Ook accountancystudenten krijgen steeds meer problemen met het breder lezen dan alleen studieboeken. Dat leidt tot geestelijke armoe, aldus Margreeth Kloppenburg.
Discussie ColumnLezen met paarden
Een Busy Season-Clubhouse sessie had recent als thema Outside-in. Een thema waarmee ik me wel verbonden voel. Het ging onder meer over jonge accountants die de krant nauwelijks lezen. Daarbij werd niet gedoeld op recente berichten over de NBA (er ontsnapte mij wederom een zeer diepe zucht, omdat het allemaal zo ontzettend afleidt van de inhoud), maar wel over hoe je kennis neemt van ontwikkelingen in sectoren waar accountants bij betrokken zijn.
En de vraag kwam aan de orde: wat kunnen we aan ontlezing doen? Een heel goede vraag.
Het raakte mij ook vanwege het project rond het kennisplatform Auditpedia. Met dat platform willen we accountancystudenten (en anderen ook natuurlijk) helpen bredere informatie rond het vak tot zich te nemen en vooral ook zelf bij te dragen. In het beste geval brengen we daar namelijk kennis bijeen, aantrekkelijk gepresenteerd, die studenten (en anderen) verleidt om zich verder te verdiepen. Stapstenen (in het Engels klinkt het beter, geef ik toe) naar bijvoorbeeld verhalen over de beroepsgeschiedenis, of achtergronden bij het ontstaan van gedragscodes. Waarbij dat presenteren niet enkel via geschreven tekst hoeft te gaan trouwens. Er zijn meer wegen die naar Rome leiden op dit punt. De enkele kritische noot die ik tot nu toe op het project kreeg was: zo maak je het studenten wel heel gemakkelijk! Tsja. Iets met "get off your high horse" schiet dan wel door mijn hoofd.
Kijk, dit is er gaande. Nederlandse leerlingen (vijftienjarigen) dalen met hun leesprestaties zeer consistent de ladder der zalige onwetendheid steeds verder af, in vergelijking met andere landen. Ook beleven Nederlandse leerlingen het minste leesplezier: ze lezen omdat het moet, of omdat ze iets moeten weten. En - ook inzichtelijk - ze ervaren niet dat docenten hun leesplezier stimuleren. Ze worden niet aangemoedigd hun eigen mening te verwoorden naar aanleiding van wat ze lezen en worden ook niet aan de hand genomen om verhalen tot zich te nemen. Dat is simpelweg te veel 'niet' zo achter elkaar.
Gelukkig gaan er ook zaken heus wel goed: zo scoren Nederlandse leerlingen beter op kennis van leesstrategieën en zijn ze daarmee behoorlijk op niveau in het beoordelen van de betrouwbaarheid van informatie. Best belangrijk, uw beroep indachtig. Ook zijn ze kampioen e-mails lezen en chatten (onderzoek Programme for international student assessment, PISA, 2018).
In mijn hoofd ontstaat dan het beeld van een vrij (opgewekte, want ze zijn zeer gelukkig) berekenende leerling, die snel scant welke informatie oké en nuttig (geliefd woord trouwens binnen jullie sector) is om te gebruiken. En dan weer gezellig doorgaat met lekker e-mailen en chatten. Ook belangrijk natuurlijk.
Want voor alle helderheid: ik vergeef het de jeugd ter plekke. Het is aan ons (en dat zijn niet alleen docenten) om jongeren te stimuleren zich breder in de wereld te oriënteren, ook al geven ze nog zoveel signalen af dat ze dat niet willen. De krant, of andere bronnen met actuele ontwikkelingen, dat wat er verder om je heen gebeurt waarvan je niet ogenblikkelijk de relevantie herkent, maar waarbij kwartjes soms wat later vallen; zonder stimulans blijft het, bij een te groot deel, anders ongetraind.
Het betekent dat beroepen, zoals die van accountant, te maken gaan krijgen met een instroom die "omdat ze goed zijn met cijfers", in toenemende mate problemen krijgt met breder lezen dan enkel het studieboek voor het tentamen ("moeten we dit weten voor de toets?"). Dat is een versmalling van de geest en leidt tot geestelijke armoe. En ook achteruitgang als het gaat om woordenschat, genuanceerd formuleren, kritisch denken, kennisnemen van de wereld om je heen en je verplaatsen in een ander.
Investeer daarom in goed en vooral aantrekkelijk materiaal. Kom de studenten daarin tegemoet en breng ze zo verder naar de originele bronnen. Dat kunnen ze natuurlijk prima aan, er mankeert helemaal niets aan die breinen, en een paadje helpt. Of om nog even naar het paard terug te keren: je kunt een paard prima naar het water leiden, het zal nog steeds zelf moeten drinken.