Oud Nieuws (6)

Madoff anno 1891

Megafraudeur Bernard Madoff vulde dit jaar heel wat krantenkolommen. Dat het verschijnsel fraude allerminst nieuw is, is bekend. Maar de overeenkomsten met historische gebeurtenissen blijven frappant.

Dat geldt voor zowel reële als - deze keer - fictieve gebeurtenissen. Frauduleus handelen in de beurswereld inspireerde namelijk ook romanschrijvers. Zo publiceerde de Franse auteur Emile Zola in 1891 de roman L'Argent (Het Geld).

Volgens een boekbespreking in het Nederlandse tijdschrift De Gids, ook uit 1891, omvat die titel eigenlijk te veel: "Het is uitsluitend de verderfelijke werking van het geld, of nog juister van het beursspel, de speculatie, welke hier geschilderd wordt."

"Geen nieuw onderwerp dus", voegde het tijdschrift er veelzeggend aan toe.

In Zola's roman staan beschrijvingen die hun tijd ver vooruit waren. Of is het andersom? Hoe dan ook, voor wie geen tijd heeft om het hele werk te lezen, hier enkele citaten uit De Gids.

"In onze eeuw en in Frankrijk blijvende, ontmoeten wij allereerst Balzac met zijn Gobseck, den woekeraar, met Nucingen (uit La Maison Nucingen) den bankroetier, die door zijn bankroet een heele schaar van goedgeloovigen te gronde richt, maar vooral met zijn Mercadet, 'le Faiseur', den man zonder 'scrupules', die, zonder kapitaal en tot over de ooren in de schulden, het geheim verstaat om zijne schuldeischers niet alleen telkens tevreden te stellen, naar hun telkens op nieuw geld af te troggelen."

Eveneens met het 'geld van anderen' wil een andere hoofdpersoon, Saccard, zijn fortuin maken.

"De roman beschrijft nu verder de opkomst, den bloei en den val van Saccard's stichting, La Banque Universelle, in de wandeling: l'Universelle. Het zijn de bekende manoeuvres, waardoor dergelijke inrichtingen in het leven worden geroepen, gedurende korter of langer tijd een zeker aantal goedgeloovigen verblinden, om eindelijk als de machine tot de hoogste spanning gestookt is, de aandeelen een onzinnig hoogen koers bereikt hebben, te springen en duizenden te gronde te richten."

"Drie uitgiften van aandeelen in drie jaren, het kapitaal van vijfentwintig op vijftig, van vijftig op honderd, op honderdvijftig millioen gebracht ten einde aan een wonderdadigen voorspoed te doen gelooven; fictieve inschrijvingen ten name van personen, stroopoppen van de directie, die nooit een enkel aandeel in handen krijgen; aandeelen voor de maatschappij zelve achtergehouden om het te doen voorkomen alsof het aanzienlijk kapitaal in zijn geheel gestort is; bedriegelijke opvoering van koersen door opkoop van een ontzaglijk groot aantal aandeelen voor rekening van de maatschappij, en zooal meer."

"Het waren niet alleen de kapitalisten, of die er voor door wilden gaan, en de kleine burgerij, maar de werkman, de boer, de plattelandspastoor verdrongen zich in massa voor de loketten van Saccard's reuzenstichting."

Opmerkelijk, en leerzaam - want het relativeert het ‘nieuwe' van onze tijd - is vooral ook de kanttekening van De Gids:

"Zola had hier minder dan in eenige van zijn vroegere romans uit te vinden, te phantaseeren. Hij had slechts te grijpen uit den schat van bijzonderheden, welke aan het licht zijn gekomen bij den val van een groote bankinstelling, bij den beruchten 'Krach' van de Union Générale van Bontoux in 1882."

Tijd voor een vervolgroman anno 2009?

(Met dank aan Jan Weezenberg)

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.