Controle

Moeten we de mythe van een foutloze controle loslaten?

Het accountantsberoep heeft in Den Haag minder invloed dan gehoopt, terwijl er door die Haagse bemoeienis steeds meer zand in de motor van het beroep lijkt te komen. Tijd voor een heldere discussie.

Jan-Willem Wits

"Hoewel het accountancydossier controversieel is en het kabinet demissionair, heeft minister Hoekstra van Financiën toch alvast een voorstel voor de Wet toekomst accountancysector ter consultatie gepubliceerd”, meldde deze site wat grommig over het pakket aan voorgenomen maatregelen dat onlangs op de mat viel. In die toonzetting klonk het recente pleidooi van scheidend EY-topman Coen Boogaart door, om de sector nu wat rust te gunnen. Het probleem is alleen dat de politiek en de publieke opinie nieuwe hervormingen allerminst als iets controversieels zien, maar als bittere noodzaak. Een beschouwing in vijf bedrijven.

Vraagteken businessman 900x590

De sector heeft in Den Haag weinig bondgenoten

Het valt mij (na meer dan twintig jaar accountancy-ervaring) op dat de sector steevast overschat hoeveel steun er in politiek Den Haag is voor het verzet tegen veranderingen. Oud-minister en PvdA-leider Wouter Bos heeft weleens zijn 'economische theorie' van het politiek bedrijven uitgelegd. In vrijwel ieder debat gaat het om een strijd tussen politici die iets willen veranderen en politici die zich daartegen verzetten. De uitkomst van zo'n debat wordt in hoge mate bepaald door het belang dat een politicus heeft bij verandering dan wel het tegenaan ervan. En het belang om hervormingen binnen de accountancysector tegen te houden is voor de meeste politieke partijen heel beperkt.

'Het belang om hervormingen binnen de accountancysector tegen te houden is voor de meeste politieke partijen heel beperkt.'

Dat zag je bijvoorbeeld terug bij de politieke discussie in 2012 over de nieuwe Wet op het accountantsberoep, met name bij de voorstellen van het toenmalige Kamerlid Plasterk rond verplichte kantoorroulatie en het verbod op advieswerk bij controlecliënten. Dat was een belangrijk punt voor de PvdA, die zich na de kredietcrisis wilde profileren met een nieuw evenwicht tussen een vrije markt en een sturende overheid. De NBA bleef tot aan de stemming in de Eerste Kamer overtuigd dat er steun van met name VVD en CDA (inclusief de toenmalige minister van Financiën, Jan Kees de Jager) zou komen om dit tegen te houden. Maar Plasterk kreeg zijn voorstellen door de Kamers. Niet omdat de VVD en het CDA het met zijn visie eens waren maar, kort door de bocht, omdat het hun niet zo veel kon schelen en het politieke belang van Plasterk om zijn punten te scoren groter was dan het verzet van CDA en VVD om een beroepsgroep te hulp te schieten waar geen kiezer wakker van ligt. Ook VNO-NCW wil de accountancysector soms best te hulp schieten. Maar wanneer er hoge prioriteiten aan de orde zijn, blijkt dat al snel de steun van een papieren tijger.

Het is mede vanwege dit politieke krachtenspel dat de minister van Financiën doorgaans meer waarde hecht aan de vaak kritische geluiden van een AFM, kwartiermakers of invloedrijke opinieleiders zoals Marcel Pheijffer, dan aan de 'tegenlobby' van de NBA. Ook in de Tweede en Eerste Kamer hoeft de sector op weinig bondgenoten te rekenen. Nu minister Hoekstra met nieuwe voorstellen gaat leuren, is de kans groot dat deze zonder enige politieke rimpeling in de Staatscourant terecht komen.

Incidenten zíjn beeldbepalend

In de sector wordt vaak geklaagd dat politici zich bij hun dadendrang om nieuwe spelregels in te voeren te veel laten leiden door incidenten. Accountants tekenen jaarlijks ontiegelijk veel verklaringen af, klinkt het dan. Bovendien gebeurt er achter de schermen, vóórdat de accountant haar of zijn handtekening zet, veel meer aan correcties dan de buitenwereld denkt. En in 95 procent van de gevallen gaat dat ook helemaal goed. Wie van ons verwacht dat er nooit iets fout gaat, overschat wat wij waar kunnen maken, bracht Boogaart langs deze lijn in zijn afscheidsinterview naar voren.

Op zich is het best uit te leggen dat accountants nu eenmaal mensen zijn en geen machines, dat controles altijd worden bepaald en beperkt door de beschikbare capaciteit aan mensen en uren en dat je kansloos bent bij onverwachte factoren, zoals een frauderende directie die willens en wetens de accountant op het verkeerde been zet.
Maar wanneer je dan naar recente 'boekhoudschandalen' kijkt, zoals Wirecard en Steinhoff, dan gaat het niet mis op uiterst complexe zaken, maar lijkt het nog gewoon te schorten aan de basisuitgangspunten voor een gedegen accountantscontrole. Dat ondermijnt ieder maatschappelijk vertrouwen dat de sector op eigen kracht in staat is om goed werk te leveren.

Neem Steinhoff, waar volgens de Accountantskamer twee dubieuze transacties van ieder zo'n vijfhonderd miljoen euro (!) bij de controlerend accountant niet tot extra kritische vragen leidden. Ook de OKB'er sloeg kennelijk geen alarm. Wanneer je dat als een incident wegwuift, neem je je eigen beroep niet serieus. Bij de controle op Wirecard lijkt het eveneens in de basis fout te zijn gegaan: de controlerend accountant verzamelde geen zelfstandige controle-informatie en voer blind op mondelinge informatie van het management. Dat is zakken voor je eerstejaarstentamen. Alleen werd in dit geval twee miljard euro (!) in de boekhouding over het hoofd gezien.

Wanneer het in de beeldvorming - ook al is het op incidentele basis - nog zo fout kan gaan, word je ook wel wat moedeloos. Niet alleen rondom de interne kwaliteitsbeheersing die kennelijk niet in staat is om aan te slaan op wat voor de buitenwereld beginnersfouten lijken, maar ook op de 'controle op de controleurs'. Want wat moeten we nou nog met de AFM-rapportage uit 2020 dat de big four de kwaliteit prima op orde hebben, terwijl bij tenminste één van die accountantsorganisaties grove fouten onopgemerkt bleven? En hoe waakzaam is de AFM eigenlijk geweest toen Steinhoff noodgedwongen een Nederlandse accountant kreeg omdat de Zuid-Afrikaanse meubelgigant koos voor een postadres in Amsterdam, terwijl het zwaartepunt van alle economische activiteiten buiten ons land lag en de groepsaccountant dus per definitie moest vertrouwen op het werk van andere accountants in het buitenland? Had de AFM daar niet vanaf dag één bovenop moeten zitten?

'Ondanks de grote progressie die de sector de afgelopen jaren heeft gemaakt, blijkt het nog steeds mogelijk dat incidenten voorkomen die al het opgebouwde vertrouwen in één klap onderuithalen.'

Ondanks de grote progressie die de sector de afgelopen jaren volgens vriend en vijand heeft gemaakt, blijkt het dus nog steeds mogelijk dat incidenten voorkomen die al het opgebouwde vertrouwen in één klap onderuithalen. Daardoor komt ook de vraag naar voren of accountants, maar ook de politiek en de toezichthouder, de afgelopen jaren wel aan de goede knoppen hebben gedraaid. Het handhaven van de status quo is geen optie, wanneer een bewindspersoon het politieke verwijt aan ziet komen dat hij niet heeft ingegrepen.

Haagse rusteloosheid zorgt voor zand in de motor

Dat de leiders van de sector geïrriteerd raken door de rusteloosheid van Den Haag en de voortdurende drang om met nieuwe maatregelen te komen, is niettemin best te begrijpen. Niet per se omdat de boel goed op orde is, wat spraakmakende incidenten tegen lijken te spreken, maar omdat er steeds meer zand in de motor dreigt te komen.

Van cfo's en andere financials hoor ik vaak een vrij consistent beeld over het optreden van de controlerend accountant. In de afgelopen jaren is - in hun beleving - de accountant steeds bureaucratischer, trager en meer risicomijdend geworden. Bij ieder onbenullig puntje moet er gebeld worden met 'compliance' en er wordt voortdurend gevraagd om schriftelijke vastleggingen, hoor ik als collectieve klacht. Dat leidt ertoe dat de controle steeds langer duurt, terwijl de jaarrekening al maandenlang in de steigers staat. Ook buitenlandse hoofdkantoren klagen dat de Nederlandse accountant zo lang aarzelt. Waarom wordt er niet meer vertrouwd op een stevig doorgelichte AO/IC en moet ieder jaar opnieuw alles worden afgevinkt en bediscussieerd?

'Wanneer de wetgever de sleutel voor 'de foutloze controle' heeft gevonden, maar er niemand meer is om die controle uit te voeren, schieten we onszelf ook in de voet.'

Sommigen zullen misschien menen dat dit alleen maar bewijst dat controlerend accountants terecht meer op afstand van hun opdrachtgevers staan dan in het verleden en zich meer laten leiden door het publiek belang van een onafhankelijke en kritische controle. Toch is er ook een belang dat irritatie niet omslaat in wantrouwen en tegenwerking, de doorlooptijd van een controle niet eindeloos wordt opgerekt en (daardoor) de kosten van een accountantscontrole betaalbaar en verantwoord blijven.
Bovendien zijn er terechte zorgen onder accountantsorganisaties over de aantrekkelijkheid van het beroep, wanneer iedere professionele ruimte steeds meer wordt dichtgemetseld in betonnen complianceregels. Wanneer de wetgever de sleutel voor 'de foutloze controle' heeft gevonden, maar er niemand meer is om die controle uit te voeren, schieten we onszelf ook in de voet.

Toegevoegde waarde bewijzen

Als de politiek met nieuwe maatregelen komt, zoals minister Hoekstra nu in het vooruitzicht heeft gesteld, ligt er daarom wel een 'bewijslast' bij de beleidsmakers om aan te geven waar nu precies de toegevoegde waarde zit voor de kwaliteit van accountantscontroles - want dat moet toch steeds het uitgangspunt zijn. Bij het setje dat Hoekstra nu heeft gepresenteerd, zie ik dat persoonlijk niet meteen.

Neem de verplichte RvC voor veel meer accountantsorganisaties. Moeten we dan niet eerst beginnen met een evaluatie van de RvC's zoals die de afgelopen jaren bij de big four en sommige andere kantoren hebben gefunctioneerd? Hebben we bijvoorbeeld iets gehoord van de RvC van Deloitte naar aanleiding van Steinhoff? Het meeste rumoer lijkt nog te hebben plaatsgevonden bij Flynth, waar volgens de media een grote clash plaatsvond tussen het bestuur en de commissarissen. Maar wat daar precies aan de hand is, blijft tot op de dag van vandaag onhelder. De website van Flynth houdt het bij de mededeling "Op dit moment wordt er bij Flynth gewerkt aan het samenstellen van een nieuwe raad van commissarissen". Wat schieten we als maatschappelijk verkeer op met nog meer RvC’s, wanneer er geen enkele verplichting bestaat om transparant te zijn over lopende discussies en slaande ruzies, met name wanneer de kwaliteitsbeheersing in het geding is?

Ook de mogelijkheid om een accountantsorganisatie te verplichten om de controle te doen bij een bedrijf dat geen accountant kan vinden, roept allerlei vragen op. Hoe verhoudt zo'n 'moetje' zich tot de onafhankelijkheidsregels die iedere accountant in acht dient te nemen? Kan een accountant met gegronde reden afscheid nemen van een verplichte controlecliënt, bijvoorbeeld vanwege grote twijfels bij de betrouwbaarheid van de AO/IC, of moet je dan toch aanblijven? En hoe zit het met het risico op tuchtrechtelijke verwijten en aansprakelijkheidsrisico's? Mag je straks bij de Accountantskamer stellen dat je ook niet op deze rammelende en rommelende controlecliënt zat te wachten?

Van verwachtingenmanagement naar een heldere discussie

Het is een illusie dat steeds maar nieuwe experimenten, een schroefje hier en een moertje daar, op gaan leveren wat er kennelijk in het maatschappelijk verkeer van accountants wordt verwacht. Dan is het beter om inderdaad een pas op de plaats te maken en de sector de tijd te geven om aan de slag te gaan met het implementeren van wat er nu al ligt. Wanneer de politiek en de publieke opinie daar geen genoegen mee nemen, is het enige alternatief om maar eens radicaal te doordenken wat we nu precies van accountants verwachten en te onderzoeken of en hoe we dat voor elkaar kunnen krijgen.

'Wanneer we de verwachtingskloof tussen de accountancysector en het maatschappelijk verkeer niet weten te dichten, dan blijft het dweilen met de kraan open.'

Daar kan best uitkomen dat we niet mogen rusten totdat spraakmakende incidenten zoals Steinhoff en Wirecard gewoon niet meer plaatsvinden. Of - als andere uiterste - dat we ons zullen moeten neerleggen bij bepaalde risico's, ook wanneer we accountantscontroles nog enigszins betaalbaar en behapbaar willen houden. Misschien moeten we zelfs wel helemaal af van de verplichte accountantscontrole, zoals al enkele jaren wordt bepleit, en moeten accountants hun publieke opdracht teruggeven.
Dan hebben we in ieder geval helderheid in een discussie die nu te veel door prutsen, poetsen en proberen wordt bepaald en blijven we sleutelen aan een motor die steeds stroever gaat functioneren. Wanneer we - linksom of rechtsom - de verwachtingskloof tussen de accountancysector en het maatschappelijk verkeer niet weten te dichten, dan blijft het dweilen met de kraan open.

Jan-Willem Wits is zelfstandig communicatieadviseur en werkt onder andere voor uiteenlopende opdrachtgevers in de accountancy.

Gerelateerd

22 reacties

G Timmerman

Vertrouwen komt te voet en gaat te paard. Een bijna vergeten spreekwoord? Zelfs een accountant maakt fouten ook la is dat niet goed (te praten). Begin dus gewoon maar met die grote broek uit te doen en stop met het wekken van verwachtingen die je -als beroeper en beroepsgroep- niet waar kunt maken. Zoals bv het tijdig afgeven van de Corona verklaringen.

Ron Heinen

Wat wetenschappelijk onderzoek bij dit artikel is bijvoorbeeld:

https://www.emerald.com/insight/content/doi/10.1108/MAJ-02-2016-1321/full/html

https://papers.ssrn.com/sol3/papers.cfm?abstract_id=3828884

Conclusies:

1. Meer consultancy activiteiten van de Big4 verlagen de audit kwaliteit van de Big4.

2. De Big4 doen het slechter bij audits dan de niet-Big4.

Ron Heinen

Sinds de opkomst van de personal computer en internet is er de laatste decennia een digitale revolutie waar accountants ook onderdeel van zijn.

Dit brengt met zich mee dat er ook steeds meer tips over (opzettelijke) fouten in financiele administraties en rapportages worden ontdekt buiten de accountants controle.

Een recente voorbeeld is de hoeveelheid tips welke de Bafin (= De Duitse AFM) hierover krijgt.

Bovenstaande ontwikkelingen zullen resulteren in toenemende druk van buitenaf op de accountancy om fouten in de controle te minimaliseren.

Foutloze controle is en blijft echter een mythe.

Rik Blijham

@ Jaap:
Accountantscontrole is in het leven geroepen omdat ondernemingen niet altijd de verleiding kunnen weerstaan misleidende informatie te verstrekken. Juist bij die ondernemingen zullen accountants tegenwerking ondervinden. Het is een belangrijk onderdeel van de taak van de accountant om die druk te weerstaan. De blaam verleggen naar gecontroleerden zal weinig opleveren.

Jaap Nienhuis

De term lowballing heb ik verkeerd gebruikt. Het gaat juist om de situatie waarin de 'auditee' te scherp heeft onderhandeld en het aantal controle-uren/het controlebudget te zeer is gereduceerd.

Ontmythologiseren loont!

Jaap Nienhuis

@Jan Bouwens

Naar aanleiding uw FD-artikel van een week geleden, breng ik graag onder de aandacht: "Les comportements de l'audité affectant la qualité de l'audit: Une étude sur le marché Francais", door prof. Riadh Manita (Archive ouverte HAL).

Ook al dateert dit niet-participatieve onderzoek van een decennium terug, toch is het nog altijd relevant en het heeft een opzet die voor Nederland herhaald kan worden.

Het onderscheid factoren die te wijten zijn aan de 'auditee' die de kwaliteit van een controleopdracht onder druk zetten. Lowballing, te korte doorlooptijd door vertragingen bij de 'auditee', een hermetische geslotenheid van het bedrijf tegenover het controleteam, expres onderling een dialect spreken dat de assistent-accountant niet begrijpt, obstructie plegen als er om toelichtingen wordt gevraagd, chantage "als ...., dan gaat mijn bedrijf eraan en dan verliezen mensen hun b(est)aan." Jonge assistenten dreigen met vragen om een andere samenstelling van het controleteam etc. Ook staat er in het artikel dat er voor 'commissaires aux comptes' een staffel van toepassing is, een wettelijk bepaald 'barême: afhankelijk van enkele citeria moet het het aantal controle-uren zich in princior binnen een vast interval bewegen.

De paper is Franstalig; echter veel verwijzingen naar Engelstalige bronnen.



Jaap Nienhuis

Ontmythologisen loont!

'Risk disclosure and firm operational efficiency' is de titel van een 2021 verschenen research paper (Riadh Manita e.a.). Het gaat om een onderzoek onder de aan de Parise beurs genoteerde SBF 120-indexbedrijven over de periode 2007 -2015.

Puntig én selectief haal ik uit het abstract aan: "The emperical results show a statistically significant positive relation between risk disclosure and operational efficiency, suggesting that firms with greater risk disclosure are seen by stakeholders as more credible and trusworthy, leading them to conduct better transactions and consequently, to improve their operatinol efficiency. This result is consistant with the notion that stakeholders perceive transparent firms positively, particularly those revealing bad news."

Zou wat hier gevonden is voor gecontroleerde bedrijven (auditees), niet ook onverkort gelden voor auditors?

P.S.: Zie vooral de integrale paper.

Rik Blijham

@ Jan B., dat er van de 1.200 OOB controles hoogstens één keer in de twee jaar iets flink fout gaat zegt niet zoveel. We zouden dan eerst moeten weten hoeveel van die 2 x 1.200 jaarrekeningen fouten van de orde Imtech/Steinhoff/Wirecard bevatten.
De relevante vraag luidt: hoeveel door accountant ontdekte misslagen van soortgelijke orde staan tegenover die missers. Ik heb het niet onderzocht maar we horen er niet heel veel over. Mijn positieve mensbeeld zegt met dat er niet zo heel veel van dergelijke jaarrekeningen aan accountants ter controle worden aangeboden. Maar naarmate er minder van die jaarrekeningen zijn worden de missers wel steeds vervelender.

Dat verflaag over verflaag aanbrengen zinloos is ben ik geheel met je eens. Ik begrijp eerlijk gezegd niet zo goed waarom nog altijd gemeend wordt dat met het stapelen van maatregelen het vertrouwen terug gewonnen kan worden. Nu komen de controlekwaliteitsindicatoren er weer aan. De esoterische afkorting (aqi) ontbreekt uiteraard niet. De kwartiermakers hebben er tien opgesteld; te voorzien valt dat het bij die tien niet zal blijven. Geen wonder dat accountants als steeds bureaucratischer ervaren worden.

Marcel wees vorige week in zijn bijdrage in het FD terloops op de verkeerde setting van de accountantscontrole: een wettelijke taak in een (te) commerciële omgeving. Mij dunkt dat we beter die setting aan kunnen pakken. Door de wettelijke taak uit de commerciële omgeving te halen of (mijn voorkeur) werk te maken van de suggestie die Jan-Willem noemt: de wettelijke controleplicht afschaffen.

Zolang we die setting niet veranderen blijft het schilderwerk doorgaan en daarmee de discussies over het beroep. Je gunt het controlerend accountants inderdaad dat ze daar een keer van verlost worden.

Marius Gerrits

Ik kan me voorstellen dat de kritiek na een aantal jaren gaat vervelen. In het begin werd deze gewoon terzijde geschoven, maar dat kan al een tijdje niet meer. Dan maar wijzen op wat er wel goed gaat.
Het probleem zit , in mijn observatie, in de wens van met name de grote kantoren om het probleem te beheersen. Zorg dat je meepraters in het bestuur van de NBA krijgt en zorg voor een front.
Ik heb ook een opleiding accountancy gevolgd en de fouten die je ziet zijn meestal op te lossen door de lestof (Starreveld etc.) toe te passen.
Maar zodra men voor een groot kantoor gaat werken moeten die lessen overboord. Ik heb notabene op de cursus 'rechte rug' een collega horen praten dat er bij een klant al jaren systematisch slecht werk wordt afgeleverd, maar dat hij z'n carriere wel kon vergeten als hij dit te berde bracht.
Zolang de besturen van de grote kantoren blijven vasthouden aan de status quo zal er niets veranderen.

Marcel Pheijffer

@ Jan

Dat er veel goed gaat in controles en binnen de accountancy wordt door niemand ontkend, zeker niet ondergetekende. Maar dat mag ook voor het prijskaartje dat er aan controles hangt. Daarom is jouw scorebordjournalistiek te makkelijk.

Waar het om gaat is dat wat fout gaat, een reeks aan incidenten betreft die 'verwijtbaar' zijn omdat ze 'vermijdbaar' zijn.

Zolang - door met name de grote kantoren, hun bestuurders en vertegenwoordigers van beroepsorganisaties - de vermijdbaarheid en verwijtbaarheid wordt gemarginaliseerd, moeten zij ook accepteren dat ze kritiek blijven krijgen.

Eigenlijk is de ontkenning vaak nog erger en ergerlijker dan het incident zelf.

Indien het Accounting Establishment uitkomt voor de fouten, verantwoordelijkheid neemt en de schade herstelt, zal er minder maatschappelijke kritiek op hen (mogelijk) zijn.

Waar de accountancy last van heeft zijn de mooipraters, vergoeilijkers en ontkenners. Het zijn deze 'vrienden' die zelf de kritiek op de beroepsgroep versterken.

Ik ken jouw argument van 'aansprakelijkheid', dat tot de ontkenning zou leiden. Het is echter een zwaktebod en een gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel indien het Accounting Establishment zich daarachter zou verschuilen.

Het is het Accounting Establishment zelve dat door hun houding de kritiek versterkt, niet de mensen (zoals toezichthouders, politici, vakgenoten) die stellen dat het beter kan en moet.

Kortom, het is niet dat er geen fouten mogen worden gemaakt. Het is dat de fouten moeten worden erkend en serieus worden genomen.

Johan Peters

Beste Jan Willem, je slaat een spijker op zijn kop. Valt me wel op dat de NBA zelf ook bijdraagt aan de almaar groeiende verwarring en verwachtingskloof. Het initiatief om controleverklaringen uit te breiden met rapportages over fraude en continuïteit, bij alle controle opdrachten, is exact zo'n voorbeeld. Zinloos! Levert veel gedoe op in het niet OOB segment en draagt geen millimeter bij aan minder fouten. Vanuit een actieve rol bij een landelijke politieke partij heb ik de afgelopen jaren meermaals contact gehad met kamerleden van mijn partij over accountancy onderwerpen. Dat wordt zeer gewaardeerd: geluiden uit de praktijk zijn waardevol. Het volstrekte gebrek aan lobby door de NBA (dat zijn dus niet mijn woorden) heeft mij verbaasd.

De weeffout nu is dat het debat over accountants vooral in het accountantswereldje wordt gevoerd. Onze cliënten weten van niets of wachten af. Wordt het echter niet eens tijd dat ook ondernemend Nederland hierbij betrokken wordt ? Ik denk overigens dat ik wel weet wat mijn MKB cliënten vinden van alle maatregelen die over ons, en daarmee indirect over hen, worden uitgestort. Malieveld, here we come !

Ron Heinen

@Arnout van Kempen: Geheel eens met je reactie.

In de wetenschap weet je dat je outliers nooit moet weggooien maar een kans zijn om nieuwe ontdekkingen te doen.

Ik heb in eerdere reacties rond dit thema verschillende recente wetenschappelijke publicaties aangehaald.

Wanneer je deze publicaties leest dan zie je interessante patronen in de outliers: Duitsland scoort slecht bij auditkwaliteit en de tegenstelling tussen auditonafhankelijkheid en klantloyaliteit resulteerd nog steeds in outliers.

Arnout van Kempen

Een dingetje rond het argument van “maar er gaat vooral heel veel goed, zijn die paar misslagen nu echt genoeg reden voor ingrijpen, keer op keer?”

Zoals Jules geheel terecht opmerkt, is er verschil tussen de fouten die inherent zijn aan het controlemodel (ACR=IRxICRxDR, u weet wel) en echte misslagen. Het gaat bij ingrepen om die laatste, de misslagen.

En voor wie dat wil relativeren, haal ik graag een uitspraak aan die ik ooit las:

Als je aan een vat rioolwater een fles wijn toevoegt, heb je rioolwater.
Als je aan een vat wijn een fles rioolwater toevoegt, heb je rioolwater.

Er zijn misslagen die niet met statistieken vallen goed te praten, zoals iedereen weet in de voedingsindustrie, de autoindustrie, de nucleaire industrie. Maar in de accountancy blijft dat excuus gebruikt worden. Mijn voorspelling: zolang het beroep dat blijft doen, blijft de politiek ingreep op ingreep stapelen.

Het beroep zal echt zelf moeten ingrijpen. Te beginnen met erkennen dat “bijna goed” gewoon fout is.

Jan Bouwens

@Jules. Inderdaad worden de attestatiekosten voor een deel door de inkomens van de partners bepaald, of beter, in de meeste gevallen, door de winstdoelstelling van de maatschappen. Als we op het aantal vacatures af moeten gaan dan zullen de kosten van personeel in dienst moeten stijgen omdat de kantoren een kwaliteitsslag moeten maken en een kwantiteitsslag. Over dat laatste, kantoren hebben de grootste moeite om vacatures te vervullen. Het zou alleen daarom al goed zijn als we discussie zouden voeren over verbetering door de professie aantrekkelijk te maken dan maar te blijven hameren op de underperformance van de professie. In mijn ogen nemen met de discussie de maatschappelijke kosten van attestatie onnodig toe. Fouten -ook onvergeeflijke- zullen gemaakt blijven worden; eens in de zoveel tijd komt een Imtech langs en als we het gat voor OOBs hermetisch hermetisch sluiten zo dat al kan, zullen er elders problemen ontstaan . Er is verbetering ingezet en als de druk wordt gehandhaafd, en we meten dat we de goede kant op gaan, dan noteren we (waarschijnlijk) sociale winst. Is dat genoeg? Dat bepalen we in onze democratie met zijn allen.

jules muis

Tja @Beste Jan Bouwens.

Het komt nogal eens voor dat we naast of over elkaar heenpraten,
en dit is geen uitzondering.


Dit keer stel je de vraag : ‘Weegt de verbetering op tegen de kosten?’ Zonder aan de orde te willen stellen dat een belangrijk deel van de flipside van deze kosten partner inkomens zijn. Geldt je opmerking ‘Dat bepalen we met zijn allen’ ook voor de inkomens kant? Daar heb ik ooit een pleidooi voor gehouden. Jij ook?

Je pendule metafoor lijkt me te schuren. Een pendule staat even stil op twee momenten, als het de twee uitersten heeft bereikt, en de potentiele energie het hoogst is. Waarna het zich vertaalt in de kinetische energie, het hoogst op zijn laagste punt. Niet ‘omdat anders de klok stilstaat’, maar als een natuurwet.

Ik heb in het verre verleden nog eens een artikel gepubliceerd in “Accountancy and Business Research” (UK), Autumn 1977; onder de titel “ Accounting Standard Setting: De Pith and the Pendulum”.

Nee, ‘Pith’ was geen ‘Pit’ schrijffout, maar een bewuste keus de kern van de zaak tegen de achtergrond van een pendule beweging te zetten. Dat ging over (Nederlandse) normatieve vs de US/UK empirische tradities. Die zich daarna sterk hebben omgekeerd. Maar niet omdat de wereld anders zou hebben stilgestaan, maar zo gaat het als extremen zichzelf tegenkomen.

De kracht van het artikel komt niet van mijn hand, maar is te zoeken, zoals zo vaak, in het openingscitaat dat ik heb gebruikt, van Omar Kayyam. Met echos van het huidig breder beroepsdebat:

“Ah Love, could Thou and I with Fate conspire
“To grasp this sorry Scheme of Things entire,
“Would not we shatter it to Bits- and then
“Re-mould it nearer to the Heart’s Desire.

Would not we?

Jan Bouwens

@Jules. Elk fenomeen (en dus ook de controlefunctie van de accountant) beweegt zich als een staartklok heen en weer en staat nooit stil in het midden omdat dan de klok stil staat. Verre uitslagen naar rechts (te weinig controle) en verre uitslagen naar links (te veel regulering om controle-intensiteit te verhogen) wisselen elkaar af in de tijd. Zo zijn we continu op zoek naar evenwicht tussen sociale kosten en sociale voordelen in het desbetreffende tijdsgewricht. Kan controle beter? JA. Weegt de verbetering op tegen de kosten? Dat bepalen we met zijn allen. Als we allemaal vinden dat het beter moet dan gaan we met zijn allen ook meer voor attestatie betalen. De pendule beweegt zich thans naar links, misschien wel naar uiterst links, maar deze zal zich ongetwijfeld ook weer naar rechts gaan bewegen, dat is een kwestie van tijd(sgewricht).

jules muis

De inhoud van dit artikel is een stuk genuanceerder dan de kop: "Moeten we de mythe van een foutloze controle loslaten?"

Ik ken niemand, binnen of buiten het beroep, die een foutloze controle voor reëel houdt. We hebben het dus, de kop volgend, over een mythe van een mythe.

Ik ken wel veel bezorgden over de totaal prestatie van het beroep die het onderscheid tussen statistisch onvermijdelijke kunstfouten en grove misslagen kunnen onderkennen. Deze essay geeft daar blijk van.

Ik wacht nog met smarten over een goed stuk, laten we onze Voorzitter daartoe nog eens uitnodigen, onder de kop : " We moeten de mythe dat daar waar het goed fout gaat het niet over de centen gaat, loslaten".

Het zou een prachtige valedictory kunnen zijn voor een afzwaaiende NBA Voorzitter

Jan Weezenberg

@Jan Bouwens 20 juli 2021

Mooie relativering !.
Ooit nog eens verduidelijkt door Starreveld, die schreef:
Je moet geen kwartje uitgeven om een dubbeltje schade te besparen.
En zand in een goed draaiende motor gooien kost meer dan een dubbeltje.....
Vaak is die schade zelfs onherstelbaar.

Vriendelijke groet,
Jan Weezenberg

Jan Bouwens

Ontiegelijk veel is 1.200 OOB-controles en 22.000 gewone controles. Hoeveel daarvan gaan er vreselijk fout? 1 uit de 1200 per 2 jaar?
Ik heb het al heel vaak gezegd maar ben blij dat je dezelfde oproep doet die ik vorige week in het FD optekende. Natuurlijk kan het werk beter, en ja soms worden er onbegrijpelijke fouten gemaakt, maar zoals we allemaal weten wordt de verflaag niet sterker als we een nieuwe verflaag aanbrengen over een laag die nog niet is gedroogd, integendeel!

Jan Weezenberg

Geachte Heer Wits,
U schrijft "Dat de leiders van de sector geïrriteerd raken door de rusteloosheid van Den Haag en de voortdurende drang om met nieuwe maatregelen te komen, is niettemin best te begrijpen"

Niet goed te begrijpen is dat Den Haag zich niet realiseert dat als bij-effect van deze voortdurende drang de positie op de arbeidsmarkt steeds slechter wordt en dat het aantal inschrijvingen voor de opleiding jaarlijks behoorlijk terugloopt.

Daarbij valt op dat de groei van het aantal leden vooral heeft plaats gevonden bij de ledengroep "Accountants in Business "en dus niet bijdraagt aan de schaarste aan Openbaar Accountants.

Een scherpe glasheldere probleem analyse is een goed begin en dus het halve werk

Maar half werk is niet goed genoeg !

Vriendelijke groet,
Jan Weezenberg

Arnout van Kempen

Inderdaad glashelder. En minstens op 1 punt voor mij erg herkenbaar uit de tijd dat ik veel in Den Haag mocht rondhangen in verband met de Wta: accountants hebben, zowel vanuit de kantoren als vanuit de beroepsorganisatie, echt geen benul van lobbyen, en van hun on-interessantheid in het grotere geheel der dingen.

Tot voor kort was het feitelijk een straf als je als kamerlid “accountants” in je portefeuille kreeg. Dat is geen toeval.

Ronald Luiijf

Glasheldere analyse van een langlopend maar nog altijd actueel probleem!

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.