snelheid van wet- en regelgevers: van de in totaal 105 maatregelen zouden er bijna negentig zijn ingevoerd, in voorbereiding verkeren dan wel serieus worden overwogen. Anderzijds noemt hij het wetgevingsproces in Nederland "weinig robuust" en levert hij kritiek op de Tweede Kamer.
Maar los van deze inconsistentie wordt door hem voorbijgegaan aan het feit dat ten aanzien van de zwaardere verbeteringsvoorstellen nauwelijks vooruitgang is geboekt, danwel dat deze door de sector worden genegeerd. Bijvoorbeeld ten aanzien van het business- en verdienmodel van de grote kantoren en financiële aspecten (buffervermogen en ring fencing), maar ook ten aanzien van maatschappelijk uiterst relevante onderwerpen zoals geheimhouding, fraude en discontinuïteit. Of de onderwerpen die de organisatie van de NBA betreffen. Prima om het ten aanzien van dit soort onderwerpen oneens te zijn met verbeteringsvoorstellen, maar juist ten aanzien van dergelijke onderwerpen is er nimmer sprake geweest van een deugdelijk proces en debat, laat staan van een evenwichtige uitwisseling van argumenten.
Een andere inconsistentie in de bijdrage van Berry Wammes betreft het feit dat hij enerzijds stelt dat het criterium 'uitblijven van affaires' wat hem betreft "onbevredigend" is. Anderzijds stelt hij juist ter ondersteuning van zijn betoog, dat de sector de goede kant op beweegt omdat "zich in Nederland na 2015 weinig grote affaires" hebben voorgedaan.
Los van deze inconsistentie: na 2015 zijn er wel degelijk Nederlandse affaires geweest waarbij kritische vragen over de rol van accountants zijn gesteld. Bijvoorbeeld in het kader van de compliancegebreken bij achtereenvolgens Rabobank, ING en ABN-Amro. Wat was daar de waarde van de handtekening van de accountant inzake de interne controlemaatregelen van deze concerns? En wat te denken van corruptie-affaires bij bijvoorbeeld Damen Shipyards, IHC en SHV? En klagen curatoren de laatste jaren niet steeds vaker over de handelwijze van de accountant in de periode voor een faillissement? Kreeg Baker Tilly Berk na 2015 niet juist een boete opgelegd van de AFM en werd EY juist niet als verdachte aangemerkt inzake het niet melden van mogelijke witwastransacties?
En wat te denken van de Steinhoff-kwestie? Zonder de naam daarvan te noemen, wil Berry Wammes (terecht) leren van een dergelijke kwestie. Maar hoe kijkt hij aan tegen het feit dat de NBA-voorzitter in de periode van voor zijn uitverkiezing tot recent de handelwijze van zijn kantoor in deze kwestie heeft verdedigd, terwijl de tuchtrechter daarmee juist korte metten maakt? Staat de NBA-voorzitter het leren van een dergelijke kwestie niet danig in de weg? Bij zijn uitverkiezing reageerde hij fel op vragen over de Steinhoff-kwestie. Voorts benadrukte hij toentertijd "de zorgvuldige cliëntacceptatie binnen Deloitte" en stelde hij: "Jammer dat er soms al geoordeeld wordt over zaken voordat de casus duidelijk is." Dat was in 2017. In 2021 verklaarde de Accountantskamer alle klachtonderdelen die in deze door de AFM zijn ingediend gegrond.
Voorts verwijst Berry Wammes in zijn betoog naar buitenlandse affaires. In het kader van onder meer deze affaires stelt hij: "Ik zie niet goed hoe deze affaires een bewijs moeten vormen voor de al dan niet vermeende gebreken van vandaag de dag." Hier belanden we bij een belangrijk punt: hoe vorderen de hervormingen in het buitenland? Positief is dat we kunnen vaststellen dat de hervormingen in ons land vooroplopen ten opzichte van vrijwel alle andere landen. Echter niet omdat het accountantsberoep alhier zelf het voortouw heeft genomen, maar louter onder druk van buitenaf. Dat feit relativeert de voorsprong.
Recente kwesties zoals Imtech, Steinhoff en Wirecard laten zien wat het belang is van een goede uitvoering van groepscontroles (ex NV COS 600). Bij internationale concerns dient de groepsaccountant te steunen op werkzaamheden van component-accountants. Maar de groepsaccountant dient ook kritisch te zijn op de werkzaamheden van zijn collega's in andere landen. Recente tuchtuitspraken (Imtech en Steinhoff) laten zien dat het hier weleens misgaat.
Mijn punt is: als het gaat om audithervorming is er meer nodig dan nationaal handelen. De internationale kwesties zijn daarom wel degelijk van belang voor discussies in Nederland. Zeker als daaraan wordt bijgedragen door de beroepsorganisaties of door vertegenwoordigers van de grote, internationaal opererende accountantsorganisaties. Zij moeten de meerwaarde van het internationale netwerk waarvan zij deel uitmaken niet alleen prijzen in het kader van opdrachten die zij uitvoeren of binnen willen halen. Zij zijn pas serieus te nemen als zij ook (mede)verantwoordelijkheid tonen voor de misstappen van hun buitenlandse collega's in datzelfde netwerk en zij binnen dat netwerk borgen dat wereldwijd hervormingen plaatsvinden.
Ik begrijp best dat vertegenwoordigers van de beroepsorganisatie en bestuurders van accountantsorganisaties bij voorkeur positiviteit uitstralen. Tot op zekere hoogte hoort dat ook bij de rol die zij vervullen. Met hen zie ik 'licht in de tunnel'. Echter: juist waar wordt gewezen op het proces, een goed gesprek en intensief debat, is het van belang om met een solide onderbouwing te komen. Dat maakt een bijdrage realistisch, gefundeerd en geloofwaardig(er).
Ik sluit positief af: Berry Wammes stelt terecht de vraag hoe beroep en samenleving uit de "verlammende houdgreep" komen. Wij delen de ambitie bij te dragen aan het zoeken naar een antwoord op die vraag. Het past bij het proces, debat en gesprek om elkaar dan scherp te houden. Immers: aan het botsen der meningen ontspringt de waarheid. Het is dan ook nuttig en noodzakelijk dat de directeur van de NBA daaraan bijdraagt en dat dit platform er is om op elkaar te reageren teneinde vooruitgang te boeken.
Wat vindt u van deze column?
ReageerGerelateerd
Meer krassen, meer moed
Het accountantsberoep is niet gewend om het open gesprek te voeren over fouten en leert er daarom niet van. Berry Wammes gunt accountants 'in het veld' en ook bestuurders...
Waar maak jij je druk om?
Waarom spreken zo weinigen binnen het accountantsberoep zich uit, vraagt Pieter de Kok zich af. Het beroep zou gebaat zijn bij meer tegengeluid, boosheid en compassie.
Verbeterplan accountantssector is tien jaar oud
Precies tien jaar geleden, op 25 september 2014, bood de accountantssector aan de politiek het verbeterplan 'In het publiek belang' aan. Dat plan moest zorgen voor...
ICAEW: dertig procent Britse audits is nog onder de maat
Volgens de Britse beroepsorganisatie van accountants ICAEW is ruim zeventig procent van de getoetste audits goed of acceptabel. Bijna dertig procent voldoet nog...
Brits PwC wil medewerkers vaker op kantoor zien
De Britse PwC-organisatie heeft via een memo de 26.000 werknemers gemeld dat de organisatie een strenger hybride beleid gaat voeren als het gaat om kantoorbezoek....